Ook bij Aardman gaan de kleikippen nu soms digitaal

Alleen de stokachtige benen van de boosaardige Mrs. Tweedy staan op de set van de controlekamer van waaruit ze haar kippen hersenspoelt. Haar bovenlijf wordt intussen bij een andere scène gebruikt. Poppen van klei zijn kostbaar, dus gebruiken de animatoren alleen die onderdelen die ze voor hun stukje film nodig hebben.

In de scène daalt Tweedy langzaam af van een grote matglazen wenteltrap. Ginger, de kip in de hoofdrol van Chicken Run: Dawn of the Nugget, zit verstopt in dezelfde kamer en ziet tergend traag de voeten, benen en uiteindelijk het lijf van haar aartsvijand verschijnen.

Het heeft anderhalf jaar geduurd om die wenteltrap naar hun zin te krijgen, vertelt Sam Fell, de regisseur van de film. „Tweedy heeft een bepaalde maat voet, een bepaalde lengte been en neemt stappen van een bepaalde grootte. Om haar die superieure uitstraling te geven terwijl ze naar beneden loopt, moesten de diepte en hoogte van haar stappen perfect zijn. Hoe dan ook schijnt een wenteltrap enorm moeilijk te zijn om te maken, dat wisten we niet van tevoren.”

Dit soort details zijn typerend voor de producties van Aardman Animations, een studio die vooral bekendstaat om hun stop-motionfilms. In stop-motion worden figuren van klei steeds een heel klein beetje verzet en gefotografeerd. Met al die foto’s snel achter elkaar geprojecteerd ontstaat de suggestie van beweging. Ze produceren hun series en films in een grote, non-descripte loods in Bristol, in het zuidwesten van Engeland. Van buiten is het een grijs gebouw, binnen zijn tientallen kleurrijke miniatuursets van elkaar gescheiden door hoge zwarte gordijnen en triplex houten platen.

In ‘Dawn of the Nugget’ proberen de kippen in te breken in plaats van te ontsnappen.
Foto Netflix


Lees ook
de recensie van ‘Chicken Run: Dawn of the Nugget’

Rocky en Ginger worden verblijd met gezinsuitbreiding in ‘Chicken Run: Dawn of the Nugget’.

Inbreken

Chicken Run: Dawn of the Nugget – vanaf vrijdag 15 december te zien bij Netflix – is de opvolger van Chicken Run, de eerste lange speelfilm die Aardman inmiddels 23 jaar geleden uitbracht. Daarin leven Ginger en haar kippenvrienden op de boerderij van Mr. en Mrs. Tweedy en proberen ze te ontkomen aan hun kippenpastei-machine. Het is een droogkomische ontsnappingsfilm vol verwijzingen naar de Tweede Wereldoorlog – de kippenverblijven lijken op de barakken van een concentratiekamp, de Tweedy’s en hun twee agressieve honden zijn de Duitse bewakers.

Meteen na het enorme succes van Chicken Run vroeg de Amerikaanse studio DreamWorks, waar Aardman toen mee samenwerkte, of ze al over een opvolger hadden nagedacht. „Nee, we waren veel te druk met het maken van de film”, zegt Peter Lord, medeoprichter van Aardman en nauw betrokken bij beide Chicken Runs. „Om de zoveel jaar praatten we er weer over. Pas zo’n zeven, acht jaar geleden begon een idee te rijpen.” Wat als de kippen dit keer juist zouden moeten ínbreken, in plaats van ontsnappen?

Wat ook anders is aan deze film: er zit veel meer computeranimatie in. In de eerste Chicken Run gebruikten de makers alleen digitale animatie tijdens de ontknoping, een explosie van jus uit de pastei-machine. Maar Chicken Run 2 is doorspekt met computerwerk. „Natuurlijk hebben we nieuwe technologieën omarmd, we zijn geen dwazen”, zegt Lord daarover. Maar de basis is en blijft boetseerklei: van de ongeveer 1.400 shots waaruit de film bestaat, zijn er hooguit twintig volledig computergeanimeerd, schat hij.

Zes mondvormen

Bij de meeste scènes gebruikt Aardman computeranimatie voor de achtergrond of aanvullende details. Op de set fotograferen ze dan bijvoorbeeld vier van de hoofdrolspelers in de juiste poses, hangend in stellages en voor een groen scherm. De kippen op de achtergrond en de rest van het decor worden digitaal ‘ingevuld’.

Want hoe meer kleipoppen, hoe ingewikkelder en tijdrovender de scène. Elke kip heeft setjes van klei met tientallen mogelijke gezichtsuitdrukkingen. Wenkbrauwen, ogen, lippen, snavel, wangen: alles kan apart worden aangepast. De hoofdrolspelers hebben de meest uitgebreide sets uitdrukkingen, terwijl sommige achtergrondkippen ‘maar’ zes verschillende mondvormen hebben.

In de eerste film kwam slechts één scène voor met tientallen kippen: als ze buiten op appèl staan om verantwoording af te leggen over hun eierenproductie. In de nieuwe film zijn op de achtergrond juist vaak veel kippen druk bezig; die zijn dus computergeanimeerd. Op de Fun-Land Farms bijvoorbeeld – dat is het pretparkparadijs dat Mrs. Tweedy heeft ontworpen omdat gelukkige kippen lekker vlees opleveren – zijn overal kippen aan het schommelen, wipwappen of poedelen in het zwembad.

Ze houden scherp in de gaten dat de ambachtelijke uitstraling van hun werk niet verloren gaat, zegt Peter Lord. Alle computeranimaties zijn gebaseerd op echte kleipoppen of op foto’s van de werkelijkheid. Techneuten die met visuele effecten werken zijn vaak gewend om imperfecties weg te poetsen. „Dan zeggen wij, néé, niet doen. Laat die vouw in een stuk stof vooral zitten, laat de vingerafdrukken in de klei staan.”

Op de set van ‘Chicken Run: Dawn of The Nugget’.
Foto Netflix

Controverse

De eerste Chicken Run mag al 23 jaar geleden zijn uitgebracht, over het vervangen van sommige stemacteurs is veel te doen geweest in aanloop naar de tweede film. Thandiwe Newton doet nu de stem van hoofdrolkip Ginger – Julia Sawalha had te horen gekregen dat haar stem „te oud” was geworden voor de rol. Ook Mel Gibson, de stem achter de stoere Amerikaanse haan Rocky, is vervangen, door Zachary Levi. Gibson is inmiddels omstreden omdat hij antisemitische en homofobe opmerkingen zou hebben gemaakt.

Regisseur Sam Fell houdt zich over de relletjes rond de stemacteurs op de vlakte en zegt alleen dat het volgens hem niet vreemd is dat ze sommige stemmen hebben vervangen: „We hebben helemaal opnieuw gekeken wat de beste keuze voor elke rol zou zijn. De casting van de stemmen destijds was geweldig, perfect, maar die keuzes hebben we ergens in 1997 of 1998 gemaakt. Echt een eeuwigheid geleden.”

Hun stemmen mogen zijn veranderd, voor de poppen geldt dat hun manier van bewegen juist zoveel mogelijk moest lijken op hun vroegere versie. Voor de belangrijkste kippen heeft het hoofd animatie een technisch handboek gemaakt, met originele ontwerpen en tekeningen uit de jaren negentig: zó bewegen ze hun hoofd, zó zetten ze hun hand in hun zij. Er werken bijna dertig animatoren aan de film, van wie sommigen ook aan de eerste film meewerkten. Stop-motion is een klein wereldje.

Achter elke figuur met een grote rol zit een groepje van vijf of zes animatoren die hem of haar door en door kennen, vertelt Sam Fell. Zij geven elkaar feedback. „Ze spelen de scènes voor en voelen zich een beetje bezitterig over hun personage.” Na al die tijd – Fell werkt al meer dan twintig jaar voor Aardman – snapt hij nog steeds niet helemaal hoe het werkt, zegt hij. Hoe animatoren tot ‘hun’ personages weten door te dringen. „Maar als het lukt, kan een hompje klei met een paar kralen erin je laten volschieten. Dat blijf ik spectaculair vinden.”



Leeslijst