Zo leuk was het niet, seksbom zijn in de jaren vijftig

Gina Lollobrigada


Foto Imageselect, Bewerking NRC
Alleen maar mooi? Met de dood van actrice Gina Lollobrigida stak het begrip zijn zweterige kop weer even op: seksbom. Er een zijn was geen feest. „Zodra een actrice was gegroomd, was ze gebrandmerkt.”

In Hollywood zochten ze een actrice met grote borsten („a busty actress”) en Jane Russell kreeg de rol. De film kwam uit in 1943 en heette The Outlaw maar dat hij over de legendarische crimineel Billy the Kid ging, was bijzaak. Hij ging over Janes lichaam, daar zette regisseur/producent Howard Hughes vol op in, vooral op die borsten.

En dat bleef hij doen, zolang ze bij hem onder contract stond. Ze had acteertalent en de camera hield van haar zoals dat heet, en dat interesseerde niemand.

Het woord seksbom bestond nog niet maar Jane Russell was er een. Een van de vele actrices die rücksichtslos door de filmstudiobazen werden geëxploiteerd als visuele schuine moppen. Aanwezig in films als snoepje voor oog en onderbuik, in een wereld waar een man die niet in konten kneep geen echte man was en een vrouw die dat niet leuk vond geen echte vrouw.

Het kon anders maar dan moest een vrouw een harde kop hebben. De comédienne Mae West liet zich niet vangen. Zij had alles om ingelijfd en vermalen te worden maar zij slaagde erin om de filmindustrie een koekje van eigen deeg te geven. Ze positioneerde zich actief zélf als sex kitten en maakte in door haarzelf geschreven scenario’s hitsige mannen belachelijk met allerlei variaties op haar beruchte vraag: „Is that a gun in your pocket or are you just glad to see me?

Ze was een druppel op een gloeiende plaat. Niemand keek vreemd op toen de komiek Bob Hope Jane Russell in een show aankondigde als „the two and only Jane Russell”. Hé, waar kennen we dat van? O ja, van onze eigen cabaretier Toon Hermans. Die warmde het kleffe grapje in 1958 op, met een uithaal naar de actrices Marilyn Monroe en Gina Lollobrigida en hun „Grote Vier”. Het waren besmuiktere tijden en iedereen lag dubbel.

Inmiddels was de term seksbom gangbaar geworden. Dat was geen compliment maar een meesmuilend woord dat tot diep in de jaren zestig menig actrice reduceerde tot een seksuele uitnodiging, met de filmindustrie als lachende geldwolf die zulke vrouwen met huid en haar opvrat. Wie behoefte heeft aan een stoomcursus ‘wat was een seksbom’ hoeft alleen maar te denken aan het personage ‘The Girl’ (een naam was niet nodig) gespeeld door Marilyn Monroe in The Seven Year Itch (uit 1955, in Nederland heette die film Geen tijd om te blozen). Ze staat op een luchtrooster, haar rok waait op en ze heeft pret. Ze let niet op haar benen. Haar omlaag glurende tegenspeler wel. Ze wordt neergezet als een jonge vrouw, een meisje nog, en intussen speculeert de scène op geile gedachten (want waar gaat die warme lucht onder die rok naartoe?).

Via een dieet van seksbommen werd de hypocrisie gevoed van het filmpubliek dat gaandeweg geen bezwaren meer zag tegen een overdaad aan vlees en borsten. In die visie bestonden bepaalde vrouwen om eerst gecreëerd en dan misbruikt te worden. En als ze daarover klaagden hadden zij het gedaan. Moest je maar niet sexy zijn. „Put the blame on mame”, zong Rita Hayworth in ‘Gilda’ – en ze gooide haar krullen in haar nek. Geef mij de schuld maar, dan zijn we daar vanaf. Ze was op haar mooist.

Jane Russell, Gina Lollobrigida, Raquel Welch, Sophia Loren, Gina Lollobrigida en Marilyn Monroe.Foto’s ANP, Imageselect, DisneyGeneral via Getty, ANP, ANEFO, Hutton Archive via Getty, Bewerking NRC

Zodra een actrice was gegroomd als een sappige verboden vrucht was ze gebrandmerkt. Ursula Andress zou altijd de bikini-vrouw blijven die uit de branding opdook onder de begerige blik van James Bond (Dr. No, 1962). Anita Ekberg kwam nooit meer uit onder haar rol als tomeloze oervamp in La dolce vita (1960). En Jayne Mansfield werd een karikatuur. Als ze voorbij wiebelt in The girl can’t help it (1956) kookt in de handen van de melkboer de melk over in de flessen. Dat vond ik nou eens uitermate grappig. Want wat is er tegen mooi en sexy?

Niks. En ook al werden ze door het filter van de zogeheten male gaze gehaald, Audrey Hepburn en Grace Kelly gooiden er hoge ogen mee in prachtige rollen. Zij waren ongeschikt als seksbom, dat was hun geluk. De Italiaanse actrice Sophia Loren lukte het te ontsnappen. Zij greep de kans om te laten zien wat ze waard was met een prachtige moederrol (uiteraard strikt verboden voor de seksbom) in het oorlogsdrama La ciociara (1960).

‘Kon een seksbom ook een man zijn”, vraagt een collega die een generatie jonger is dan ik. Eerst zeg ik van wel. „Wie dan?” Ik begin over Clint Eastwood, want ik herinner me hoe hij me in Hang ’em High huppeltjes in mijn tienerbuik bezorgde. Maar als ik de film nu bekijk, twijfel ik. Clint Eastwood, Paul Newman, Robert Redford, en de andere mannelijke filmsterren uit die tijd zijn types om bij weg te dromen, maar toch iets anders dan een seksbom. Eastwoods lichaam was meer dan in orde maar dat was het punt niet. Hij was er niet voor de vrouwen, hij diende een verhaal. Alleen de destijds populaire Romeinenfilms draaiden om het mannenlichaam, met acteurs in tunica’s met korte rokjes voor een blik op benen als zuilen en hun gespierde borst. Films met „men’s tits bigger than women’s” grapte de komiek Groucho Marx. Maar daar werden niet veel vrouwen warm of koud van. Mannen wellicht wel. De mannen, die de macht hadden (en hebben) in Hollywood, verbeeldden wat ze graag in de spiegel hadden gezien zien. De seksbom verwees naar wat ze graag aan hun arm hadden hangen.

En Sean Connery dan? Of Marcello Mastroianni? Bijna. Ze waren waanzinnig aantrekkelijk, maar ze werden niet veroordeeld tot monotoon mooie-poppetjes-gedrag. Seksbommen zijn zo’n beetje inwisselbaar, zij dreven op hun persoonlijke charme en stijl. Onweerstaanbaar, wat je zegt. Maar ‘als hij het vriendelijk vraagt, dan zeg ik geen nee’, is toch echt iets anders dan ‘als ik de kans krijg, pak ik haar. Of een ander, maakt niet uit’.

Als ze voorbij wiebelt kookt in de handen van de melkboer de melk over in de flessen

Het woord seksbom is inmiddels op sterven na dood. Dat het deze week zijn zwetende kop opstak, kwam doordat de Italiaanse actrice Gina Lollobrigida stierf. Zij was een seksbom par excellence, althans zo werd ze gecast. Het feit dat ze in vele tientallen films speelde, dat ze een tweede carrière had als een verdienstelijk en vasthoudend fotografe kwam in terugblikken op haar leven heus aan de orde. Maar die informatie werd steevast ondergesneeuwd door maar weer eens een opmerking over haar decolleté. Want zelfs als ze in haar kist ligt bestaat een seksbom bij gratie van seksistische aandacht, en verder niet.

‘Seksbom’ is een rotbegrip. Eigenlijk betekent het ‘valkuil’, niet waar je in stapt, maar waar je in wordt gegooid. Het impliceert dat een filmster ‘alleen maar mooi’ is en verder niks voorstelt. Alsof mooi zijn niets betekent, dat was (en is) hard werken. In feite was de seksbom een wandelende mannenfantasie met de zogeheten casting couch als teststation. Een optie op een carrière kopen via seks, afgedwongen of aangeboden, met een machtige man is helaas nog altijd normaal – zie de #MeToo-schandalen die pas nu aarzelend verteld worden.

Het is makkelijk om nostalgisch terug te kijken naar de jaren vijftig, zestig en zeventig, als er een filmster overlijdt. Leuke praatjes, mooie plaatjes. Och wat was ze mooi. Maar de seksbom was kanonnenvlees voor de filmindustrie en er was heel veel nodig. In de kroonluchters in de film met de veelzeggende titel Gentlemen prefer blondes (1953) hangen jonge vrouwen in kleine kostuumpjes. Borsten vooruit, ruggen naar achteren gekromd in een vogelnestje.

Denk daaraan, elke keer als het woord ‘seksbom’ valt. Maar vergeet ook nooit: sexy is geen schande, integendeel.

Een still uit ‘Gentlemen Prefer Blondes’ (1953)Foto Photo12 / ANP