Pas na de Winterspelen van 2018 ontwikkelde Schouten zich tot een constante wereldtopper

Irene Schouten baalde zondag als een stekker, op het middenterrein van de Olympic Oval in het Canadese Calgary. Ook al had ze op de WK afstanden tot dan toe al drie keer goud gewonnen – op de 3.000 meter, ploegenachtervolging en massastart – toen ze zag dat Joy Beune onder haar tijd op de 5.000 meter dook, wist ze: deze wereldtitel is verloren. Uit frustratie begroef ze haar gezicht in haar handen.

Het is de schaatsster Schouten ten voeten uit: ze wil altijd en overal winnen, in welke wedstrijd ze ook aan de start staat. En waarschijnlijk wilde ze deze race nog wel extra graag winnen, nu duidelijk is geworden dat het misschien de laatste van haar carrière was.

Want Schouten maakte maandagmiddag op Instagram bekend dat ze stopt met topsport. In het bericht schrijft de 31-jarige schaatsster dat ze „heeft bereikt wat ik wilde” en dat het nu tijd is voor een leven buiten de sport. „Daar kijk ik echt naar uit.” Of Schouten per direct stopt of aan het einde van het seizoen, daar is ze nog niet helemaal over uit. Ze zou zich nog via het NK allround, dat komend weekend op het programma staat, kunnen proberen te plaatsten voor het WK allround in Inzell in maart.

Ongeacht die beslissing komt er een einde aan de carrière van een van de succesvolste schaatsers uit de Nederlandse geschiedenis. Op de Winterspelen van Beijing in 2022 veroverde Schouten drie keer goud (3.000 en 5.000 meter, massastart) en een keer brons (ploegenachtervolging) – geen Nederlander deed haar dat ooit na. Daarnaast werd ze negen keer wereldkampioen, waaronder een keer in het allrounden, en won ze vijf Europese titels.


Lees ook
De gouden Winterspelen van Irene Schouten: ‘Het is bizar’

Irene Schouten met haar drie gouden medailles. Het brons van de ploegenachtervolging ontbreekt op de foto.

Laatbloeier

Schouten, die in 1992 geboren werd in het Noord-Hollandse Wervershoof en uit een bloementelersfamilie komt, is met recht een laatbloeier te noemen. Ze brak al op 17-jarige leeftijd door bij de senioren, maar had lang moeite om consequent op niveau te presteren – „het knopje te vinden”, zoals ze dat zelf noemde. Vond ze die, dan kon ze op de lange afstanden met de wereldtop mee, zoals ze in 2016 op het WK afstanden liet zien toen ze brons won op de 5.000 meter. Maar vaak ging het ook mis, zoals op het olympisch kwalificatietoernooi in aanloop naar de Spelen van Pyeongchang (2018) waar ze blokkeerde van de spanning en zich op geen enkele afstand kwalificeerde.

Ik kan niet nog tien jaar zo leven

Pas daarna ontwikkelde ze zich tot een constante wereldtopper, vooral omdat ze technisch beter ging schaatsen. Schouten moest het altijd van haar inhoud en kracht hebben en trainde het liefst met de mannen in haar team mee, maar pas de laatste vier jaar wist ze haar uithoudingsvermogen en sterke afzet effectief over te brengen op het ijs en om te zetten in snelle tijden.

Dat gold althans voor het langebaanschaatsen. Schouten had ook een voorliefde voor marathons en was daar al jaren een veelwinnaar, mede dankzij haar machtige eindsprint. Zo werd ze acht keer nationaal kampioen. Bij Team Zaanlander, waar ze sinds 2015 voor schaatste en al die tijd een onafscheidelijk duo vormde met coach Jillert Anema, mocht ze de twee disciplines naar hartelust combineren.

Voorrang geven

De timing van het besluit van Schouten is weliswaar onverwacht, zo vlak na het winnen van drie wereldtitels en een zilveren medaille, maar helemaal verrassend is het niet dat ze nu wil beginnen aan een andere levensfase. Schouten had daar haar hele carrière al oog voor.

Vlak voor de Spelen in 2022 vertelde ze aan NRC hoeveel moeite ze ermee had om haar sport voorrang te geven op haar geliefde, haar vrienden en haar familie, zeker nadat haar moeder zeven jaar geleden een zware hersenbloeding kreeg en sindsdien in een verpleeghuis woont. „Ik kan nauwelijks helpen, terwijl zij er wel voor mij zouden zijn. Ik kies nu bewust voor het schaatsen omdat ik weet dat het tijdelijk is. Ik kan niet nog tien jaar zo leven.”

Zelfs tijdens de Spelen van Beijing, het moment suprème van haar schaatsloopbaan, was Schouten nog met andere dingen bezig. Zo richtte ze vanuit China digitaal haar nieuwe huis in, dat nu wordt gebouwd. En ze regelde uitnodigingen voor haar bruiloft; inmiddels is ze met haar man Dirkjan getrouwd.

Het weerhield Schouten er niet van gedurende twee februariweken een historische prestatie neer te zetten op de Ice Ribbon in de Chinese hoofdstad. Zelf vond ze haar eerste titel op de 3.000 meter het mooist – vanaf dat moment was ze voor altijd olympisch kampioen –, maar het echte hoogtepunt was haar race op de 5.000 meter.

Schaatsend in een flow gaf Schouten daar een demonstratie van stayeren, tien slagen op het rechte eind, zeven keer pootje over, twaalf rondes lang. Haar rondetijden bleven maar lager worden richting het einde, het leidde tot een olympisch, Nederlands en persoonlijk record, op het moment dat het écht moest. Vrijwel nooit is Schouten tevreden geweest over haar eigen races, maar ook zij moest toen toegeven: „Dit was wel heel erg goed.”

Beter dan dat ging het niet meer worden, moet Schouten zich gerealiseerd hebben, en daarom was het tijd om te stoppen. Slechts voor één race zou ze ooit nog overwegen zich met de voor haar kenmerkende overgave op het ijs te begeven, schrijft ze in haar afscheidsbericht: „Alleen het winnen van de Elfstedentocht ontbreekt nog op mijn lijst.”