Jazztrompettist Alistair Payne: ‘Trompet spelen voelt als mijn ademhaling’

Lange noten, een ‘pratende’ toon. De trompet van de Schotse muzikant Alistair Payne (28) duikt binnen de nieuwe golf van Nederlandse jazz op in vele bands als het Sun-Mi Hong Kwintet, Tineke Postma Kwartet, Tijn Wybenga’s AM.OK en de Guy Salamon Group. Nu is er Payne’s eigen debuutalbum Reflex, Live at the Bimhuis, een registratie van een optreden van zijn band met de Amerikaanse dichter en activist, Tongo Eisen-Martin. In mei volgt het tweede, in de studio opgenomen, deel.

Jazz en poëzie of spoken word is met jazzdichter Gil Scott-Heron of, van eigen bodem, het tekstvuur van Jules Deelder op de jazz van saxofonist Benjamin Herman al lang een heel gelukkige combinatie. Het project van trompettist Alistair Payne startte vorig jaar met compositieopdracht voor Reflex, een concertserie van het Amsterdamse jazzpodium het Bimhuis waarin musici reageren op de tijdsgeest. De trompettist voelde zich zeer geïnspireerd door het werk van Tongo Eisen-Martin, die ook stadsdichter van San Francisco is.

„Ik moet toegeven dat ik nog niet zo lang geïnteresseerd ben in poëzie. Maar Tongo’s teksten raakten direct een snaar, ik las zijn boek Heaven is All Goodbyes in een nacht uit. Zo beeldend, zo krachtig. Hij nam me mee op een manier zoals muziek ook kan meevoeren, zijn teksten hebben een ritmische structuur die ik herken uit de hiphop. En hoewel je bij poëzie niet meteen alles begrijpt, en misschien nog eens moet herlezen, keek ik door zijn raam naar buiten naar zijn wereld. De manier waarop hij oproept tot verandering, hoe hij opstaat voor de rechten van zwarte mensen, bewonder ik zeer.

https://www.youtube.com/watch?v=8TSl0vhRSfk&t=1865s

„Overdonderd was ik door zijn snelle reactie op mijn voorstel zijn teksten van muziek te voorzien. Tongo stuurde me direct vier voice-memos met teksten die ik kon gebruiken voor mijn composities. Ook reageerde hij meteen positief op mijn vraag hier te komen om samen te werken, hij was vol vertrouwen. Mooi hoe hij hier in Amsterdam zijn activisme in San Francisco rustig voortzette, zijn protestgroep kraakte ondertussen een leegstaande school. Hij moedigde hen aan via de laptop, haha. Onze werelden kunnen niet meer van elkaar verschillen, maar op muziek valt het samen.”

Jazztrompettist Alistair Payne.
Foto Andreas Terlaak

Kaplaarzen

„Ik groeide, met nog een oudere broer, op in het zuiden van Schotland nabij het dorpje Dumfries. Mijn vader is dierenarts, mijn moeder werkt in de zorg met jonge kinderen. Op zondagochtend ging bij ons Channel 4 aan met klassieke koormuziek. In de auto lagen mijn vaders jazzcd’s van Miles Davis en Sinatra.

„Op mijn album dank ik mijn pianolerares. Ik kan haast niet uitleggen wat ze voor me betekent! Vanaf mijn zevende stak ik wekelijks op mijn kaplaarzen de velden over naar haar huis voor lessen, kopjes thee en huiselijke warmte. Groot was haar liefde voor klassieke muziek en ze kon niet genoeg benadrukken: oefenen, oefenen. En je diende de piano als je huisdier te behandelen. Wees er zacht voor. Ze was al op leeftijd maar later, toen mijn interesse in jazz toenam, nam ze voor mij speciaal les, zodat ze me daar ook iets over kon leren.”

Rennen

„Bij een open dag van de lokale bigband sprak de trompet me meteen aan. Omdat het een moeilijk instrument was, denk ik, al had ik van zaken als timbre nog geen besef, ik koos voor het volle geluid. Zeker toen ik er meteen geluid uit wist te krijgen. Ik herinner me de masterclass van de bekende Schotse pianist, docent en bigbandleider Richard Michael. Onze bigband werd tot dan met strakke hand geleid maar tot dusver had niemand ons iets bijgebracht over de taal van muziek. Of over de vrijheid ervan. Richard pakte het meteen heel anders aan: leg je instrument neer, we moesten rennen langs de rivieroever. Hij zong en klapte, en eenmaal terug liet hij ons luisteren naar jazzplaten. In latere privélessen liet hij me jazzsolo’s zingen – er kwam geen instrument aan te pas. Zijn enthousiasme gaf me een echte reden jazz te willen spelen.”

Amsterdam

„Jazz was in mijn geboortedorp een vreemd goed. Glasgow, een paar uur verder, had een levendige jazzscene en er was een muziekopleiding met jazz. Ik werd er aangenomen, en ook bij het Guildhall conservatorium in Londen. Maar ik ging er toch niet heen. Dat jaar werden de jaarlijkse studiekosten in Groot-Brittannië omhoog geschroefd naar het buitensporig hoge bedrag van 9.000 pond per jaar. Een haast Amerikaans systeem. Dat betekent bij het afstuderen een torenhoge schuld. Daar voelde ik zo’n verzet tegen. Educatie moet betaalbaar blijven, toch? Mijn vader googlede op andere muziekopleidingen en ik besloot auditie te doen voor Amsterdam.

„Mijn eerste jaar in Amsterdam: loodzwaar. Ik had veel aan muziektheorie in te halen, ik had nauwelijks kennis van composities of harmonie. Ook kreeg ik een embouchure-probleem. Kort gezegd kon ik niet lang blazen zonder pijn. Ik heb een totaal nieuwe blaasmethode aan moeten leren. Elke ochtend zat ik, nog voor de lessen begonnen, al uren op school lange, zachte tonen te blazen.”

Muziekfamilie

„Pas tegen het einde van mijn bachelor kreeg ik het gevoel dat ik daar thuishoorde. Zeker doordat ik er mijn muzikale familie vond, met muzikanten als bassist Fuensanta Méndez, gitarist Teis Semey, drummer Sun-Mi Hong en drummer Guy Salamon. Met onze totaal andere sociale en culturele achtergronden, van Mexico, Korea, tot Denemarken en Israël, is het ongelofelijk hoe we elkaar vinden in de muziek. Dat het stroomt is haast mystiek, zie ik zelfs als vrij nuchtere, agnostische Schot.

„Drumster Sun-Mi Hong en ik zijn nu acht jaar samen. In coronatijd namen we in onze studio als duo een album op. Enkel drums en trompet lijkt geen logische combinatie, maar dat is het voor ons wel. De sleutel ligt in het luisteren. Mijn lijnen vloeiden samen met haar drumpatronen. Geduldig bouw je dan op, je voelt vanzelf wat nodig is.”

Trompet als stem

„Ik heb mijn trompet nooit als een trompet willen laten klinken. Mijn docenten waren allemaal goede solisten in bigbands die hun sectie strak lieten klinken, één met de andere blazers. Maar ik voel me meer aangetrokken tot een vocaal aspect van de trompet. Ik wil zoals zangers als Joni Mitchell totale controle hebben over mijn toon en de vibrato. Een trompet als stem.

„Soms lukt het te spelen zonder na te denken, zonder na te denken over wat ik wil communiceren. Haast als een meditatie. Stress wegspelen is heerlijk. Dat je elke dag trompet moet spelen om je embouchure goed te houden, is zowel een zegen als een vloek. Als ik een week niet speel, kost het me twee weken om weer in vorm te komen, zo gevoelig zijn die spiertjes voor mij. Zeker in drukke periodes, rennend van repetitie naar optreden voelt trompet spelen als mijn ademhaling. En erna voel ik me heel veel beter.”

Het album Reflex: Live at the Bimhuis van Alistair Payne is net uit. Concerten: 26/11 TivoliVredenburg, Utrecht; 30/11 Bimhuis, Amsterdam; 2/12 De Doelen, Rotterdam; 7/12 Jazz International, Nijmegen. Info: alistairpayne.com