De onvermoeibare experimenteerdrang van ScHoolboy Q

ScHoolboy Q houdt best van grootspraak. Maar hoe ronkend die bij hem soms ook is, hij lijkt er zelf nooit écht helemaal in te geloven. Op Blue Lips, zijn eerste album in vijf jaar, staat de rapper – die van zeer jongs af aan zijn geld bijeen scharrelde en handelde in het straatleven van Los Angeles – regelmatig stil bij de glorieuze status die hij nu heeft. Met een villa tussen de glooiende heuvels waarin het voelt alsof hij altijd op vakantie is; gelukkige dochters en een tevreden accountant. Hij is trots, maar ook vol ongeloof en op zijn hoede. Hij contrasteert zijn welvaart en relatieve gemoedsrust vaak met een diepgevoeld besef dat het verlies en verraad, de verslaving en depressie, en de stress en problemen van vroeger, elk moment kunnen terugkeren.

Op zijn eerdere albums vertelde ScHoolboy Q ook al inhoudelijk uitgebreid over de vele worstelingen die hem vormden, met beklemmende en verhalende raps waarmee hij de luisteraar in dat leven onderdompelde. Op zijn nieuwe plaat is hij wat abstracter, en krijgen stijl, sfeer en vorm in zijn raps nog meer de overhand. Het is alsof de technisch virtuoze rapper zichzelf voortdurend wil verrassen en verbazen, door met timing, frasering, cadans en rijm constant nieuwe wegen in te slaan.

ScHoolboy Q laat zijn raps graag stromen in een stortvloed aan woorden en beelden die elkaar lukraak lijken op te volgen. Hij is daarbij creatief en veelzijdig in zijn benadering; hij vertraagt en versnelt voortdurend, en schakelt van jubelend en schmierend naar introvert en beheerst. Het ene moment ratelt hij zijn woorden vol overgave af op het ritme van gedreven drums en hi-hats; het volgende is zijn rapstem nauwelijks te horen en slechts een van de vele gefilterde instrumenten in een sfeerrijke mix. Hij kan aanstekelijk luchtig zijn, en luidruchtig platvloers, maar ook kwetsbaar, introspectief en emotioneel.

Muzikaal is er ook voortdurend beweging, zoals in een nummer als ‘oHio’ met een sterk gastoptreden van Freddie Gibbs waarbij beat en compositie meermaals volledig van karakter veranderen. In ‘Pop’ is de muziek rauw, rafelig en rockend; in ‘Blueslides’ mijmert hij over mentale uitdagingen bij kalme pianotonen. Op ‘Pig Feet’ komen de elastische flow en beelden die ScHoolboy Q oproept sterk samen op een trage beat met galmende kickdrum en brommende basgeluiden.

Jaren geleden vertelde ScHoolboy Q aan deze krant dat hij niet van rappen houdt – het was voor hem puur een middel om zijn leven op orde te krijgen. Blue Lips is een dynamisch album propvol ideeën en diversiteit, van een rapper met een onvermoeibare drang om creatief te experimenteren. Met die liefde is het de afgelopen jaren in die villa in de heuvels in elk geval goedgekomen.

HiphopChe Noir The Color Chocolate, Vol. 1

Che Noir uit Buffalo is een rapper met een aantrekkelijk warm stemgeluid die beeldende verhalen vertelt in een ontspannen stijl; op kalme, sfeerrijke beats met sombere pianomuziek, een stevige soulsample of stoffige drums. Ze heeft een net zo’n prettig retrogeluid als haar stadsgenoten van Griselda Records. Haar raps zijn subtiel, vindingrijk, virtuoos en doorleefd. „Back then I was a cursed teen with a bruised fist/ my only best friend was 13 with two kids.” (SvS)

HiphopFrench Montana Mac & Cheese 5

De in Marokko geboren en opgegroeide French Montana werd superster en hiphopmiljonair in Amerika, waar hij in hiphopbakermat South Bronx zijn naam opbouwde met talloze mixtapes. Na zijn grote hit-succes werd hij als artiest snel vlakker. Op deze release zijn naast het saai opgelepelde hedonisme uit zijn recentere oeuvre ook weer wat meer de bewijsdrang en het plezier van zijn vroege rapcarrière te horen, in speelse metaforen en skits, luchtige autotune-melodieën en vlammend zelfverzekerde statements. (SvS)

JazzGallowstreet A Trip Worth Making

Met A Trip Worth Making bewijst brassband Gallowstreet dat hun vorige bedachtzame plaat Laaglands (2023) slechts een tijdelijk harmonieus uitstapje was. Uiteindelijk zijn ze op hun best als ze vol voor een klap tussen de ogen gaan. De koperkleurige bombast van dit vijfde studioalbum klinkt gevaarlijk, spannend en geladen. Ten opzichte van het eerste werk is er nog meer elektronica, nog meer drang en nog wat meer fijne ritmiek, van stoner rock tot house en klassieke soul. (LvdV)