N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
De luchtvervuiling die ontstaat door het gebruik van fossiele brandstoffen, koelt de aarde óók af. De mens heeft zich met dit mechanisme onterecht rijk gerekend, waarschuwt een wetenschapper.
Een pact met de duivel. Zo noemt klimaatwetenschapper James Hansen het feit dat de mensheid de aarde niet alleen steeds verder heeft opgewarmd door het verbranden van steenkool, olie en gas, maar ook heeft afgekoeld dankzij de luchtvervuiling die daarmee gepaard ging. Die afkoeling „heeft de opwarming waarschijnlijk met ongeveer de helft verminderd in de afgelopen eeuw”, schreven Hansen en zijn collega’s al in 2013 in een artikel getiteld Doubling Down on Our Faustian Bargain. Dankzij afkoelende vervuiling kon de wereld langer doorgaan met het verstoken van fossiele brandstoffen. Maar, waarschuwde Hansen, er komt een moment dat we de rekening gepresenteerd krijgen.
Luchtverontreiniging bestaat uit een amalgaam van kleine deeltjes, areosolen die in de atmosfeer ronddwarrelen, variërend van roet tot zwavelzuur en van woestijnzand tot salpeterzuur. Bij elkaar heeft die brij een behoorlijke invloed op de temperatuur. De deeltjes mixen en gaan met elkaar chemische reacties aan. Sommige weerkaatsen het zonlicht en sturen het terug de ruimte in voordat het de aarde kan bereiken. Andere absorberen juist zonlicht en veroorzaken extra opwarming. Weer andere weten waterdruppeltjes aan zich te binden waardoor zich gemakkelijker wolken vormen – die weer van invloed zijn op de mondiale temperatuur. Zeker is dat de optelsom van al die effecten een demping van de opwarming veroorzaakt. „Maar hoeveel is onzeker”, schreef Hansen, „omdat mondiale aerosolen en hun effect op wolken niet nauwkeurig worden gemeten.”
De droom van 1,5 graden
Eind vorig jaar herhaalde Hansen zijn waarschuwing met nog meer klem in een uitgebreide analyse op basis van nieuwe data. Een opwarming van maximaal 1,5 graden Celsius, waar in het Klimaatakkoord van Parijs (2015) nog van werd gedroomd, kunnen we vergeten, schreef hij. Zelfs onder de 2 graden blijven zal met de huidige aanpak niet lukken. Het klimaat blijkt gevoeliger voor de CO2-concentratie in de atmosfeer dan werd gedacht. Bij een verdubbeling van die concentratie zal de temperatuurstijging eerder 4,8 graden zijn dan de 3 graden waarmee het wetenschappelijk klimaatpanel van de Verenigde Naties (IPCC) nu rekent. Dat verschil schrijft Hansen mede op het conto van de aerosolen – daardoor heeft de mensheid zich rijk gerekend. Want minder uitstoot betekent volgens hem minder aerosolen, en dus minder demping van de opwarming.
„We hebben ooit een faustiaanse deal gesloten”, zei Hansen bij de presentatie van het onderzoek. „Nu is het moment gekomen dat we de eerste faustiaanse betaling verschuldigd zijn, omdat de vermindering van aerosolen de opwarming van de aarde versnelt.” We moeten niet alleen als de wiedeweerga stoppen met het gebruik van fossiele brandstoffen, denkt Hansen, we hebben ook de verkoeling nodig die aerosolen ons bieden. Hij pleit niet voor het behoud van luchtvervuiling, die jaarlijks nog steeds miljoenen slachtoffers maakt, maar hij wil zwavel in de atmosfeer injecteren om wolken te vormen die voor afkoeling zorgen. Geo-engineering dus, sleutelen aan de atmosfeer.
Er kwam – gelukkig, zou je bijna zeggen – veel kritiek op Hansens alarmerende toon. Ook van gerenommeerde collega’s. „Ik heb het grootste respect voor Jim [Hansens] bijdragen aan onze wetenschap, maar ik denk dat hij zich deze keer heeft laten misleiden”, zei klimaatwetenschapper Michael Mann tegen het Amerikaanse weekblad Newsweek. Raymond Pierrehumbert van de universiteit van Oxford, expert op het gebied van geo-engineering, vond dat Hansen met zijn nieuwste onderzoek was „ontspoord”. Beiden schatten in dat het effect van aerosolen wel meevalt.
Toen Hansen in 2013 zei dat aerosolen niet nauwkeurig werden gemeten, had hij niet helemaal gelijk. Het probleem was niet zozeer dat het niet gebeurde, maar dat het niet kon. Een meetinstrument dat begin deze maand op de PACE-satelliet van NASA de ruimte in is gegaan, moet daar verandering in brengen. SPEXone, ontwikkeld door het Nederlands Instituut voor Ruimteonderzoek SRON, Airbus Nederland en TNO, is een soort camera die op ingenieuze wijze diepgaande informatie verzamelt over aerosolen. SPEXone gaat eindelijk „het missende puzzelstukje van de klimaatwetenschap” leveren, zei onderwijsminister Robbert Dijkgraaf (D66).
Heeft Hansen dan voor zijn beurt gesproken? Volgens Bastiaan van Diedenhoven, aardwetenschapper bij SRON en betrokken bij de ontwikkeling van SPEXone, bestaat er inderdaad nog veel onzekerheid over aerosolen. „We weten dat ze de opwarming van de aarde hebben gedempt, maar niet hoeveel”, zegt hij in een telefoongesprek. „We denken dat het op het hoogtepunt van de vervuiling, rond het jaar 2000, om ongeveer een halve graad gaat. Met andere woorden, zonder aerosolen zou de gemiddelde temperatuur op aarde een halve graad hoger zijn geweest. Het zou ook slechts een paar tienden van een graad kunnen zijn, maar ook één graad of zelfs nog iets meer.”
Binnen de foutmarge
Met zijn temperatuurdemping van ongeveer één graad zit Hansen volgens Van Diedenhoven binnen de foutmarge, maar aan de hoge kant. „De onzekerheid is groot, en dus kun je ook niet helemaal uitsluiten dat het ergste scenario een feit is. Niet voor niets pleit Hansen in zijn laatste paper voor meer onderzoek naar aerosolen.”
De kritiek op Hansen richt zich volgens Van Diedenhoven vooral op zijn stelligheid. Dat past wel bij de man die beroemd werd met zijn getuigenis in een hoorzitting in de Amerikaanse Senaat in de stikhete zomer van 1988. Terwijl de meeste klimaatwetenschappers destijds alleen voorzichtig spraken over de rol van de mens bij de opwarming, liet Hansen er geen twijfel over bestaan dat de mensheid bezig was het klimaat te veranderen en dat de eerste tekenen daarvan al zichtbaar waren.
Zijn collega Michael Oppenheimer, die zelf in 1988 ook in de Senaat getuigde, was terughoudender. Maar Hansen had het bij het rechte eind, zei Oppenheimer afgelopen november tegen Scientific American: „In de loop der jaren heeft [Hansen] een verdomd goede staat van dienst opgebouwd als het gaat om zijn gelijk over zaken waar anderen anders over dachten.” Dat neemt niet weg, zei Oppenheimer, dat Hansen deze keer uitgaat van de „worst-worst-case”, het slechtste van de slechtste scenario’s.
Het is dan ook te hopen dat de data van SPEXone Hansen ongelijk zullen geven. Want de onzekerheden over aerosolen mogen groot zijn, die over geo-engineering om de gevolgen van klimaatverandering te beperken zijn, ook volgens Van Diedenhoven, nog een stuk groter. Alleen al daarom zit niemand te wachten op het duivelse dilemma dat Hansen schetst.