Jutta Leerdam schaatst het komende schaatsseizoen niet meer voor Jumbo. Beide partijen bereikten geen overeenstemming over een nieuw contract, zo meldt een woordvoerder na berichtgeving van AD en De Telegraaf. Vorige week werden de onderhandelingen gestaakt, aldus commercieel directeur Sven Kramer in de media, ondanks „een prima aanbieding” voor de sterschaatsster.
In een verklaring op sociale media laat Leerdam zelf weten „iets anders” nodig te hebben „op dit moment in haar carrière”. Ze zegt dat het een lastige beslissing was met een pre-Olympisch jaar voor de boeg – in 2026 vinden de Winterspelen plaats in Noord-Italië. Toch ziet ze de toekomst met vertrouwen tegemoet: „Ik heb altijd mijn gevoel, instinct en hart gevolgd en weet wat ik hierna wil doen”, aldus Leerdam.
De 25-jarige Leerdam kwam de afgelopen twee jaar uit voor de ploeg van Jac Orie; daarvoor schaatste ze voor Team Worldstream, de ploeg die zich in 2020 vormde rond Leerdam en haar toenmalige partner Koen Verweij. In het geel-zwart van Jumbo veroverde ze in 2023 de wereldtitel op de 1.000 meter. Dit jaar pakte ze brons op diezelfde afstand bij de WK afstanden.
Komend seizoen moet Jumbo bouwen aan een nieuwe ploeg, want de afgelopen weken tekende zich een heuse leegloop af. Ook Thomas Krol, Kai Verbij en Antoinette Rijpma-de Jong vertrekken. Commercieel directeur Kramer zegt zich op het „toekomstbestendig” maken van de ploeg te richten. Hij zegt dat „iedereen dat gevoel intern deelt en dat we goede stappen aan het maken zijn”.
Lees ook ‘Skatefluencer’ Jutta Leerdam is meer dan alleen topsporter
Vrijheid van meningsuiting is een ruim begrip. De vuile was ophangen in je tuin heeft geen betekenis, maar pal voor een parlementsgebouw… En zo zijn er meer niet-tekstuele uitingen, symbolic conduct genoemd, die vallen onder Artikel 7 van Grondwet. Het dragen van een keffiyeh – Palestijnse sjaal – bij protesten tegen de Israëlische bezetting in Gaza valt eronder. En dan kun je die uit soliditeit met de Palestijnen deels over je gezicht trekken.
Maar is dat straks nog toegestaan?
„Ik zie het wel zitten, om hier straks met zeventig aangehouden demonstranten in de rechtszaal discussie over te voeren”, zegt advocaat Willem Jebbink, die al jaren betogers bijstaat. „Is een keffiyeh deels over het gezicht getrokken niet een van de traditionele draagwijzen? En tot waar mag ’ie dan over het gezicht? De mond? De neus?” Jebbink kan zich er met andere woorden, geen enkele voorstelling van maken hoe je zo’n symbolic conduct strafbaar kunt stellen. „Zonde van de rechtbankcapaciteit.”
Maar zo’n verbod is wel wat de Tweede Kamer wil. Die stemde maandag in met een motie van Joost Eerdmans (JA21) en Chris Stoffer (SGP) om gezichtsbedekkende kleding bij demonstraties niet meer toe te laten. De motie kreeg steun van ChristenUnie, FVD, CDA en de coalitiepartijen PVV, VVD en BBB. Coalitiepartner NSC stemde niet mee.
Vrijheid van meningsuiting
Het verbod zou een uitbreiding zijn van het in 2019 ingevoerde, zogeheten ‘boerkaverbod’, dat gezichtsbedekking in overheidsgebouwen, het openbaar vervoer, het onderwijs en de zorg verbiedt. Een wetsuitbreiding is volgens de motie nodig omdat demonstranten „steeds vaker onherkenbaar zijn, waardoor wetsovertredende demonstranten nauwelijks vervolgd kunnen worden”. Eerder deze week noemde Eerdmans in deze krant als reden de uit de hand gelopen studentenprotesten rondom Gaza. Zo waren er op de Universiteit van Amsterdam gemaskerde personen onder de betogers die vernielingen aanrichtten.
Het kabinet zal nu kijken naar de uitvoerbaarheid van de motie en daar zijn vraagtekens bij te plaatsen. De afgelopen jaren zijn vijfmaal eerder verschillende wetsvoorstellen ingediend die een algemeen verbod op gezichtsbedekkende kleding beoogden en die zijn, op die van 2019 na, allen gestrand. Doel is telkens bescherming van de maatschappelijke orde, maar de Raad van State adviseerde dikwijls dat van „dringende maatschappelijke behoefte” geen sprake is en een verbod in strijd is met de vrijheid van meningsuiting.
Gemeentelijke voorwaarden
Of zo’n verbod bij demonstraties nu wel uitvoerbaar is? Hansko Broeksteeg, hoogleraar staatsrecht aan de Radboud Universiteit, ziet niet direct de meerwaarde van de wetswijziging. Het gaat hier om Artikel 9 van de Grondwet, waarin het recht tot betoging wordt erkend, behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet. Dat betekent dat een demonstratie ‘vreedzaam’ moet verlopen en dat burgemeesters anders ter voorkoming van wanordelijkheden zelf voorschriften aan een aangemelde betoging kunnen opleggen, zoals een verbod op gezichtsbedekking. „Dat is geregeld via de Wet openbare manifestaties.”
De gemeente Den Haag hanteert in haar voorwaarden al standaard dat demonstranten geen gezichtsbedekkende kleding mogen dragen en ook de gemeente Amsterdam stelt de bepaling geregeld als voorschrift bij een aangemelde demonstratie. Het staat al zó vaak als beperkende voorwaarde genoemd, zegt advocaat Jebbink, dat hij zich afvraagt of burgemeesters de aanvraag van een demonstratie nog wel echt beoordelen. Al ziet hij in de praktijk ook dat overtreding van het verbod nooit wordt bestraft. „Het OM vervolgt alleen als een demonstrant daarnaast ook iets laakbaars heeft gedaan, zoals stenen gooien. En dan worden ze er tijdens een betoging door de politie sowieso wel uitgepikt, met of zonder gezichtsbedekking.”
Tegelijkertijd kan Rian de Jong – „al vind ik het geen goed idee” – wel begrijpen waar het idee voor het verbod vandaan komt. Als hoofddocent staatsrecht aan de Radboud Universiteit onderzoekt ze openbare ordehandhaving. Ze heeft het karakter van demonstraties de afgelopen jaren zien veranderen. In heel Europa worden betogingen regelmatiger „gekaapt” door onherkenbare, gemaskerde activisten die niet uit zijn op vreedzaam betogen maar op geweld. Ze zag ze opduiken bij demonstraties tegen transporten van kernafval in Duitsland, bij antiglobaliseringsbetogingen rondom de G7- en G8-toppen, bij tegendemonstraties tegen Kick Out Zwarte Piet en ook bij de studentenprotesten. „Deze activisten mengen zich onder de vredelievende demonstranten en veranderen het karakter van de betoging.”
Politie houdt betogers in de gaten
Nog zo’n ontwikkeling die ze ziet: steeds minder demonstraties worden vooraf aangemeld bij een gemeente. Dat speelt vooral bij de langdurige betogingen, zoals die van studenten en van Extinction Rebellion. Met als gevolg dat er vaak geen contact meer is tussen organisatoren en gemeente, zoals over tijd en locatie, en burgemeesters vooraf geen beperkende bepalingen kunnen opleggen. De politie houdt de betogingen daarom meer in de gaten, om de identiteit van betogers vast te leggen. Door namen te noteren, foto- en filmopnames te maken „en betogers worden soms thuis opgezocht.”
Voor de overheid, zegt De Jong, is het handig om mensen te identificeren via camerabeelden, of ze te verbieden gezichtsbedekking te dragen, zeker als er raddraaiers tussen zitten. Maar vanuit de vreedzame demonstranten is de reactie juist omgekeerd: „die gaan méér gezichtsbedekking dragen”. Want ze willen niet opgezocht worden door de politie. Er zijn volgens De Jong ook tal van andere legitieme redenen voor anoniem protest. „Als je tegen een regime demonstreert kan het zijn dat het regime je ook hier in de gaten houden. Of je wilt anoniem demonstreren omdat je werkgever niet zo blij is met je standpunt.”
De Jong heeft de indruk dat door de nieuwe vormen van actievoeren op dit moment „de balans even zoek is”. Zowel bij de demonstrant, wiens betoging soms wordt ‘gekaapt’, als bij de overheid, niet wetend hoe te reageren. Maar een verbod op gezichtsbedekkende kleding zal daar vermoedelijk weinig aan veranderen. „Om de echte raddraaiers te pakken heb je zo’n verbod niet nodig. Je benadeelt er vooral de vreedzame demonstranten mee.”
Lees ook
Gezichtsbedekkende kleding bij demonstraties moet verboden worden, vindt Tweede Kamer
Het snel escalerende conflict tussen Israël en Hezbollah en de maar voortdurende Gaza-oorlog leidden op de eerste dag van de jaarlijkse VN-vergadering van regeringsleiders tot verwoede pogingen het conflict in te dammen. Het leidde ook tot emotionele uithalen en diplomatieke bezweringsformules.
Secretaris-generaal António Gutterres veroordeelde de aanval van Hamas op Israël van 7 oktober vorig jaar. „Niets rechtvaardigt de weerzinwekkende terreur.” Hij kreeg pas een stevig applaus toen hij eraan toevoegde dat niets de collectieve bestraffing van het Palestijnse volk kan rechtvaardigen.
De Amerikaanse president Joe Biden riep in zijn afscheidstoespraak tot de Algemene Vergadering nogmaals op tot een staakt-het-vuren. „Ze hebben niet om deze oorlog gevraagd”, zei hij over de inwoners van Gaza. Hij spoorde Israël en Hamas aan om nu eindelijk het Amerikaanse voorstel voor een staakt-het-vuren in combinatie met de vrijlating van de gijzelaars te omarmen.
Biden veroordeelde de recente aanvallen van Israël op Hezbollah niet. En volgens minister Caspar Veldkamp (Buitenlandse Zaken, NSC) hoefde hij dat ook niet te doen, zei hij in een kort gesprek met Nederlandse journalisten.
Op de vraag of het terecht is dat Israël nu ingrijpt zei Veldkamp: „Het is natuurlijk wel zo dat er al tienduizenden mensen in Israël sinds oktober vorig jaar geëvacueerd zijn uit het noorden en dat Hezbolllah meer dan 8.500 raketten op Israël heeft afgeschoten.” Veldkamp begrijpt dat de Israëlische regering daarom onder druk staat om iets te doen.
„Ik ben buitengewoon bezorgd over de situatie. Er wordt nog steeds hard getrokken aan een diplomatieke oplossing. Dat zou moeten gebeuren op basis van Veiligheidsraadresolutie 1701: dat betekent dat Hezbollah zich moet terugtrekken naar het noorden, tot achter de rivier Litani. Dat is nog niet gelukt, maar dat zou heel erg bijdragen aan de-escalatie.”
Lees ook
Hezbollah misrekende zich tegenover Israël en hapt nu naar adem
‘Diplomatie is enige hoop’
Diplomatie is de enige hoop, zei Veldkamp, al is het resultaat van diplomatieke inspanningen vaak niet meteen zichtbaar.
Achter de schermen werd op Manhattan druk uitgeoefend op de nieuwe Iraanse president Masoud Pezeshkian om een regionaal conflict te voorkomen. Iran steunt zowel Hezbollah als Hamas en de vrees is dat Iran de steun aan zijn bondgenoten zal opvoeren, met een regionale oorlog tot gevolg.
Hoeveel effect die gesprekken nu hebben is niet te zeggen. Niet erg bemoedigend was het verslag van een Europese politicus. Nadat deze Pezeshkian erop had gewezen dat Iran een destabiliserende invloed heeft op het Midden-Oosten door terroristische groeperingen als Hamas en Hezbollah te ondersteunen, antwoordde de Iraniër, naar verluidt, dat niet Iran, maar Israël het Midden-Oosten destabiliseert.
Biden was opvallend mild over Iran. Mogelijk wilde hij het gesprek met Iran niet nodeloos belasten. De hoop is dat Perzsheskian, ondanks de crisis, een iets gematigder toon zal aanslaan dan zijn voorgangers.
De Europese Unie heeft intussen moeite met één mond te spreken. EU-buitenlandchef Josep Borrell, was fel in zijn veroordeling van het geweld, maar zijn uitspraken worden niet in alle Europese hoofdsteden gedeeld.
„De situatie is extreem gevaarlijk en zorgwekkend”, zei Borrell maandagavond in New York. „Als dit geen oorlogssituatie is, weet ik niet hoe je het anders moet noemen.”
Het hoge aantal slachtoffers bij de Israëlische luchtaanval wees er volgens Borrell op dat Israël geen rekening had gehouden met de burgerbevolking. Daardoor betaalden burgers een „onacceptabele prijs”.
Macron steunt Libanese volk
De Franse president Emmanuel Macron doet alles om te laten zien dat hij kritisch is op de Israëlische agressie tegen Hezbollah-strijders op Libanees grondgebied en dat hij het Libanese volk steunt. Na de Israëlische pieper-aanval vorige week publiceerde hij een videoboodschap aan „Libanezen, mijn waarde vrienden”, waarin hij zijn medeleven deelt met burgerslachtoffers.
Macron sprak ook met leiders in de regio. Hij zou de Israëlische premier Netanyahu hebben beschuldigd van het uitlokken van een oorlog. „Het is uw verantwoordelijkheid om escalatie te voorkomen. […] Dit is het moment om leiderschap te tonen”, citeert de Franse radiozender RFI uit Israëlische media. Netanyahu zou Macron hebben toegebeten dat hij juist druk zou moeten zetten op Hezbollah.
Joe Biden bood in zijn afscheidstoespraak een sprankje hoop voor een wereld die verlamd naar schijnbaar onoplosbare conflicten staart. Zijn decennialange ervaring had hem geleerd, zei Biden, dat dingen wél beter kunnen worden, dat er ook een toekomst is na oorlog. Hij verwees daarbij onder andere naar de verzoening tussen Vietnam en de VS.
Pannen, eieren, scheermesjes, diverse groenten, instant noedels en afwasmiddel. Ondernemer Ismail Ramo verkoopt vanuit zijn marktkraam Alkosh, genaamd naar het Armeense stadje waarvandaan hij in 1998 met zijn vrouw vluchtte, een groot assortiment aan basale benodigdheden aan de mensen die verblijven in aanmeldcentrum Ter Apelervenen. „We staan hier al twintig jaar”, zegt hij. „Achttien jaar”, corrigeert zijn vrouw hem vanachter de kraam.
Het aanmeldcentrum van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) ligt langs de provinciale weg, op loopafstand van het dorpje Ter Apel. „Het is niet drukker dan normaal”, zegt Ramo, verwijzend naar het hoogoplopende conflict tussen het COA en de gemeente Westerwolde over het aantal asielzoekers dat hier verblijft. Soms komen er een paar bussen, dan lijkt het druk, zegt hij. Zeker als de zon schijnt en de mensen hier op het grasveld zitten. „Maar die mensen gaan ook weer weg. Het is allemaal politiek.”
Zijn ervaring strookt niet met de werkelijkheid zoals het COA, het dorpje Ter Apel en de gemeente Westerwolde die ervaren. Vorig weekend was het aanmeldcentrum zo vol dat het COA zich gedwongen zag mensen in portakabins, een soort containers met ramen, te laten slapen. Dat ging in tegen afspraken die gemaakt waren met de gemeente.
„Die portakabins zijn er niet voor bedoeld om mensen in te laten verblijven”, zegt de woordvoerder van de gemeente Westerwolde. „Ten eerste is er geen vergunning om mensen daar te laten overnachten, maar het is vooral ook gevaarlijk.” Er hangen losse draden, bedden staan voor nooduitgangen, brandblussers en rookmelders ontbreken, zegt hij. „De brandweer heeft gezegd dat er niet overnacht kan worden, net als de inspectie van Justitie en Veiligheid. De burgemeester heeft daarom vorig weekend weer aangegeven dat er geen mensen mogen verblijven.”
Het COA stelde daarop burgemeester Jaap Velema (D66) voor een keuze: of de mensen voor wie geen plek is slapen in een portakabin, of ze slapen in het gras. Burgemeester Velema nam contact op met de minister van Asiel en Migratie, Marjolein Faber (PVV). Dat leidde niet tot een oplossing.
„Al dan niet bewust wordt er vanuit het ministerie vervolgens niks geregeld”, zegt de woordvoerder van Westerwolde. „Ze geeft geen aanwijzingen, wijst geen hotels aan waar mensen opgevangen kunnen worden. Volgens internationale wetgeving is het haar verantwoordelijkheid, met als uitvoerend orgaan het COA, om die mensen op te vangen. Wij zijn verantwoordelijk voor de openbare orde en veiligheid.”
In de portakabins werd uiteindelijk toch geslapen. „Een schoffering van het lokale bestuur”, noemde Velema het. En dus werd er, opnieuw, een last onder dwangsom uitgeschreven.
Broekzak-vestzak
Achter de poort die het dorp Ter Apel scheidt van het gelijknamige aanmeldcentrum zit ook het COA met de handen in het haar. „Natuurlijk is het een lastige keuze”, zegt de woordvoerder van het COA. „Laat je kwetsbare mensen in het gras slapen? Nee. Wij hebben uit humanitaire overwegingen gekozen om ze toch in de portakabins te laten slapen.” Liever doet het COA dat niet en sinds dat weekend is het ook niet meer voorgekomen, zegt hij, omdat ze de instroom aankonden.
Die containers staan er nog, maar met een andere reden. Om mensen droog een kop thee aan te kunnen bieden terwijl ze wachten op hun afspraak met de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) of tot ze een kamer wordt toegewezen.
De problematiek is niet van gisteren. De grens van tweeduizend mensen die van de gemeente in Ter Apel mogen verblijven werd zo structureel overschreden dat de burgemeester al vaker naar de rechter stapte. „De dwangsommen die worden opgelegd werken niet”, aldus het COA. Er zijn gemeenten nodig die Ter Apel willen verlichten, maar het slechte imago van het aanmeldcentrum maakt die gemeenten huiverig. „En het hele idee dat verschillende overheidsorganen tegenover elkaar staan, waarbij het geld van de een naar de ander moet, is een broekzak-vestzaksituatie.”
Lees ook
Minister Faber wil snel een asielcrisis uitroepen zonder goedkeuring van de Tweede Kamer. Hoe werkt dat?
Op drie minuten rijden van de aanmeldlocatie woont gemeenteraadslid Herma Hemmen. Langs de provinciale weg, de N366, wandelen mensen, alleen, in groepjes, met kinderwagens of rollators. Ze helpen elkaar een sigaret aansteken. Tillen boodschappentassen van de lokale supermarkt en tasjes van de Action.
Het dorp zelf, met zijn middeleeuwse klooster, is het grootste van de Groningse gemeente Westerwolde. Het telt bijna tienduizend inwoners, die hier veelal zijn opgegroeid. Zo ook Hemmen. Vanuit de serre wijst ze naar de boerderij naast haar huis. „Dat is de boerderij van mijn ouders, daar ben ik opgegroeid. Het huis waar ik woon is gebouwd door mijn opa. Ik ga hier nooit meer weg. Maar juist daarom doet het zoveel zeer om alleen maar op negatieve manier over mijn dorp te horen.”
De omgang met Ter Apel door de minister die verantwoordelijk is voor Asiel en Migratie noemt ze „te bizar voor woorden”. Ter Apel is een speelbal van de politiek, zegt ze. „We hebben al zóveel last op onze schouders en dan deze situatie laten ontstaan om over onze rug een asielcrisis uit te kunnen roepen. We hebben nu oplossingen nodig.”
Spreidingswet
Om de situatie in Ter Apel te verlichten is onder het kabinet-Rutte IV de spreidingswet aangenomen, bedoeld om asielzoekers te verspreiden over alle gemeenten. De coalitie wil die wet intrekken. 96 procent van de gemeenten is daarop tegen, tenminste totdat de asielinstroom flink is verlaagd.
Hemmen, die bij de Tweede Kamerverkiezingen van 2023 op nummer 17 van de kandidatenlijst van de BBB stond, is anders dan haar partij voorstander van de spreidingswet. Hoewel ze daar ook kanttekeningen bij heeft. „Gelijk met de spreidingswet zouden we ook weer moeten gaan werken met procesbeschikbaarheidslocaties.” In deze PBL’s werden tijdens een pilot asielzoekers met een ‘kansarme’ aanvraag in een vorm van detentie achter hekken geplaatst. Sinds maart dit jaar zijn de PBL’s niet meer in gebruik, nadat de rechter dit een vorm van ‘vrijheidsbeperking’ noemde.
Ze zegt dat „met name jonge mannen” niet komen opdagen op hun afspraken met de IND. „Daar zitten dan nul consequenties aan. Dat daar maatregelen tegen genomen worden, daar sta ik achter. Want het is juist deze groep die zorgt voor overlast.” Hemmen hoopt dat PBL’s, met betere voorwaarden, overlast zullen voorkomen, waardoor ook andere gemeenten meer open staan voor opvang.
Sommige gemeenten hebben geen overtuiging nodig. Zutphen schoot deze week te hulp. In de Hanzehal, 133 kilometer verderop, zijn honderd noodopvangplekken beschikbaar gesteld.
„Daar zijn we natuurlijk blij mee, maar het is een ramp voor de vluchtelingen”, zegt Hemmen. „Ze worden hier ’s avonds opgehaald, daarnaartoe gebracht en ’s ochtends weer opgehaald om beschikbaar te zijn voor hun proces. Dag in, dag uit. Terwijl ze al moe zijn, worden ze ook steeds moedelozer.”
Noodopvang
Ondertussen gaan de sportactiviteiten in de Hanzehal gewoon door. De planning is iets strakker, vertelt een volleyballer die snel het veld op moet. „Normaal gesproken kunnen we een beetje uitlopen, maar nu staat stipt om tien uur ’s avonds het zaalvoetbalteam op het veld. Dan moeten we misschien vijf minuutjes eerder stoppen, maar dat is niet erg.”
Het besluit om te hulp te schieten werd vorige week dinsdag genomen, tijdens een collegevergadering. „De situatie in Ter Apel” kwam ter sprake, vertelt de woordvoerder van Zutphen. Het kan niet waar zijn dat mensen buiten moeten slapen, was de conclusie. „Er werd besloten dat als het COA ons zou bellen, we te hulp zouden schieten.”
Het verzoek van het COA kwam op vrijdag, in het weekend werd „met man en macht” gewerkt om een van de drie sportzalen van de Hanzehal in gereedheid te brengen. „Er staan nu bedden, lockers en er is douchegelegenheid. Nu is het afwachten of het nodig is.” Maar deze oplossing is van korte duur, het gaat om een ‘overflowlocatie’, die er maximaal een week zal zijn.
Vooralsnog is de noodopvang nog niet nodig geweest . Maar op het parkeerterrein, met uitzicht op voetbalvereniging Zvv AZC, staat een portakabin klaar waar asielzoekers zich kunnen opfrissen.
Ook de woordvoerder van Westerwolde is blij dat Zutphen, net als het Groningse Pekela en Stadskanaal, bijspringt. „Maar het blijft een bizarre situatie. Het hoort niet dat burgemeesters dit onderling moeten oplossen. Ongeacht de plannen van het kabinet om instroom te beperken hebben we nu een situatie waar ze verantwoordelijkheid voor moeten nemen.”