Avi Avital: ‘Is intenser, mooier en toegewijder musiceren het antwoord op geweld?’

De Hamas-aanval begin oktober „ontregelde mijn brein”, zegt de Israëlische mandolinist Avi Avital (45) een maand nadien op een rommelige hotelkamer nabij het station van Frankfurt, de buurt waar de vele eethuizen een geur van het Midden-Oosten verspreiden. Hij voelt immens verdriet over het verlies van mensenlevens in Israël en Gaza. „Iedere dode is er één teveel. Ik bezie deze tragedie altijd vanuit humanistisch gezichtspunt. Het politieke perspectief lijkt de haat en strijd slechts aan te wakkeren.”

Maar zo’n nachtmerrie maakt het soms moeilijk om musicus te zijn. „Wat voel ik? Wat vind ik? Wat kan ik doen of zeggen? Die vragen groeien in mijn hoofd uit tot een dagelijkse maalstroom van gedachten”, verzucht hij. „Tegenwoordig moet ik ook vaak denken aan een uitspraak van componist en dirigent Leonard Bernstein. Na de moord op de Amerikaanse president John F. Kennedy zei hij: ‘Ons antwoord op geweld zal zijn om nog intenser, mooier en toegewijder te musiceren dan ooit tevoren.’ De afgelopen maand kwamen deze woorden me naïef voor. Maar wanneer ik nu het podium moet betreden, duikt de zin steeds weer in mijn hoofd op als houvast om het beste uit mijn muzikale ziel op te diepen.”

En dat zal donderdagavond opnieuw het geval zijn in De Doelen in Rotterdam, waar Avital barokconcerten speelt met het Italiaanse Il Giardino Armonico van blokfluitist Giovanni Antonini. Hij ontdekte het gezelschap op zijn negentiende als student aan het conservatorium in Jeruzalem. „Ze stormden het toneel op in uitbundige kleding, anders dan ik gewend was. Hun muzikale stijl bruiste van aanstekelijke levenslust en energie. Deze mensen belichaamden een klassieke wereld die ik niet kende. Twee gevoelens van die avond: hun hartstocht wil ik ook tot de mijne maken, en in de toekomst moeten we samen optreden.”

‘Omdat ik geen barokmandoline bespeel, leefde in mij altijd de angst voor een afwijzing’

Het purisme heeft plaats gemaakt

Na een vervolgstudie in Italië trok Avital naar Berlijn, waar hij elk concert van Il Giardino Armonico bezocht en na afloop altijd even ging praten in Antonini’s kleedkamer. De in jaren opgebouwde band vertaalt zich nu in een album en een tournee.

„Omdat ik geen barokmandoline bespeel, leefde in mij altijd de angst voor een afwijzing”, zegt hij. „Maar het purisme in de oude muziek heeft gelukkig plaats gemaakt voor openheid. Het gaat er niet langer om een concert tot in alle details van drie eeuwen geleden te reconstrueren. Ik vergelijk het altijd met koken. Stel, je ontdekt een 18de-eeuws recept voor pasta pomodoro. Dan zijn er mensen die vinden dat de bestanddelen – tomaten, meel, pastamachine – hetzelfde moeten zijn als toen. Ik vind dat zinloos. Wij aten gisteren Chinees en morgen sushi. Ons smaakpalet veranderde ingrijpend. En de 18de-eeuwers hoorden misschien eens per week muziek, wij worden er de hele dag door overspoeld. Het gaat om de vraag met welk gevoel de 18de-eeuwer naar Vivaldi luisterde. Want die emotie, dat vuur, willen we oproepen. De recepten zijn er in de vorm van bladmuziek. Daar kunnen onderzoekers veel over weten, wat goed is, maar stukken echt een leven en ziel te geven, gaat verder dan kennis: we moeten ze leren begrijpen.”

https://www.youtube.com/watch?v=P34eFyWOUA0

Met die bevlogenheid zit het wel goed bij Avital. De mandoline – toch ietwat een klassieke verschoppeling – vond in hem een ideale pleitbezorger. Na een eeuwenlange stilte wist hij zelfs menig eigentijds componist te verleiden om nieuwe stukken voor zijn instrument te schrijven. De Amerikaanse Jennifer Higdon bijvoorbeeld. Haar Mandolineconcert vertolkt hij de avond na het interview in de Alte Oper van Frankfurt.

Hij zeurde al jaren om een werk, maar Higdon bleef dralen. Op een dag belde Avital op. Zijn reis naar New York voerde langs haar woonplaats Philadelphia. Of ze konden afspreken op het station. Eenmaal daar haalde hij zijn mandoline uit de koffer en begon Bach te spelen. Na een minuut of tien keek Higdon om zich heen en merkte dat ze omringd waren door een haag passagiers die even hun vertrektijden waren vergeten. „Op dat moment drong het besef door dat ik voor deze musicus en de mandoline moest componeren.”

Keldermandolines

Dat instrument vond Avital in zijn geboortestad Beër Sjeva, niet ver van Gaza. Er lag één op tafel bij de bovenbuurman. De kleine Avi plukte nieuwsgierig wat aan de snaren en was verkocht. Bovendien was er een oude vioolvirtuoos in de buurt neergestreken, Simcha Nathanson. Voor zijn instrument waren er genoeg leraren, dus begon hij met mandolines uit de kelder van de muziekschool een orkest.

„Hij was een charismatisch en inspirerend leraar”, herinnert Avital zich. „Een Holocaust-overlevende. Wanneer hij ons dirigeerde, zagen we in zijn arm het getatoeëerde concentratiekampnummer. Muziek vormde een bron van bestaan voor hem. En dat straalde hij naar ons uit.”

Tot zijn vertrek uit Israël kreeg Avital uitsluitend les van violisten, wat betekent dat hij muzikaal een breed klassiek fundament heeft. Vervolgens stak hij in het Italiaanse Padua zijn licht op bij traditionele mandolinisten. Hij heeft inmiddels een aardige verzameling instrumenten, maar vrijwel alle concerten doet hij op één favoriete mandoline.

„Die bezit een ziel die resoneert met de mijne. De klezmer-klarinettist Giora Feidman, een groot voorbeeld en mentor, hield me voor dat instrumenten nigun hebben, wat in het Hebreeuws melodie betekent. Voorwerpen kunnen bezield zijn door de geest en liefde van hun makers. Als ik een nieuw instrument wil leren kennen, speel ik er altijd Ernest Blochs ‘Nigun’ op. Want dan weet ik of een mandoline ziel heeft. Dat deel uit zijn vioolconcert Baal Shem herinnert me eveneens aan een oude leraar in Israël, die dit aanwendde om me bewust te maken van de spirituele kracht van muziek.”

Avi Avital staat donderdag 7/12 in De Doelen in Rotterdam met Il Giardino Armonico, onder leiding van Giovanni Antonini. Zie: dedoelen.nl.