‘D’r zullen wel weer lampen gaan flitsen”, zegt een wat oudere vrouw tegen haar vriendin, donderdagavond in de Jurriaanse Zaal, de kleine zaal van De Doelen in Rotterdam. „Zó vervelend vind ik dat”, antwoordt haar vriendin. „Die klassieke musici van tegenwoordig”, verzucht de eerste, „Die denken allemaal dat ze popmusici zijn.”
Het is typisch klassieke concertzaal gesmiespel. Maar een beetje onverwacht is het wel bij ‘Het Nieuwe Nu YOUNG’. In dat programma wil De Doelen twee avonden per jaar een programma vullen met jonge klassiek geschoolde musici die geen boodschap meer hebben aan de grenzen van het genre. Hier staan net afgestudeerde musici die experimenteren met elektronica, nieuwe ensemblevormen, projecties en – dat kan toch bijna niet anders? – flitsende lampen.
De zaal zit opvallend vol grijs publiek. Bij hardcore klassieke concerten is zo’n beeld jammer, maar bij dit soort experimentele avonden is het juist sympathiek en zelfs belangrijk: de oprechte interesse die een ouder publiek toont in de experimenteerdrang van jonge makers, maakt dat zalen dit soort avonden makkelijker kunnen faciliteren. Tegelijkertijd had je de performers iets meer luisterende leeftijdsgenoten gegund, behalve de kleine groepjes jonge mensen die, hun gejoel inschattende, waarschijnlijk bekenden van het naburige conservatorium zijn.
Microkosmos van klankkleuren
Kamanchehspeler en componist Soheil Shayesteh trapt af. Hij verzamelde zangeres Kristia Michael en beeldend kunstenaar Rashin Teimouri samen met het ADAM Quartet om zich heen voor een langdurige, voornamelijk elektronische soundscape. Op het achterdoek is te zien hoe Teimouri live ecoline (of een vergelijkbare substantie) mengt; een soort analoge psychedelica. Vooral het eerste kwartier is imposant: opklimmend vanuit zuchtende streken van de vergalmde kamancheh naar uit de diepte oploeiende, machtige, in je buik doordreunende drones in een dieprood oplichtende zaal, klinkt het alsof er elk moment paniek kan uitbreken. Michael zingt er met haar engelachtige alt woordeloos bij, steeds hoger en heftiger. Het kwartet speelt wel wat, maar veruit het meeste geluid komt uit Shayestehs computer. Hij creëert geluid zonder tooncenrum, ergens in een gigantisch microkosmos tussen muziek en soundscape. Klinkende tonen veranderen weinig van hoogte, maar voortdurend van kleur en hiërarchie.
Maar na die opbouw van het eerste kwartier, gaat Shayesteh nog een ruim halfuur met steeds een vergelijkbare opbouw door. Dat is jammer. Het klinkt dan wel net iets anders, met andere piepjes en bliepjes, maar een al verpletterd publiek kun je niet nog vijf keer met hetzelfde trucje opnieuw platslaan. Bij elke stilte die niet het einde blijkt te zijn, neemt de onrust in het publiek toe. Toch snap je Shayesteh wel: als je maar een paar keer per jaar de kans krijgt om voor een zaal je ideeën uit te proberen, is het verleidelijk ze allemaal in één optreden te stoppen.
Celliste Leah Plave is met Tiziano Teodori, die haar geluid vanachter een computer beïnvloedt, een kort, prima entremet voor de tweede helft: het optreden van zangeres Natalia Kharetskaya. Vooral dat zal nog wel even in de oren van het publiek nagonzen.
Kosmische bruid
In een futuristisch blauwroze glimmend pak met wijd uitlopende mouwen voelt Kharetskaya zich een „cosmic bride”. Het is alsof Annie Lennox, Sinead O’connor en Sharon den Adel (van Within Temptation) samen een act hebben geproduceerd voor het Songfestival (waar ze, blijkt, in 2018 daadwerkelijk een gooi naar deed in Litouwen). Haar strelende stem en de al even zoete strijkklanken van haar strijkkwartet, waar ze tussenin staat, wordt door de computer aangevuld met allerlei glinsterende effecten en dramatische grote troms. In een voortdurende galm zijn haar Engelstalige liedjes moeilijk te verstaan, maar het woordje ‘star’ komt steeds weer terug. Haar armen en handen beweegt ze voortdurend omhoog en naar links, en je moet even ontdekken waarom: ze draagt elektronische ringen, waarmee ze het geluid live beïnvloedt. Beweegt ze haar armen naar links, dan gaat alles nog meer galmen dan het al deed. Omhoog, dan klinkt haar stem echoënd uit surroundspeakers door de ruimte. Het is eigenlijk de bedoeling dat het publiek door de zaal loopt en de muziek van alle kanten ervaart, maar daar is de Jurriaanse Zaal weinig geschikt voor. Het publiek blijft als versteend zitten.
Waarschijnlijk omdat Kharetskaya ook jazzzangeres is en op een indrukwekkende manier alle zoetheid uit de suikerklank weet weg te nemen: terwijl haar begeleiding stabiel blijft, zweeft zij haar hele optreden lang door een kosmos van toonsoorten. Als zoete klanken samen de wrangste bi-tonale dissonanten vormen, heeft dat een verbazend sterk effect: je interne smaakkompas raakt volledig de weg kwijt.
„Ik vond dat de lichten vanavond wél wat toevoegden.” De ene vrouw goedkeurend tegen de andere. „Ja, het paste hier goed bij de muziek, dat vond ik ook.”