N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Analyse Het schandaal over seksueel grensoverschrijdend gedrag bij The Voice maakte opnieuw duidelijk hoe moeilijk Nederlanders het vinden om te accepteren dat dergelijk gedrag plaatsvindt. „Het staat haaks op ons zelfbeeld.”
Deze week is het een jaar geleden dat BNNVARA-programma BOOS onthulde dat juryleden en medewerkers van het talentenprogramma The Voice of Holland zich schuldig zouden hebben gemaakt aan seksuele intimidatie, of zelfs verkrachting. Daarop besloot Talpa hét familieprogramma van de Nederlandse televisie van de buis te halen. En, misschien nog wel belangrijker: mediapersoonlijkheden die de gemiddelde televisiekijker hoog had zitten, of in ieder geval tot het meubilair van Hilversum rekende, vielen van hun voetstuk.
En dat gaf het gesprek over seksueel grensoverschrijdend gedrag opnieuw een zwengel. De ministeries OCW en SZW meldden het in juni van dit jaar nog maar eens: 53 procent van alle vrouwen blijkt weleens ervaring te hebben gehad met grensoverschrijdend gedrag.
Het schandaal bracht ook een stroom aan maatregelen op gang. Er kwam een meldpunt voor seksueel wangedrag in de cultuur- en mediasector, er werd een regeringscommissaris seksueel grensoverschrijdend gedrag aangesteld. En de onthullingen zorgden, opnieuw, voor meer bewustwording. In de omroepwereld en ver daarbuiten.
Zo werden er in januari vorig jaar, de maand van de BOOS-uitzending, bijna de helft meer zedenincidenten gemeld bij de politie dan een jaar ervoor. Dat ging om uiteenlopende incidenten, zei minister van Justitie en Veiligheid Dilan Yesilgöz (VVD) destijds in de Tweede Kamer – soms speelden zaken zich al jaren geleden af. Daarnaast geeft de helft van de vertrouwenspersonen volgens de Landelijke Vereniging van Vertrouwenspersonen (LVV) aan dat er sinds ‘The Voice’ „iets is veranderd op het werk”, liet het AD deze maand peilen. Volgens 58 procent steeg het aantal meldingen van intimiderend gedrag op de werkvloer, in de helft van de gevallen ging dat om een leidinggevende.
Haaks op zelfbeeld
Gek eigenlijk, als je bedenkt dat de #MeToo-beweging al sinds 2017 volop media-aandacht krijgt. Hadden we The Voice wérkelijk nodig om hardop tegen elkaar te zeggen: ‘Een dickpic naar een collega sturen, dat kan eigenlijk echt niet’? Ja, we hebben zulke onthullingen nodig, zegt Renée Römkens, bijzonder hoogleraar gendergerelateerd geweld aan de Universiteit van Amsterdam. In de dertig jaar dat zij onderzoek doet naar geweld tegen vrouwen, valt het haar op hoe moeilijk Nederlanders het vinden te accepteren dat zoiets plaatsvindt. Römkens: „Het staat haaks op het zelfbeeld dat we hebben. Nederland is een beschaafd, geëmancipeerd land, vinden we. We hebben de boel op orde.”
Dus zelfs al kenden we de verhalen uit de VS, onthullingen als die bij The Voice doen beseffen dat ook wij niet heilig zijn, zegt Römkens. En, belangrijker nog: „We creëren graag een eendimensionaal beeld van elkaar, terwijl grensoverschrijdend gedrag nooit zo zwart-wit is.”
Je eigen baas
Een leidinggevende, een collega – ze kunnen aardig zijn én grenzen overschrijden. Iemand kan succesvol of geliefd zijn én grenzen overschrijden. Juist de verbijstering over het seksueel misbruik bij een populair televisieprogramma, zegt volgens Römkens iets over het beeld dat wij nog steeds hebben van iemand die zich seksueel misdraagt. „Dat is toch altijd een variant op de man die uit de bosjes springt, de onbekende man die zich aan je opdringt. Niet een succesvolle presentator, en niet je eigen baas.”
Dat is dan ook de paradox van de #MeToo-beweging, vindt Römkens. Grote onthullingen zijn nodig om het gesprek over intimidatie te voeren, om meldingen van grensoverschrijdend gedrag te stimuleren. Maar tijdens zo’n mediastorm blijkt volgens haar ook hoeveel we nog bagatelliseren. Römkens: „We verdringen graag dat seksuele intimidatie vaak voorkomt, zien het telkens weer als incident of uitzondering, en zijn telkens weer verrast. Pas als er uitvoerig over wordt gesproken, zorgt dat voor verandering.”
Lees ook: Advocaat van The Voice-slachtoffers: ‘Ons systeem kan deze vrouwen niet echt helpen’