Het geheugen activeren in het Openluchtmuseum: het oogt, ruikt, en klinkt als de jaren 60

Myra Steens (60) lijkt wel uit een jaren zestig-film gelopen, in haar korenblauwe jurk met een ceintuur tot net boven de knieën, beige kousen, schoenen met een lage hak en open teen, beige panty’s, en een grote vierkante bril. Ze staat aan het eind van een tuinpad voor een zestigerjaren doorzonwoning. Steens bukt en friemelt een briefje uit een melkfles in een rekje dat klaarstaat voor de melkboer. „Twee flessen melk, een fles kwark…” Ze haalt een flessenlikker uit een fles. „Die moet weer mee naar binnen…”

Het is voorjaar 2024. Steens praat tegen een groepje mensen dat net uit een wit taxibusje is geschuifeld. „Welkom!”, zegt ze. „Welkom in het Openluchtmuseum, welkom op de koffie!” Ze schudt handen met iedereen, let speciaal op de vijf ouderen in de groep. Zij zijn hier met familie en hun begeleiders. Ze wonen niet meer thuis, maar in zorginstelling Pleyade in de buurt van Arnhem. En allemaal hebben ze dementie.


Lees ook
Dit huis kun je zien als een aanklacht tegen de consumptie- en wegwerpmaatschappij

Dit huis kun je zien als een aanklacht tegen de consumptie- en wegwerpmaatschappij

Deze maand begint het Nederlands Openluchtmuseum in Arnhem met het programma Huis van Herinnering. Het museum bouwde onlangs zes doorzonwoningen in de stijl van de jaren zestig, gelegen aan de rand van het park. Vanaf mei gaan ze open voor publiek, behalve het laatste huis in het rijtje. Hier kunnen ouderen met dementie, samen met speciaal getrainde Openluchtmuseum-medewerkers (‘herinneringscoaches’) twee uur lang actief herinneringen ophalen tijdens een ingepland koffiemoment. Reminiscentie – de wetenschappelijke term hiervoor – heeft een bewezen positief effect op mensen met dementie. Het museum doet deze dag in maart een testsessie.

Gebloemd schort

„Kom binnen”, zegt Steens, nog steeds op dezelfde enthousiaste toon. Binnen staat herinneringscoach Gitta Paans, in een A-lijn jurk tot net boven de knieën, jassen aan te nemen. Het groepje schuifelt nog wat onwennig de parketvloer op. „Hier is de zithoek”, zegt Steens terwijl ze naar een bank en stoelen met mosgroene bekleding wijst. „We mogen hier in alle laatjes kijken, alles opendoen.” Overal zijn sporen die de zogenaamde bewoners van het huis hebben achtergelaten. In het keukentje staat de appeltaart klaar, er liggen snijplanken en messen, en aan de muur hangt een gebloemd schort.

„Deze tafel is wel wat klein”, zegt Paans over de ronde tafel in de woonkamer. „En we zijn met veel.” Het wordt stil. Dan zegt Wim (71), de praatjesmaker van het stel: „Die kan je uitschuiven!” Steens en Paans krijgen iedereen – zonder al te veel aanmoediging – aan het werk. Lucia (71) loopt mee naar de keuken om appeltaart op bordjes te doen. Thee- en koffieservies wordt tevoorschijn gehaald. Paans geeft een kom slagroom aan Greetje (83), die hem mag opkloppen. Of iemand even vorkjes wil pakken? „Hoeveel?”, vraagt Wim. „Een vuust vol?”

Het gezelschap uit zorginstelling Pleyade luncht samen in de jaren zestig-woning.
Ook het interieur is helemaal jaren zestig in de woningen.

Foto’s: Merlin Daleman

Het Openluchtmuseum koos voor een herinneringshuis uit de jaren zestig, omdat de meeste mensen die nu met dementie kampen, in die tijd hun vormende jaren beleefden. „Het langst onthouden mensen vaak nog dingen uit die jaren”, zegt Paans. Het Deense openluchtmuseum Den Gamle By richtte in 2012 al een appartement op hun terrein in als een huis van herinnering, wat internationale aandacht trok. Een onderzoek uit 2017, naar vijf gelijksoortige programma’s in Denemarken, Zweden, Hongarije, het Verenigd Koninkrijk en Noorwegen, liet zien dat deelnemers tijdens een sessie beter hun aandacht bij dingen konden houden, en blijer waren dan normaal. Langetermijneffecten werden niet gemeten, maar dat reminiscentie een positieve uitwerking heeft op de gezondheid en het welbevinden van dementerende mensen is bekend.

Lang zal ze leven

Reminiscentie-therapie werkt zo goed in een openluchtmuseum omdat hier alle zintuigen aan het werk worden gezet. Alles haalt iets naar boven: het theekopje, aan een jaren zestig-tafel, in het jaren zestig-huis, met op de achtergrond jaren zestig-muziek, terwíjl er gerichte vragen worden gesteld.

„Waar kom je vandaan Wim?”, vraagt Steens terwijl iedereen aan de appeltaart met slagroom zit. „Dat mag ik niet zeggen”, zegt Wim. „De politie luister niet mee hè Wim”, zegt zorgbegeleider Dixy Bosman (56). „Het lijkt wel een verjáárdag, zou iemand jarig willen zijn?”, zegt Steens. „Ik was laatst jarig”, zegt Riet (76) zacht, waarna iedereen in een hard ‘Lang zal ze Leven’ uitbarst.

Doorzonwoningen op het terrein van het Openluchtmuseum in Arnhem. Ook het interieur is helemaal jaren zestig. Mensen met dementie kunnen hier herinneringen opdoen.
Foto Merlin Daleman

„In dit soort huizen had je soms een kolenkachel, hadden jullie dat ook?”, zegt Steens. Lucia begint meteen over het kolenhok, in de tuin. „En wij hadden ook zo’n woning, maar bij ons was het een stuk kleiner dan hier”, zegt ze, om zich heen kijkend. Dan laat Lucia de 17-jarige stagiaire van de zorglocatie zien hoe een telefoon met een draaischijf werkt, want die heeft – o hilariteit – geen idee. August (73) zit naast zijn vrouw en mag koffiebonen malen in een houten molen. Hij zegt weinig, maar grijnst de hele tijd terwijl hij maalt. Lucia helpt vervolgens in de keuken met de afwas. Greetje snijdt prei voor in de groentesoep die al op een pitje staat.

„Kijk Greetje nou zitten”, zegt zorgbegeleider Michele Koldeweij (57) op de bank in de woonkamer. „Iedereen is vrolijker”, vindt ze. Haar collega Dixy Bosman ziet het verschil. „Lucia bijvoorbeeld, toont bij ons weinig initiatief. Ze schenkt zichzelf koffie in en dat was het dan. Hier helpt ze, deelt ze taart en koffie uit.”

Bezoekers kunnen in de woning aan de hand van de inrichting herinneringen aan vroeger ophalen.
Foto Merlin Daleman

Boven is een slaapkamer – „met kokosmatten!”, zegt Wim, die vroeger vloeren legde – een kinderkamertje met ledikant en Fabeltjeskrant-lamp. „Hallo meneer de uil, uw onderbroek is vuil…”, zingt Riet. August is gebiologeerd door technologie, de platenspeler, oude camera’s. Steens weet niet hoe ze een oude krakende radio uit krijgt, en friemelt aan de knoppen. „Nee!”, roept hij ineens, schiet naar voren en draait meteen de goede knop om.

Het ruikt naar soep; ze gaan aan tafel. Lucia zorgt dat iedereen een kom krijgt. „Hoe mooi zou het zijn als we dit op onze locatie konden doen?”, zegt begeleider Koldeweij. Wim schudt een half flesje Maggi leeg over zijn soepkom. „Zullen we een plaatje opzetten?”, vraagt Paans. Catootje van Wim Sonneveld klinkt door de woonkamer. „Ik ben met Catootje naar de botermarkt gegaan (…) en ze maakte van boter een dominee.” Iedereen in koor: „Een domi-dominee en mijn zuster die heet Kee!”