Trump schrappen van het stembiljet: juridisch onzeker en politiek zeer beladen

Een halve maand voordat de Republikeinen hun voorverkiezingen aftrappen, heeft Maine besloten dat Donald Trump in die noordoostelijke staat van het stembiljet geweerd moet worden vanwege zijn rol bij de Capitoolbestorming van 6 januari 2021. Het hoogste gerechtshof in de staat Colorado besloot twee weken geleden al om dezelfde reden dat de Amerikaanse ex-president niet mag deelnemen aan de verkiezingsrace.

Trumps derde gooi naar het Witte Huis stuit op deze obstakels nu zijn tegenstanders in tientallen staten een beroep pogen te doen op het veertiende amendement van de grondwet. Sectie 3 hiervan bepaalt dat iemand die de constitutionele eed aflegde en zich vervolgens schuldig maakte aan het organiseren van of helpen bij een opstand of rebellie, zich niet verkiesbaar mag stellen voor een publiek ambt. Met zijn ophitsende rol op en rond ‘6 januari’ zou de toenmalige president zich op deze grond ‘gediskwalificeerd’ hebben.

Het bewuste amendement werd ingevoerd na de Amerikaanse Burgeroorlog om leiders van het verliezende zuidelijke kamp uit de politiek te weren, maar is sindsdien amper getoetst. Juristen spreken van ‘onbekend terrein’.

De pogingen om de obscure wetsbepaling nu in te zetten tegen Trump worden door de ex-president en zijn medestanders geduid als ‘verkiezingsinmenging’. De Democraten van president Joe Biden zouden Trump alleen nog hopen te kunnen verslaan door hem te ‘cancelen’, luidt het verwijt. Net als bij de in totaal 92 delicten die hem dit jaar ten laste werden gelegd, probeert Trump zo ook deze obstakels in zijn electorale voordeel te keren – volgens peilingen met succes.

Oordelen staten verschillend

De politiek zeer beladen taak de verzoeken te behandelen, ligt nu eerst bij de afzonderlijke staten: in de VS organiseren die zowel de voorverkiezingen deze winter en voorjaar als de algemene race in het najaar. Dit maakt de Amerikaanse stembusgang al tot een lappendeken aan procedures – en alle verzoeken om Trump van het stembiljet te weren, worden al even uiteenlopend behandeld.

In Colorado waren het de hoogste rechters van die staat die Trump half december voorlopig uitsloten. Een besluit waartegen de Republikeinse Partij deze week beroep aantekende. De magistraten, allen voorgedragen door Democratische gouverneurs, ontvangen sinds hun tussenvonnis doodsbedreigingen.

In Maine is het niet de rechter die bezwaren tegen een kandidaatstelling moet beoordelen, maar de secretary of state – in elke staat de topambtenaar die de verkiezingen organiseert. In Maine heet zij Shenna Bellows, een Democratische politica die in deze functie is gekozen door de overwegend Democratische staatsvolksvertegenwoordiging en daarom donderdag meteen verwijten van politieke vooringenomenheid kreeg. Trumps uitsluiting betreft overigens alleen en de voorverkiezingen (in Maine op 5 maart) en is opgeschort hangende het beroep dat ertegen kan worden aangetekend.

In Californië kwam Bellows’ ambtgenoot Shirley Weber donderdag juist tot een tegenovergesteld besluit. Een verzoek van de (Democratische) vicegouverneur om Trump van het stembiljet te schrappen, werd door haar afwijzend ontvangen. „Zo’n besluit valt niet lichtvaardig te nemen”, stelde Weber, „en moet stevig gegrond zijn in de wetten en procedures van Californië en onze Grondwet”.

Ook in Michigan strandde een verzoek om Trump bij de Republikeinse primary te weren. Woensdag bevestigde het hooggerechtshof van de noordelijke staat – met vier Democratische en drie Republikeinse rechters – een uitspraak van een lagere rechter dat de secretary of state niet de bevoegdheid heeft om een kandidaat te schrappen van een voorverkiezingsbiljet.

In Minnesota schoten de hoogste rechters vorige maand al een verzoek af. Zij oordeelden dat het ‘14de’ politieke partijen niet belet om een opstandeling op het stembiljet te zetten bij een voorverkiezingsrace. Het hof in Minnesota ging echter niet mee in de eis van Trumps advocaten dat hun cliënt ook bij de algemene verkiezingen sowieso op het stembiljet moet mogen.

Nooit veroordeeld

Als de staten de bevoegdheid al hebben om zich over deze kwestie te buigen, dan pleit tegen uitsluiting van Trump dat hij nooit is veroordeeld voor de Capitool-rellen. Niet bij de afzettingsprocedure die het Congres begin 2021 nog na zijn vertrek uit het Witte Huis tegen hem begon, en vooralsnog ook niet in de vier strafzaken waarin hij dit jaar is aangeklaagd en waarvan er twee (deels) draaien om zijn verzet tegen de uitslag van 2020.

Een speciale onderzoekscommissie van het Huis concludeerde eind 2022 wel dat hij in de opmaat naar de bestorming samenzwoer tegen de VS en „het vuur ontstak”. Zoals ook Shenna Bellows donderdag in haar 32 pagina’s tellende oordeel schreef „dat Trump zich bewust was van het tondel dat hij uitspreidde met zijn maandenlange pogingen een democratische verkiezingen in twijfel te trekken, en er toen voor koos een lucifer af te steken”.

Hooggerechtshof aan zet

Alle uiteenlopende besluiten en vonnissen maken het hoogstwaarschijnlijk dat het federale Hooggerechtshof in Washington het laatste woord krijgt. Zes van de negen hoge rechters gelden als conservatief en drie van hen zijn door Trump voorgedragen. Nu er in Colorado beroep is aangetekend zouden ze de kwestie kunnen oppakken, de vraag is hoeveel haast ze willen maken. Vorige week wees het Hof een verzoek van speciaal aanklager Jack Smith af om versneld een oordeel te vellen over een immuniteitsclaim van de ex-president.


Lees ook
Het lot van presidentskandidaat Trump ligt nu in handen van ‘zijn’ Hooggerechtshof

Presidentskandidaat Donald Trump tijdens een campagnebijeenkomst in Iowa.

Trumps juridische strategie blijft om alle processen tegen hem zo veel mogelijk te traineren en ondertussen zo veel mogelijk politieke immuniteit op te bouwen. Dus in ieder geval tot hij ergens dit voorjaar de nominatie binnensleept, maar liefst tot na de verkiezingsdag – als een mogelijk nieuw presidentschap hem de ultieme bescherming zou kunnen bieden.