Waarschuwingen van netbeheerders stapelen zich op: het is code rood in stroomland

De waarschuwingen stapelen zich op. Vorige week deed Stedin, de beheerder van het regionale stroomnet in de Randstad en Zeeland, een dringende oproep aan burgers om hun elektrische auto’s niet meer tussen 16.00 uur en 21.00 uur op te laden. Er wordt in die uren al veel te veel stroom verbruikt en er is simpelweg niet genoeg ruimte op het stroomnet om iedereen te kunnen leveren. Het net zit ‘vol’.

Enkele dagen later waarschuwde Alliander, moederbedrijf van Liander, de beheerder van de regionale stroomnetten in onder andere Gelderland, dat het nog weleens tien jaar kan duren voordat dit probleemis opgelost. Netten uitbreiden, zodat meer stroom vervoerd kan worden, duurt namelijk jaren. Vanwege onder andere lange vergunningsprocedures, maar ook doordat omwonenden vaak bezwaar maken tegen infrastructuur in hun achtertuin.

Donderdag kwam daar een alarmkreet van Enexis bij, de netbeheerder voor Zuid- en Noord-Nederland. Ook dat bedrijf waarschuwde (opnieuw) dat het stroomnet uit zijn voegen barst. Het bedrijf voegde een dimensie aan de problematiek toe door erop te wijzen dat het tempo waarmee capaciteit wordt bijgebouwd de groeiende vraag helemaal niet kan bijbenen.

Waardoor het ‘gat’ dus alleen maar groter wordt. Een deel van het geld dat voor de netten wordt uitgetrokken gaat nu naar onderhoud van de bestaande netten. „Het peloton loopt zo steeds verder voor ons uit”, aldus Rutger van der Leeuw, topman van het bedrijf, in een telefonische toelichting.

Alle provincies rood

Code rood dus in stroomland. Het zou inmiddels niemand meer mogen verbazen. Er zijn kaartjes die laten zien waar er nu al een gebrek aan ruimte is op het net. Vrijwel alle provincies kleuren daarop rood.

Voor nieuwe aansluitingen op het net – bedrijven die bijvoorbeeld willen verduurzamen door hun productieprocessen te elektrificeren, en daarvoor een ‘zwaardere’ aansluiting nodig hebben – zijn nu overal wachtlijsten. Op sommige plekken moeten bedrijven wel vijf tot tien jaar wachten, zegt Van der Leeuw.


Lees ook
Hoe de elektrische auto het vastgelopen stroomnet kan redden. En je portemonnee

Hoe de elektrische auto het vastgelopen stroomnet kan redden. En je portemonnee

En dan is er nog het probleem aan ‘de andere kant’ van het net, waar er stroom ingaat, van producenten -– denk aan energiecentrales en zonnepanelen. Die invoer is op sommige momenten zo gigantisch dat die stroom niet allemaal op het net past. In dat geval zit er maar één ding op: productielocaties tijdelijk uitzetten. Anders loopt de spanning op het net te hoog op, met storingen tot gevolg.

Het aantal stroomstoringen neemt steeds verder toe. De Nederlandse stroomvoorziening is nog steeds een van de meest betrouwbare ter wereld, benadrukt Van der Leeuw, met een leveringszekerheid van 99,996 procent. Maar dat percentage zal vermoedelijk komende jaren wel iets gaan dalen, vreest hij. Al met al dreigt ‘netcongestie’ de belangrijkste rem op de transitie naar een schonere energievoorziening te worden.

Wakker schudden

Bij Enexis maar ook bij de andere netbeheerders is inmiddels de fase aangebroken van het ‘wakker schudden’ van klanten. Want ondanks alle waarschuwingen hebben veel huishoudens en bedrijven nog steeds niet door hoe nijpend de situatie is, zien zij. Dat het niet meer vanzelfsprekend is, zoals jarenlang, dat ze altijd zo veel stroom kunnen krijgen als ze nodig hebben.

Enexis heeft donderdag een gezamenlijk onderzoek met Stedin en Liander onder zakelijke klanten gepubliceerd, waaruit blijkt dat zelfs als die al op de hoogte zijn van de problematiek, ze verwachten dat er geen problemen zullen zijn. Of dat die wel zullen meevallen. Maar dat is dus niet zo, zeggen de netbeheerders. Klanten schatten de wachtrijen en doorlooptijden „te rooskleurig” in.

Heikel punt is ondertussen steeds meer wie het probleem nou precies moet oplossen, en wie de zaak eigenlijk zo uit de hand heeft laten lopen. De netbeheerders zeggen zelf dat, tot het net uitgebreid is, de oplossing zal moeten worden gezocht met de klanten. En soms betekent dat zelfs hen te vragen plannen voor verduurzaming uit te stellen. Een „pittige boodschap”, zegt Van der Leeuw.

Meer stroom nodig? Daar moeten bedrijven soms vijf tot tien jaar op wachten

Sommige politici denken daar anders over. Kamerlid Silvio Erkens, de energiespecialist van de VVD, reageerde bijvoorbeeld ontstemd op de oproep van Stedin om elektrische autobezitters te vragen ‘buiten de spits’ op te laden. De mensen die vooroplopen met verduurzaming mogen niet de dupe worden van de problemen bij de netbeheerders, vindt hij.

Van der Leeuw vindt niet dat de netbeheerders de zaak hebben onderschat. Ja, erkent hij, ze hadden in het verleden soms meer kunnen doen. Maar het lastige is dat de wet netbeheerders verplicht zo „efficiënt” mogelijk met hun geld om te gaan. Omdat netbeheerders overheidsbedrijven zijn en het om belastinggeld gaat. Dat betekende in de praktijk: „Zo laat mogelijk en zo min mogelijk investeren”, zegt Van der Leeuw. Inmiddels geeft Enexis „recordbedragen” uit.

Maar daarbij, stelt hij, is het met de groei van het aanbod en de vraag naar stroom ook wel „extreem snel” gegaan. Sneller dan iedereen zou hebben verwacht. En toen twee jaar geleden de energiecrisis uitbrak, ging het tempo van de verduurzaming verder omhoog. Dat hielp ook niet.