Madame Web is, tot nu toe, de slechtste film van het jaar. En de bezoekers van Pathé Schouwburgplein in Rotterdam weten het. Terwijl een plot als een Moldavische autoweg zich ontvouwt, wordt er gelachen bij de monologen en met de ogen gerold bij de grappen. Na afloop blijven we allemaal over met die simpele, oeroude vraag: ‘What the fuck?’ Maar ontevreden zijn we niet. Sterker nog: het is de reden dat de meesten van ons hier zijn.
Madame Web is de nieuwste poging van filmstudio Sony om de Spider-Man-stripboeken uit te melken. Drie succesvolle Spider-Man-films, twee spin-offs en twee briljante Spider-Verse-films. Niet genoeg, Sony wil meer. En dus ging het bedrijf met een luizenkam door de stripboeken op zoek naar een verkoopbaar personage. Die vonden ze in Madame Webb: een blinde, bejaarde mutant met een auto-immuunziekte.
Webb werd verjongd. Dertiger Dakota Johnson (Fifty Shades of Grey) werd gecast. En ze kreeg een achtergrondverhaal: Webb is ambulancemedewerker, geboren tussen spinmensen in Peru, en krijgt telepathische krachten na een bijna-doodervaring. Daarnaast werden er nog drie jonge actrices (onder wie Sydney Sweeney) gecast, in de marketing geïntroduceerd als ‘Spider-Girls’. De intentie was duidelijk: Madame Web moest een nieuwe superheldenfranchise worden.
Met één regel uit de trailer viel Sony’s droom in duigen. „Ik herken hem! Hij was met mijn moeder in de Amazone, toen ze spinnen onderzocht vlak voor ze dood ging.” De zin, komisch volgepropt met plot-uitleg en verwijderd uit de film, werd een meme (een internetgrap die veel gedeeld wordt). Niet veel later schreven recensenten de film kapot. The New York Times schreef dat de film „absurd” is, maar niet eens „memorabel slecht”. Hun cijfer? Een drie. Een hoger cijfer dan de film gemiddeld kreeg.
Het was een dilemma voor Sony. Hoe verkoop je een film die al voor uitkomst te boek staat als een van de slechtste films van het jaar? Sony’s antwoord: je omarmt de mislukking, en stuurt je sterren op ramkoers met de pers.
Dakota Johnson zei in pijnlijk ongemakkelijke interviews de film niet eens gezien te hebben, kon niet één Spider-Man-film opnoemen (Spider-Man: He’s Back?), en maakte duidelijk géén superheldenfan te zijn. Haar recensie: „[Madame Web is] alsof AI de perfecte film voor je vriendje heeft geschreven”. Sydney Sweeney liet op haar beurt doorschemeren dat ze niet wist waar ze aan begon. Ze dacht deel te worden van het Marvel-universum, niet dat van Sony. Op TikTok en X werd je gezandstraald met Madame Web-grappen en interview-fragmenten.
Het is een cynische strategie: meme-marketing. Van een mislukking maak je een internetgrap. Als de zaal maar vol komt. Sony deed het eerder. Met succes: Spider-Man-spinoff Venom was een kaskraker (856 miljoen opbrengst) na een zo-slecht-dat-ie-goed-is-campagne. En zonder succes: vampierenfilm Morbius was een flop, óók nadat een belachelijk zinnetje uit de trailer – ‘Its Morbin’ Time!’ – een internetmeme werd. Het was een kleine overwinning van kunst boven commercie.
En Madame Web? Dat valt te bezien. Mijn 12 euro hebben ze. Vooralsnog valt de recette tegen: 77 miljoen op een budget boven de 100 miljoen. Mijn advies: blijf thuis, wacht een paar maanden. Op streaming, met een paar vrienden en wat drankjes heb je een topavond.
Tristan Theirlynck is filmrecensent.