Klaas Knot (DNB) maakt zich op voor een renteverlaging: ‘Ik heb steeds meer vertrouwen dat de inflatie verder zal afnemen’

Huizenkopers hebben het de voorbije maanden gemerkt: de piek in de hypotheekrente, van afgelopen herfst, is écht achter de rug. De recente daling ervan werd sterk gevoed door de gedaalde rente op de kapitaalmarkten. En dát weerspiegelt de verwachting op de markten dat de Europese Centrale Bank haar rentetarieven weldra verlaagt.

De ECB staat in de startblokken om bij haar volgende beleidsvergadering, in juni, het monetair beleid aan te passen met een renteverlaging. Deze boodschap gaven bestuurders van de centrale bank deze week duidelijker dan ooit vanuit Washington, waar ze deelnemen aan de voorjaarsvergadering van het Internationaal Monetair Fonds.

Ook Klaas Knot, president van De Nederlandsche Bank en ECB-bestuurder, gaat in principe uit van een renteverlaging in juni, vertelt hij NRC in een videogesprek vanuit Washington. „De inflatiecijfers in de eurozone laten de laatste maanden een duidelijke daling zien. Daarnaast beginnen onze ramingen van de inflatie in de nabije toekomst steeds nauwkeuriger te worden.”

De inflatie in de eurozone, die piekte op 10,6 procent op jaarbasis in oktober 2022, was vorige maand nog maar 2,4 procent. De ECB gaat er vooralsnog vanuit dat de inflatie over ongeveer een jaar blijft liggen op 2 procent, haar inflatiedoelstelling.

De ECB verhoogde tussen juli 2022 en september 2023 de rente fors. Het belangrijkste tarief ging van minus 0,5 naar 4 procent. Draaien aan de renteknop is het geijkte middel voor centrale banken om de inflatie te beïnvloeden. Hoe hoger de rente, hoe onaantrekkelijker het voor burgers en bedrijven wordt om geld te lenen. Dat remt de economische activiteit – en uiteindelijk de inflatie.

Hoe gaat het nu met de inflatie?

„Ik heb er steeds meer vertrouwen in dat de inflatie verder zal afnemen richting onze doelstelling van 2 procent. Vooral de voedsel- en de goedereninflatie daalt nu hard. De diensteninflatie is wat hardnekkiger, maar die volgt eigenlijk het normale patroon. De prijzen van diensten reageren vaak met vertraging op andere prijzen: die van energie, goederen en voedsel. Diensten zijn ook arbeidsintensief. De diensteninflatie gaat vaak pas omlaag als loonstijgingen afnemen. Gelukkig is deze fase nu ook begonnen.”

Maar in Nederland is de inflatie weer wat opgelopen, tot iets boven de 3 procent.

„Ik geloof niet dat het patroon voor Nederland erg verschilt met dat van de eurozone als geheel. De Nederlandse economie is bijzonder gevoelig gebleken voor de sterke recente energieprijsschok. Energiemarkten in Europa zijn nog erg nationaal georganiseerd, en in Nederland zijn de gasprijzen harder omhooggegaan dan elders. Dit heeft ook doorgewerkt in de voedselprijzen. Maar ik verwacht dat de prijzen van voedsel en energie in Nederland ook harder omlaag zullen gaan, zodat we het been bijtrekken en richting het ECB-inflatiedoel van 2 procent bewegen. Wat we in Nederland wel in de gaten moeten houden, is de loongroei. Die blijft relatief hoog.”

U zei laatst dat u ‘met potlood’ een renteverlaging in juni heeft ingetekend. Is dat nog steeds zo?

„Ja, als de economie en de inflatie zich tenminste blijven ontwikkelen volgens onze verwachting. We zullen in juni meer data hebben, over de loonontwikkeling, de productiviteitsstijging en loonmarges. En we krijgen nog twee inflatiecijfers, over april en mei. Als die ons vertrouwen bevestigen dat we het doel bereiken, is het gepast langzaam de voet van de rem te halen door in juni een eerste renteverlaging toe te passen. Ik zeg bewust ‘voet van de rem halen’, want ook met een iets lagere rente blijft ons monetair beleid remmend werken op de economie en op de inflatie.”

U wil ‘langzaam’ de voet van de rem halen. Komt er dus na juni niet automatisch nóg een renteverlaging?

„Dat klopt. We willen per vergadering beslissen, zeker nu de wereld weer een beetje onzekerder is geworden met wat er nu allemaal in het Midden-Oosten gebeurt. De olieprijzen zijn gestegen en dat zul je een beetje terugzien in het algehele inflatiecijfer. Als centrale bank kijken we naar de inflatieontwikkeling op de middellange termijn en dus is het van belang om te kijken of zo’n olieprijsstijging breed doorwerkt in andere prijzen of alleen van kortstondige aard is.”

Wat denkt u?

„De stijging van de olieprijzen vindt nu – heel anders dan in het voorjaar van 2022 – plaats tegen de achtergrond van een algemene dáling van de inflatie. In 2022 liep de inflatie toch al op door de verstoringen van de handel na de coronapandemie. En je had de grote schok van de Russische invasie in Oekraïne, waardoor de energieprijzen werkelijk explodeerden. Ditmaal is de situatie heel anders. Maar goed, er is wel nieuwe onzekerheid, dus we willen behoedzaam opereren.”

De afgelopen tijd volgde de inflatie in Europa met enige vertraging die in de VS. In de VS loopt de inflatie weer wat op. Kan dit ook in Europa gebeuren?

„Dat zou me verbazen. De ontwikkeling van de economie en van de inflatie beginnen in de VS en Europa behoorlijk uiteen te lopen. Amerika heeft een robuust groeiende, zelfs oververhitte economie. Dat is deels vanwege de grote Amerikaanse begrotingstekorten, waar het IMF deze week terecht kritische opmerkingen over heeft gemaakt.


Lees ook
Hoe staat de wereldeconomie ervoor? Dit zijn de grootste risico’s volgens het IMF

Bezoekers van de jaarlijkse IMF-vergadering maandag in Washington.

„Dat hebben wij allemaal niet in Europa. We hebben een weliswaar herstellende, maar nog steeds matige groei. Gezien die verschillen in groei is het wel verklaarbaar dat de inflatie in de VS nu al drie maanden oploopt en in Europa juist gestaag verder daalt.

„Niettemin is het goed om een slag om de arm te houden: we weten niet helemaal zeker of Europa inderdaad een ander inflatiepad inslaat. De afgelopen jaren is gebleken dat de inflatie ook een sterke mondiale component had.”

Wat zouden één of meer renteverlagingen betekenen voor de Nederlandse economie, bijvoorbeeld voor de huizenmarkt?

„Op zich zit de verwachting dat de ECB de rente gaat verlagen al ingeprijsd in de rentes op de financiële markten. Niet voor niets is de hypotheekrente al gedaald. Als wij precies doen wat op dit moment op de markten wordt verwacht, heeft het in principe geen verder effect meer. Als wij meer doen, kan dat wél verdere effecten hebben, bijvoorbeeld een verdere daling van de hypotheekrente. Dan krijgen huizenkopers lagere financieringskosten. Zij zullen met hun polsstok wat verder kunnen reiken op de huizenmarkt. Met een korte vertraging krijg je dan overigens meestal hogere huizenprijzen, in plaats van extra vierkante meters woongenot.

„Voor bedrijven geldt ook dat hun financieringskosten verder kunnen afnemen. Dan valt meer bereidheid tot investeringen te verwachten. Al met al kan de economie een extra zuchtje wind in de rug krijgen van die renteverlagingen.”