Column | Het scorebord helpt niet tegen populisme

We gaan die flauwekul toch niet afdrukken? Die hartenkreet van een redacteur Opinie leidde in 2007 een relletje in toen NRC Handelsblad een tirade van Geert Wilders tegen de ‘fascistische’ koran weigerde te plaatsen. Het stuk verscheen daags erna groot bij de concurrent – met voorpagina-nieuws.

Het liberale avondblad (toen nog) werd om die weigering hartelijk uitgelachen. Niet alleen omdat ook Wilders in NRC zou mogen staan, maar vooral – praktisch vak, de journalistiek – om de stommiteit dat de krant een primeur had gemist.

Tja – sommige primeurs kun je missen als kiespijn.

Eerlijk is eerlijk, de stoerheid duurde niet lang. Onder de volgende hoofdredactie was het adagium dat de PVV behandeld moest worden als andere partijen – een pijnlijk misverstand – en kreeg zowaar Martin Bosma een column (waarin hij, ook in stijl, eerst even de NRC-abonnees kleineerde).

Inmiddels klinkt de kritiek dat de media het extremisme van de bedenker van de ‘kopvoddentaks’ hebben genormaliseerd. Dat lijkt me onbetwistbaar – Wilders met zijn katjes, Wilders die fluitend door Nieuwsuur fietst – maar het kan niet de hele verklaring zijn. Alsof kiezers van de PVV zonder media-amplificatie iets heel anders hadden willen vinden, een echo van het aloude idee van ‘vals bewustzijn’.

Extreem-rechts is bovendien niet het enige wat media hebben ‘genormaliseerd’. Het geldt ook voor een cultureel progressivisme dat een behoudender electoraat tegen de haren instrijkt. Ook vrij normaal, zeker op tv: scorebord-journalistiek met een ironische toon over de geloofwaardigheid van politici, toch maar praatjesmakers. Bedankt.

Feit is dat een flink deel van de kiezers zich vindt in Wilders’ fulmineren tegen migratie. Zijn taal en slogans (grens dicht, moskee dicht, NPO dicht, álles dicht) spreken aan omdat ze appelleren aan een gevoel van vervreemding, stagnatie en afkeer van een onthechte ‘elite’.

Dat zijn sentimenten die in heel Europa heersen, en hier al sinds 2002. Wilders’ winst komt dus nog laat, mede dankzij een zekere Rutte, die hem na één vrijerij van zich af hield. Zoals minister van Justitie – en Watergate-boef – John Mitchell in 1970 voorspelde over de VS na de sixties: „Dit land wordt zo rechts dat je het niet meer zult herkennen.” Hij kreeg gelijk – al moest hij zelf eerst even de gevangenis in.

Het hoofd schudden om het ‘misleide’ volk is nu hooguit een teken dat de vervreemding ook bij de elite heeft toegeslagen. Wat dan, ja behalve woningbouw? Dit: duidelijk maken wat er voor iedereen op het spel staat. Niet met scorebord, maar met een staalkaart van de democratische rechtsstaat. En met feiten: zoals die over de eerste PVV-verkenner – toch een primeur die je níét had willen missen.

Sjoerd de Jong schrijft elke donderdag op deze plek een -column.