Het gerechtshof in Den Bosch heeft maandag in hoger beroep een eerder vonnis over de huisvesting van driehonderd asielzoekers in Uden deels geschorst. Dat meldt persbureau ANP. De uitspraak betekent dat asielzoekers nu direct kunnen worden opgevangen in het Van der Valk-hotel in de Brabantse plaats, zodra de gemeente daar een besluit over neemt. Volgens de gemeente Maashorst, waar Uden onder valt, zal dat besluit naar verwachting deze week worden genomen.
Na bezwaar van omwonenden besloot de rechtbank Oost-Brabant eerder deze maand dat asielzoekers voorlopig niet in het Van der Valk-hotel in Uden zouden mogen verblijven. De gemeente moest eerst een besluit nemen over de aanvraag van het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA).
Daarna zouden omwonenden nog de kans krijgen om bezwaar te maken, wat ze eerder deden omdat de asielzoekers volgens hen in het hotel worden „gedumpt. Tot de bestuursrechter dat bezwaar had beoordeeld, zouden er geen asielzoekers in het hotel mogen worden geplaatst. Maar dat deel van het vonnis is nu door het hof geschrapt.
Spoedappèl
De gemeente Maashorst en het COA hadden na het eerdere vonnis een spoedappèl aangespannen, een zaak die zo snel mogelijk behandeld moet worden. Volgens de gemeente en het COA is de situatie wat betreft asielopvang te prangend en is verder uitstel van opvang „ongewenst”.
Tijdens de zaak lieten ze weten dat er tijdens het eerdere vonnis geen oog is geweest voor de enorme tekorten die er zijn in de asielopvang. De nieuwe bewoners zouden in eerste instantie op 11 december in het hotel trekken en tot uiterlijk 1 oktober 2026 blijven. Wanneer zij nu naar het hotel kunnen verhuizen, is nog niet duidelijk.
Of het nu gaat om de toeslagenaffaire of de oorlog in Oekraïne, techbedrijven spelen een steeds grotere rol in de samenleving. In haar boek ‘De Tech Coup’ legt cyberexpert Marietje Schaake uit hoe (grote) techbedrijven onze democratie en vrijheid bedreigen, en hoe we de macht terug kunnen grijpen. Met Pieter van der Wielen praat zij over de invloed die Elon Musk heeft op de Amerikaanse verkiezingen. Over hoe fake news ertoe leidt dat mensen twijfelen aan wat nog waar is online, en zo het democratische proces bedreigt. Over het cruciale belang van onafhankelijk toezicht en controle op (technologische) innovatie, en hoe tech-lobbyisten dit proberen te dwarsbomen. En over hoe we zonder na te denken overal onze gegevens achterlaten en zo onbewust meehelpen AI-systemen te trainen. We zijn weliswaar laat met het aanpakken van de macht van techreuzen, maar, benadrukt Schaake: het is nog niet te laat.
Bijna iedereen heeft wel eens het verhaal gehoord van dokter Faust. Een zestiende-eeuwse geleerde die, volgens het verhaal van Goethe, in zijn zucht om meer te weten en meer te kunnen, zijn ziel aan de duivel verkocht. Je geweten even aan de kant zetten om belangrijke kortetermijndoelen te bereiken. Aan dat verhaal zullen ze bij de NSC-fractie in de Tweede Kamer liefst niet te veel herinnerd worden. Ze lopen daar de afgelopen dagen zichtbaar rond met twee zielen in hun borst, zoals bij die geplaagde dokter Faust: tobbend over hun deels weggegeven democratisch rechtsstatelijke ziel aan de ene kant, en de gemaakte afspraken waarvan de scherpe kanten nu naar boven komen aan de andere kant. Dat wringt en zet zaken op scherp.
Zo moest nieuwbakken NSC-fractievoorzitter Nicolien van Vroonhoven nog voor de Algemene Politieke Beschouwingen goed en wel waren begonnen al terugkomen van een uitspraak in de Volkskrant waarin ze zei dat ze het uitroepen van een asielcrisis, zoals het kabinet voornemens is, niet zou steunen bij een negatief oordeel van de Raad van State daarover. In een tweet op X schoot Wilders daarover uit zijn slof: „Ik zou er nog maar eens goed over nadenken, Nicolien van Vroonhoven, want Nederland heeft een giga asielcrisis en die wordt niet opgelost door bij voorbaat al de benen te nemen en te dreigen met een tegenstem van NSC.” Waarop Van Vroonhoven enigszins bakzeil haalde door te zeggen dat bij een negatief advies van de Raad van State het kabinet terug naar de tekentafel zou moeten.
Principiëler in discussies
De schermutselingen maken een paar dingen duidelijk. Ten eerste dat de coalitiegenoten het extraparlementaire element van het kabinet toch vooral lijken op te pakken om elkaar publiekelijk, buiten het parlement om, in de haren te vliegen. Ten tweede dat Wilders, als meest ervaren lid van de hele Kamer nu Omtzigt ziek thuis zit, de maat slaat en dat dat waar NSC voor staat, nog meer in de verdrukking komt. Dat maakt het driedubbel lastig voor Van Vroonhoven, van wie bekend is dat ze misschien nog wel principiëler dan Omtzigt in rechtsstaat, democratie en Grondwetsdiscussies staat, en daarom moeite heeft met de positionering van de PVV. Vooral tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen werd dat duidelijk.
Van Vroonhoven weet, net als veel anderen in de coalitie, dat het uitroepen van een asielcrisis door de regering, waardoor de normale asielprocedures aan de kant worden gezet, op basis van de Vreemdelingenwet 2000 eigenlijk niet kan. Die wet bevat weliswaar een mogelijkheid af te wijken van de normale procedures in geval van ‘buitengewone omstandigheden’, maar we weten ook dat de huidige opvangcrisis niet als zodanig kan gelden. Buitengewone omstandigheden zijn, zo zocht Eric van der Burg (destijds staassecretaris namens de VVD) op verzoek van de Tweede Kamer in 2022 uit, door externe factoren veroorzaakte vormen van overmacht, zoals oorlog, natuurrampen of epidemieën. Zaken die je wel in eigen macht hebt, zoals opvangcapaciteit, vormen daarom geen overmacht. Ook massale toestroom van vluchtelingen geldt niet als tot afwijking van de normale vreemdelingenregels (die in de EU altijd één-op-één zijn afgestemd met de EU-asielregels) rechtgevende omstandigheid, zo sprak het Hof van Justitie van de EU uit in 2022. Daar ging het om de massale toestroom van vluchtelingen in Litouwen vanuit Wit-Rusland, een land dat allerlei mensen invloog om Baltische staten zo in de moeilijkheden te brengen.
Lees ook
Coalitie weer in sfeer van crisis: kabinet-Schoof voert een gevecht met de buitenwereld én met zichzelf
Zinloze symboolpolitiek
Maar zelfs dan mag je asielzoekers niet zonder meer de kans ontnemen een verzoek te doen. Dat weten de hoofdrolspelers Dilan Yesilgöz (VVD) en Ruben Brekelmans (Defensie, VVD) (zij kennen die brief van Van der Burg dondersgoed), net als Marjolein Faber (Asiel en Mirgatie, PVV) en premier Schoof. Zoals die ook weten dat een brief met een verzoek om een opt-out van Europese (asiel)regels zinloze symboolpolitiek is.
Op een opt-out kan je alleen hopen op het moment dat de EU-verdragen worden gewijzigd. Dat is sinds het verdrag van Lissabon (2009) niet meer gebeurd, en dat gaat de komende jaren ook niet gebeuren. Dat nog los van de vraag of de andere 26 lidstaten Nederland zomaar zouden gaan vergunnen dat het alleen de lusten van de EU-samenwerking krijgt, en zij de lasten.
Het moet knagen aan Van Vroonhoven en andere NSC’ers. Heilloos, populistische spierballenvertoon voor de bühne aan moeten zien en bitter worden beloond door juist alle ballen in het debat hierover te krijgen toegespeeld. Het moet daarom een grote opluchting voor Van Vroonhoven zijn geweest toen ze op de tweede dag van de beschouwingen iets kon laten zien van haar rechtsstatelijk-grondwettelijke geweten.
Inlichtingenplicht
Premier Schoof werd door oppositieleden gevraagd of hij de juridische onderbouwing voor het aanstaande asielnooddecreet met de Kamer wilde delen. Dat weigerde hij aanvankelijk, zeggende dat er nog geen besluit was genomen. Daar had hij mee weg kunnen komen als de Kamermeerderheid het hem had gegund. Hij gaf aan dat hij ‘klem’ zat en dat had hem ruimte kunnen geven om de Kamervragen van de oppositie wat te traineren en zo tijd kunnen kopen voor zijn asielcrisisbesluit. Maar Van Vroonhoven sneed hem de pas af, na een betoog van Frans Timmermans (PvdA) over de aangescherpte inlichtingenplicht die de bewindslieden sinds 2022 hebben tegenover de Tweede Kamer; ook onderliggende, interne stukken en beleidsnotities moeten voortaan met de Kamer worden gedeeld. „Artikel 68 Grondwet” zei ze slechts aan de interruptiemicrofoon.
De Kamer roffelde op de bankjes, Schoof raakte geïrriteerd. En toen de stukken na een onnavolgbare kronkelroute alsnog ongelakt zichtbaar waren, maakten die duidelijk hoe onrechtsstatelijk en ongrondwettelijk de plannen voor de inzet van het noodrecht waren. Het debat ontspoorde. Wilders wil toch door met de onzalige plannen, maar het gelijk van NSC is nu al binnengehaald door die vrijage met de oppositie en de daaropvolgende openbaarmakingsactie. Of Nicolien van Vroonhoven daarmee haar ziel terugkocht… dat zullen we nog moeten zien.
Deze zomer was ik voor het eerst in lange tijd in mijn geboorteplaats Oujda en in het huis waar ik zoveel vakanties doorbracht met mijn ouders en vooral moeder. Dat huis ademt dierbare herinneringen en moeders aanwezigheid, zelfs in het meest onverwachte hoekje. Toen ik de met stof bedekte open binnenplaats met water en trekker schoonmaakte, zag ik haar daar weer zitten, op een krukje, aandachtig bezig met sardines, haar lievelingsvis.
Die maakte ze op verschillende manieren klaar: eenvoudig gekruid en gebakken, gevlinderd en gepaneerd met bloem of met chermoula, een kruidige marinade, in de oven met de warme smaken van paprika, komijn, knoflook en koriander.
De sardines die ik uit weemoed bestel bij Restaurant Basalt in het Zeeuwse Middelburg zijn mooi gegrild en hebben die typische rokerige smaak die me direct terugbrengt naar vroeger. Sardines zijn visjes met karakter; hoewel ze hier anders gekruid zijn dan die van mijn moeder, met een gremolata (een mix van knoflook, peterselie en citroen), zwarte olijven en kappertjes, blijft hun vertrouwde smaak overeind, ze nemen de smaakmakers op, maar laten zich er niet door overheersen. Knapperige rauwkostsalade met lichte mosterddressing maakt het gerecht af.
Bij Basalt, dat in het centrum van de mooie stad te vinden is, draait alles om vis en zeevruchten. Zeker, er staat een enkel vegetarisch en vleesgerecht op de kaart, maar daar komen we niet voor. De sfeer in het restaurant, een ingetogen wit interieur met wat blauwe accenten, ademt dat van een badplaats. Maar misschien verbeeld ik me dat, omdat ik vis met vakantie associeer.
We bestellen de calamares als fingerfood om te delen en krijgen een goed gevuld bord met frisse citroendip erbij. Als sardines me naar Oujda meenemen, brengen calamares me naar een zonovergoten Siciliaans plein waar de zon fel is, de temperaturen hoog en de drankjes koud. Deze calamares zijn goed gebakken, niet vettig en met een krokant deeglaagje, precies zoals ze horen.
We komen er al snel achter dat ze bij Basalt hun vis en beslag kennen. De soft-shell crab van mijn tafelgenote is al net zo goed gefrituurd en wordt geserveerd met een mayonaise van zwarte knoflook met in de verte een zoete hint en een venkelsalade met ingelegde ui.
Eigenlijk hebben alle gerechten die we deze middag proeven frisse, lichte accenten in de vorm van een saus en garnituur. Dat werkt goed, omdat ze de rijke vis in balans houden, waardoor de gerechten niet te machtig en overdadig zijn.
Overdadig. Als in enorm
Al zijn de porties van de hoofdgerechten dat wel. Overdadig. Als in enorm. De prima gebakken fish-and-chips met hoorbaar krokante deeglaag van mijn tafelgenote heeft een welkome verkwikkende remouladesaus, pickles en een reuzeportie friet, die gerust iets knapperiger had mogen zijn en die we, hoe hard we ook doorwerken, echt niet op krijgen.
Dit is geen punt van kritiek. We wilden verschillende gerechten proeven om een goede indruk van de keuken te krijgen, maar hebben ons simpelweg verkeken op de grootte van gerechten. Verpest door al die restaurants met hun ‘shared dining’ en mini-porties komen we er bij Basalt achter dat er gelukkig ook nog restaurants zijn die hun gasten niet afschepen met liflafjes.
Mijn bord met zeewolf is ook indrukwekkend groot. Erbij zit een ‘curry-beurre blanc’, een fijne romige saus met een hoofdrol voor kokos, een kroket van groene curry, puree van lichtzoete pastinaak, een kleurrijk palet aan al dente oranje en gele wortels en bremzoute zeekraal.
Nu hou ik van zout en is zeekraal per definitie ziltig, maar deze vind ik te sterk. Gelukkig wordt in combinatie met de zeewolf, de pastinaakpuree en de beurre blanc het overdadig zoute geneutraliseerd.
Van de kleine dessertkaart kiezen we de ‘sticky toffee’ waar niks sticky’s aan is. Het is een warm, aardig cakeje met noten, maar wat kruimelig en hier en daar iets te droog, gegarneerd met gepofte wilde rijst voor een fijne crunch en geserveerd met vanille-ijs en rood fruit.
Sticky toffee pudding is een heerlijk Brits dessert met dadels en toffee. Een goed geslaagde moet wat mij betreft lekker plakkerig en smeuïg zijn. Het cakeje mag ook niet te droog zijn, en dat is dit wel. Het ijs en het rood fruit ondervangen dat wel, samen met de saus van Zeeuwse babbelaar die de toffee uit het origineel vervangt. Mijn cakeje is wat droger dan die van mijn tafelgenote en had dus meer saus kunnen gebruiken.
Basalt is een aangename plek om te vertoeven. De kaart bevat populaire klassiekers en internationale invloeden. Het is er sympathiek, niet pretentieus. Uit de keuken komen ambachtelijke gerechten die recht doen aan de vis en zeevruchten. Onze rekening is wat hoger, maar je kunt hier makkelijk met zijn tweeën eten onder de honderd euro.
In Michelintermen: het is geen restaurant waar je speciaal uren voor in de auto stapt, maar als je in de regio woont of er op bezoek bent, is het een aanrader.