Misbruik oppaskinderen onderdeel van steeds extremere SM-relatie

Rechtbank Nancy D. zou tijdens het oppassen zeker zeven kinderen hebben misbruikt, terwijl Peter S. op afstand toekeek. Zelf vertelden ze er dinsdag zakelijk over.

Rechtbanktekening van Nancy D. en Peter S. dinsdag in de rechtbank van Den Bosch.
Rechtbanktekening van Nancy D. en Peter S. dinsdag in de rechtbank van Den Bosch.

Foto Aloys Oosterwijk/ANP

Slechts af en toe zoeken de twee personen die verdacht worden van het misbruiken van zeven jonge oppaskinderen de schuld helemaal bij zichzelf. Nancy D. (54) uit Heel handelde naar eigen zeggen altijd in opdracht van Peter S. (59) uit Herkenbosch, die in hun onderlinge sadomasochistisch getinte relatie de meester was. S. zegt dat het een onderling spel was, „gepingpong” tussen hen tweeën, en dat zij ook op eigen initiatief tot seksuele handelingen bij de meisjes overging.

De twee Limburgers staan dinsdag terecht voor de rechtbank in Den Bosch. Het Openbaar Ministerie verwijt hen, naast het misbruik van kinderen tussen de één en zes jaar oud, het maken, verspreiden en bezitten van kinderporno. Alle gevallen deden zich voor van september 2019 tot juni 2021. Toen zagen de ouders van een tweejarig meisje na een avond uit op de camerabeelden van de kinderkamer dat D. hun dochter had misbruikt. Die werd die nacht nog aangehouden. Daaropvolgend onderzoek maakte duidelijk dat de vrouw tijdens het misbruik beeldbelde met S. Hij werd de volgende dag gearresteerd.

„Kabs” noemden de twee hun slachtoffers. Dat stond voor kabouters. Ze werden misbruikt voor de camera. In een deel van de gevallen kwam het tot penetratie. Daar kwamen ook seksuele speeltjes aan te pas. Een deel van de kinderen kreeg netkousen aan, werd stevig opgemaakt en/of geblinddoekt. D. masturbeerde soms in hun bijzijn. S. een aantal malen naar aanleiding van de beelden die hij ontving.

Datingsite

Tijdens de zitting mijden de twee verdachten elkaars blik zorgvuldig, ze zitten enkele meters uiteen. Ze kijken straks voor zich uit naar de rechters.

D. en S. leerden elkaar in januari 2018 kennen via een datingsite. De relatie kreeg vrijwel direct een SM-karakter. D. moest onder meer in opdracht rondkruipen, de wc-bril schoonlikken en haar eigen urine opdrinken. Zij noemde hem „heer”, „daddy”, „meester” of „God”. Hij sprak haar aan met „hoer”, „slet” en „kutteef”, blijkt onder meer uit appverkeer.

Hun fantasieën en gedrag werden steeds extremer. D. stond in de telefoon van S. opgeslagen onder de naam Ilse Koch, een beruchte kampbewaarster van concentratiekamp Buchenwald. Hij vroeg D. om hem in haar telefoon op te slaan als Höss, naar Rudolf Höss, kampcommandant van Auschwitz. In onderlinge gesprekken hadden de twee het over zijn „Arische zaad”.

Ze bespraken onderling ook seks met dieren en kinderen. S. opperde bovendien het verkrachten van D.’s dochter, destijds zestien jaar oud. Later ging zij mee in die mogelijkheid. In de zomer van 2020 probeerde ze haar dochter te drogeren met „vijf à zes blauwe pillen” in een smoothie. De dochter werd daar ziek van. Misbruik ging de moeder naar eigen zeggen uiteindelijk toch te ver.

De relatie was ook even verbroken. S. zei dat hij alleen opnieuw wilde beginnen, als zij voor jong vlees zou zorgen.

Laag oppastarief

In de zomer van 2019 ontstond het idee dat D. zich zou inschrijven als babysitter bij twee organisaties. Ze benadrukte bij haar aanmelding dat ze een Verklaring Omtrent Gedrag had en dat ze ook actief was in de beveiligingsbranche. Haar lage uurtarief (later nog eens verlaagd) maakte haar volgens het OM extra aantrekkelijk als oppas.

De kennismakingsgesprekken met de ouders werden gefilmd, omdat S. en D. dat spannend vonden. De misbruikbeelden van tijdens het oppassen monteerde D. soms voor ze die naar S. opstuurde. In andere gevallen werd er live gebeeldbeld. Achteraf was het misbruik ook gespreksmateriaal, als D. en S. telefoonseks hadden.

Het eerste meisje was een zesjarige, die later aan haar ouders in flarden vertelde wat ze had meegemaakt. D. ging na een pauze van een paar maanden bewust op zoek naar gezinnen met jongere, waarschijnlijk minder snel pratende dochters. Het misbruik nam na de eerste meisjes ook extremere vormen aan.

D. en S. vertelden tijdens de zitting betrekkelijk zakelijk over alle gebeurtenissen. Soms vertellen ze in de derde persoon, alsof het over anderen gaat. Met name de officier van justitie vecht tijdens het luisteren naar de beschrijvingen van de verschillende misbruikgevallen zichtbaar tegen haar emoties.

D. bekent dat ze niet helemaal willoos was. „Ik had ook kunnen zeggen: ‘Dag meneer, ik ben weg.’ Maar iets trok me. Ik had het gevoel dat ik hem af en toe iets moest geven. Mijn eigenlijke seksuele plezier kwam pas als ik naar hem toe mocht komen.” Het schreeuwen en huilen van de meisjes van angst en pijn kon ze negeren. Ze werden soms toegeschreeuwd met de botte bevelen die D. en S. ook onderling gebruikten. „Ik weet achteraf niet waarom en hoe. Ik zette een knop om.”

S. schetst een beeld van het langzaam overgaan van grenzen. In onderlinge gesprekken ging het over het misbruik door S. zelf, maar hij bezweert zelf dat hij in werkelijkheid nooit die grens over zou gaan. Volgens hem paste D. in een aantal gevallen haar gedrag richting de slachtoffers aan, omdat hij „niet van dat heel grove hield”. D: „Nou, ik heb andere voorbeelden.” Ook de rechters zeggen dat uit het dossier vaak een ander beeld oprijst.

De inhoudelijke zitting gaat in de komende weken nog drie dagen door. De rechtbank doet 13 maart uitspraak in de zaak.