Wim Wenders: ‘Hirayama is onzichtbaar voor de wereld, maar hij ziet en hoort alles’

Hirayama houdt designtoiletten schoon in Tokio en is daar domweg gelukkig mee. Elke dag is hetzelfde: opstaan, route rijden, luisteren naar oude soul en rock uit zijn collectie antieke cassettetapes, in het park lunchen en genieten van het zonlicht dat tussen bomen speelt, eten in zijn ramenshop. Een sereen bestaan, tot een getroebleerd nichtje arriveert.

Ziedaar Perfect Days, de speelfilm die het annus mirabilis vervolmaakt dat de Duitse filmveteraan Wim Wenders (78) dit jaar beleefde in Cannes. Na bijna tien jaar van lauw ontvangen series, documentaires en kortjes presenteert hij in 2023 een fraaie dubbelklapper; eerst 3D-documentaire Anselm, vervolgens deze kalm ontroerende speelfilm – hoofdrolspeler Kôji Yakusho, die aan de overkant van het gazon Japanse journalisten te woord staat, zal vanavond de Gouden Palm voor beste acteur in ontvangst nemen.

Ik heb de goed gemutste Wenders deze ochtend voor mezelf alleen: de filmpers heeft Cannes alweer verlaten. Eerst een plaagstootje. Werner Herzog maakte in 2019 ook een Japanse speelfilm, Family Romance, LLC; staat dat soms op de bucket list van Duitse veteranen? Wenders: „Nou, veel plan zat er niet achter hoor.” Vlak na de pandemie kreeg hij een aanbod uit Tokio: zou hij een serie korte films willen maken over een uniek project? Tokio had vijftien – inmiddels zeventien – fameuze architecten ingehuurd om openbare toiletten te ontwerpen in de wijk Shibuya. Wenders: „Echte toiletpaleizen, maar eerlijk gezegd: zeker na de lockdowns had ik elk excuus aangegrepen om naar Tokio te mogen, ik was er alweer in geen tien jaar geweest. Je mocht toen nog niet als toerist reizen, alleen met speciale permissie. We waren de enige westerlingen, de stad kwam weer een beetje onwennig de straat op.”

Collectief optimisme

Naast de „15 juweeltjes van toiletten” viel zijn oog op de uitstekend onderhouden parken eromheen. Voor hem stond dat voor een „beeldschoon collectief optimisme in Japan” na de pandemie terwijl Europa juist heropende met „wantrouwen en opvallend verminderde burgerzin”. Wenders: „Het park in mijn wijk in Berlijn was na de pandemie binnen drie weken een vuilnisbelt, mensen dumpten er gewoon hun rotzooi.”

Wenders wilde meer dan een fotoserie, beeldessay of een documentaire: hij zag een speelfilm voor zich over de man die de toiletten onderhoudt. Een viering van „die specifieke Japanse discipline om te beschermen wat ze met elkaar delen”. Hij overtuigde schrijver Takuma Takasaki, die hem in Tokio had uitgenodigd, om samen met hem een script te schrijven. Die hielp Wenders om acteur Kôji Yakusho te ronselen. („Ik ken zijn film Shall We Dance (1986) scène voor scène uit mijn hoofd”) en volgde Wenders naar Berlijn, waar ze binnen drie weken een script in elkaar spijkerden. Waarna Wenders na het afmonteren van Anselm begin oktober 2022 naar Tokio vloog om in 16 dagen Perfect Days op te nemen. „We had een zeer krap budget, werkten als een documentaireploeg en hadden geen dag extra. Kôji had namelijk ook getekend voor een grote samoeraifilm en kreeg hierna een knotje en een snor.”

De beste dingen gebeuren vaak het snelst, vervolgt Wenders. „Mijn filmstudenten geloven er niks van, maar ik blijf ze vertellen: heb je weinig dan kan je veel doen, heb je veel dan kan je weinig doen. Kies altijd voor weinig geld en veel vrijheid. Er zijn dan flinke restricties, maar die helpen je juist, maken je bewust van de essentie van je film. Ach, het waren zulke fijne opnames.”

Perfect Days herinnerde me in de verte aan Jim Jarmusch’ film Paterson, merk ik op: een portret van een dichter-buschauffeur die ook geluk vindt in routine. Wenders: „Maar Hirayama is alleen. Het is geen lege maar volle eenzaamheid, want hij staat in diep contact met de wereld, de natuur en andere mensen. Als schoonmaker is hij onzichtbaar, maar dat krenkt zijn ego niet. Hij observeert liever. Tijdens het filmen bedacht ik me dat Hirayama best lijkt op Bruno Ganz als engel in Wings of Desire: onzichtbaar voor de wereld, maar zelf ziet en hoort hij alles.”

https://www.youtube.com/watch?v=icz34JEfpWk

Lees ook
de recensie van ‘Perfect Days’

Hirayama (Kôji Yakusho) leest een boek voor het slapen gaan in ‘Perfect Days’.

Praters en luisteraars

Wenders wil daarmee niet zeggen dat er te veel gepraat wordt in deze wereld. „Integendeel, mensen moeten veel praten, zo houden we contact. Maar er zijn ook luisteraars nodig, en Hirayama is daar geweldig in. Zijn assistent denkt dat hij niet luistert omdat hij zelden antwoordt. Maar Hirayama weet dat mensen meestal geen antwoorden nodig hebben, alleen een aandachtig oor.” Een monnik van de orde der mindfulness? „Zo is het, een seculiere monnik, en de toiletten zijn het klooster.”

Zijn nichtje en zijn zuster in haar dure auto suggereren een verleden waar Hirayama aan ontsnapte. Heeft Wenders een ‘backstory’ voor hem verzonnen? Jazeker, dat wilde acteur Kôji Yashuko graag, dus maakte hij een biografie van twee A4’tjes. „Hij las dat en zei: nu kan ik die rol spelen.”

Of hij die biografie met ons wil delen? Natuurlijk. Wim Wenders leunt voorover en begint een monoloog in de stijl van Harry Dean Stanton in Paris, Texas (1986). En daarmee is alles gezegd.

„Ik stelde voor dat Hirayama een succesvol zakenman was uit een rijke familie, geïnteresseerd in literatuur, muziek en fotografie. Zoals veel zakenlui werkte hij te hard en dronk hij en gebruikte hij drugs omdat hij altijd haast had en vol stress zat en zijn familie verwaarloosde en zijn geliefde hem verliet. En op een ochtend werd hij wakker met een zware kater, was dat tien, vijftien of twintig jaar geleden? Hij lag in een goedkope hotelkamer en wist niet hoe hij daar terecht was gekomen. Hij keek rond en dacht: waarom maak ik er vandaag geen eind aan?

„En toen zag hij de schaduw van een haveloos boompje op zijn muur. Hoe de takken en bladeren bewogen in de wind. De Japanners hebben een woord voor die ervaring: komorebi. De zon die door het bos schijnt. Hirayama realiseert zich opeens dat hij de enige was die dit zag, dat zonlicht in een paar minuten miljoenen kilometers had afgelegd om door de bladeren van dat zielige boompje te schijnen, alleen voor hem. En hij besefte: ik heb geen auto nodig, geen chauffeur, geen kantoor. Ik kan alles zomaar opgeven, dat gebeurt op een dag toch wel. Ik ben deel van het universum, het zonlicht en die boom. Dus gaf Hirayama alles op, werd een tuinman en daarna een wc-schoonmaker. En hij was gelukkig.”



Leeslijst