Fotografe Lieve Blancquaert ging op zoek naar wat mensen in Europa verbindt

Toen Lieve Blancquaert (60) op 9 november 1989 met haar oude Volvo 240 Berlijn binnenreed, 26 jaar oud en op pad voor een foto-opdracht voor het Belgische magazine Knack, wist ze niet dat er die dag geschiedenis geschreven zou worden. De Berlijnse Muur viel, en zij was er bij, een toevallige getuige van de uitzinnige vreugde van zowel de Oost- als de West-Duitsers, en van het legendarische cello-optreden van Mstislav Rostropovitsj bij Checkpoint Charlie.

„Ik denk dat het die onvergetelijke ontmoeting met Rostropovitsj was die mij de mantra ‘Ik ben Europa’ heeft ingeprent”, schrijft Blancquaert in het voorwoord van haar vorige maand uitgekomen fotoboek Wij zijn Europa, een ontmoeting met een continent. „Hoe we allemaal samen geloofden in de kracht van één worden, samenzijn.”

Jozef & Maria, Oostenrijk.
Foto Lieve Blancquaert
Abdul, Malak, Ahmad, Arwa, Aya, Ierland.
Foto Lieve Blancquaert
Vrouwenleger, Estland.
Foto Lieve Blancquaert
Boer Luc, België.
Foto Lieve Blancquaert

Nieuwsgierig naar wat ons als Europeanen nou eigenlijk verbindt, of juist niet, ging Blancquaert 34 jaar later, nog steeds Europa-believer, in het voorjaar van 2023 op reis. Samen met goede vriendin Marije de Brabandere (en een filmploeg – er is ook een tv-serie bij VRT Canvas) trok ze vijf maanden lang in een camper door alle 27 lidstaten van de Unie – als opmaat naar het voorzitterschap van België van de Raad van de Europese Unie, van 1 januari tot 30 juni 2024, en als opmaat naar de Europese verkiezingen, op 6 juni van dit jaar.

Tijdens die reis tekent ze op wat de route is, de temperatuur („Het vriest de stenen uit de grond: Polen in maart. „Het is een frisse 39,5 graden”: Malta in juli), wat ze eten (goulash, Hongarije), maar portretteert ze vooral de mensen die ze tegenkomt.

Lieve Blancquaert is in België waarschijnlijker bekender als tv-maker dan als fotograaf; ze maakte meerdere programma’s, documentaires en docuseries, onder andere een reeks waarvoor ze de wereld rondreisde om gebruiken en verhalen vast te leggen rond geboorte (Birth Day, 2013), huwelijk (Wedding Day, 2015), dood (Last Days, 2018) en seksualiteit (Let’s talk about sex, 2021). Ze won verschillende prijzen, waaronder de Prix Europa voor de documentaire Mirakel n° 71 (2023), over een roadtrip naar Lourdes.

Giuseppe & Mateo, Italië
Foto Lieve Blancquaert


Paolo, Sicilië (Italië).
Foto Lieve Blancquaert

Achtergronddoek

Net als de Amerikaanse fotograaf Richard Avedon dat eerder deed voor zijn legendarische fotoserie In the American West (1979) – hij bezocht 189 steden en 14 staten in vijf jaar tijd – gebruikt ook Blancquaert voor deze serie bij de meeste van haar portretten een achtergronddoek (een grijze, Avedon had een witte). Een goede truc om de mensen die ze portretteert te isoleren van de achtergrond en zo eenheid in haar werk aan te brengen. Ze gaat langs bij wijn- en veeboeren, klimaatactivisten, rechtspopulisten, arbeidsmigranten, kermisexploitanten, vluchtelingen, daklozen, ondernemers, priesters, een vrouwenleger in Tallinn – voert er gesprekken en rolt uiteindelijk haar achtergronddoek uit voor een portret. Ze fotografeert individuen, gezinnen, stellen, families, sommigen blakend van zelfverzekerdheid (Giuseppe en Mateo die aan het strand op Sicilië uitgelaten hun spierballen tonen), anderen wat schuchter, handen in de zakken, zoals de Tsjechische boseigenaar Matej. Matej maakt zich zorgen over het klimaat; door de hittegolven van de laatste jaren en de extreme droogte vielen de Noorse sparren in zijn bos ten prooi aan de schorskever, waardoor twee derde van zijn bomen verloren ging.

Boussim, België.
Foto Lieve Blancquaert
Mateji, Tsjechië.
Foto Lieve Blancquaert
Voetbalteam van Senegalese vluchtelingen, Spanje.
Foto Lieve Blancquaert
Kenzo, Kevin, Kai en Kilian, Frankrijk.
Foto Lieve Blancquaert

In Frankrijk staan Kai, Kenzo, Kevin en Killian, kinderen van kermisexploitanten, voor de ‘Pirouette et Galipette’. Josef en Maria, de jonge eigenaars van het Oostenrijkse Weingut Geyerhof, een van de eerste biologische wijnhuizen van Europa, poseren met een van hun trekpaarden. De Senegalese vluchtelingen die werkzaam zijn in de plastic kassen in het Zuid-Spaanse Almeriá, staan gebroederlijk samen voor een voetbaldoel. En na een training van de Naiskodukaitse, het vrijwillig vrouwenleger van Estland, staan de jonge vrouwen strak in het gelid: „Als je aan de rand van Europa leeft en je buurman is de vijand, dan is het onze plicht klaar te zijn voor de strijd”, zegt een van hen.

Met persoonlijke ‘kleine’ verhalen snijdt Blancquaert zo de grote thema’s van deze tijd aan: migratie, klimaat, duurzaamheid, oorlog. Weer thuis beschrijft ze in een nawoord haar gedachten, hoe het gevoel van eenheid, dat ze had na de val van de Berlijnse Muur, overeind bleef, ondanks de onenigheden en de spanningen die ze onderweg tegenkwam. „We moeten samen blijven”, besluit ze. „Alleen staan we nergens.”

Florentina, Maria en kinderen, Roemenië.
Foto Lieve Blancquaert


Alberto, Martina, Giuseppe, Luca, Italië.
Foto Lieve Blancquaert