De formatie wordt een complexe puzzel met veel vragen

Het gezelschapsspel van de formatie draait normaal om praktische vragen. Wie wil het liefst met wie, en welke combinaties halen samen een werkbare meerderheid? Die vragen blijven van belang, maar het begin van de formatie vrijdag wordt overschaduwd door de grote verkiezingswinst van de PVV, die grote en principiële vragen oproept. Hoe om te gaan met de zorgen en boosheid van zo’n 2,5 miljoen kiezers die Geert Wilders hun vertrouwen gaven? Hoe oog te hebben voor miljoenen Nederlanders met een migratieachtergrond die zich door de PVV-winst onveilig voelen in eigen land? En hoe de zorgen uit het buitenland te kanaliseren, waar de pro-Europese houding van Nederland niet meer vanzelfsprekend lijkt?

Deze vrijdag komen de lijsttrekkers van alle verkozen partijen voor het eerst bijeen in de Tweede Kamer na de spectaculaire uitslag van woensdag. Met de radicaal-rechtse PVV van Geert Wilders als verreweg de grootste partij ligt er een hoogst ingewikkelde puzzel om een meerderheidskabinet te formeren. De bijeenkomst heeft maar één doel: het aanwijzen van een verkenner om de eerste fase van de kabinetsformatie te begeleiden.

Verkenner op afstand

De vorige formatie was al uiterst lastig, kende met het uitlekken van ‘Omtzigt functie elders’ een ernstig incident en duurde liefst negen maanden, een record. Om herhaling te voorkomen nam de Kamer vorige maand een motie aan die ervoor pleit niet twee maar één verkenner aan te wijzen. Dit op voordracht van de grootste partij – nu de PVV dus – maar wel „op basis van zo breed mogelijk draagvlak” bij de andere fractievoorzitters. Daarbij dient de nieuwe verkenner nadrukkelijk op enige afstand te staan van „de dagelijkse politiek” – dus niet, zoals in 2021 een zittende minister (Kajsa Ollongren, D66) of senator (Annemarie Jorritsma, VVD).

De verkenner heeft vervolgens maar één taak: in een of meerdere gespreksrondes met de nieuw verkozen fractievoorzitters inventariseren welke coalitiemogelijkheden zij zien. De partijleiders kijken daarbij vooral naar de nieuwe politieke verhoudingen in de Tweede Kamer – en de bestaande in de Eerste Kamer. En ze spreken uit of ze voor zichzelf een rol aan tafel zien, en met wie, of juist niet. „Ons past bescheidenheid”, zullen de verliezende partijleiders roepen. En: „Wilders is aan zet.” Maar wie moet Wilders voordragen? In eigen PVV-kring is de spoeling dun aan gelouterde bestuurders die ervaring met formatieprocessen hebben.

En deze procedure houdt nog geen rekening met de vele complicaties die de PVV-winst geeft. D66 en alle partijen links daarvan, inclusief GroenLinks-PvdA, sluiten samenwerking met Wilders om principiële redenen uit. Pieter Omtzigt leek de PVV in de campagne ook uit te sluiten, omdat hij zei het niet acceptabel te vinden dat Wilders in zijn verkiezingsprogramma de grondrechten van moslims wil schenden. Omtzigt zei donderdag na de fractievergadering: „Als je twintig zetels hebt, kun je niet op dag één zeggen: we doen niet mee.” Zijn fractie praat vrijdag verder. Omtzigt zei voor de „verantwoordelijkheid te staan een regering te vormen” maar ook dat het „niet de meeste makkelijke formatie wordt”.

NSC kan een kabinet van PVV en VVD aan een meerderheid helpen

De positie van NSC is cruciaal omdat de partij van Omtzigt een rechts kabinet van PVV en VVD aan een meerderheid kan helpen. Daarvoor is ook de medewerking van de VVD nodig, en die is nog onzeker. Hoewel Dilan Yesilgöz als nieuwe VVD-leider de PVV niet meer wilde uitsluiten en dat de hele campagne herhaalde, bleef ze donderdag na de VVD-fractievergadering vaag. Yesilgöz noemde de zorgen van de PVV-kiezers „reëel”. „Als 37 zetels worden gegund aan een partij, dan moet je stilstaan bij wat de zorgen zijn.”

Uit kiezersonderzoek bleek de afgelopen weken dat veel VVD-kiezers geen moeite hebben met samenwerking met de PVV, maar dat was in het scenario dat de VVD de premier zou leveren. Van belang is ook de Eerste Kamer, daar hebben PVV en VVD maar veertien zetels en is NSC van Omtzigt niet vertegenwoordigd. Om die reden lonkte BBB-leider Caroline van der Plas donderdag naar regeringsdeelname. Hoewel BBB maar zeven Tweede Kamerzetels haalde, heeft de partij er sinds maart zestien in de Eerste Kamer. PVV-VVD-BBB komt in de senaat op dertig zetels, ook geen meerderheid, maar wel een substantiële minderheid. Van der Plas zei dat een rechtse coalitie met de PVV mogelijk is „als Geert een beetje meebeweegt” op onderwerpen als de islam en de EU.


Lees ook
Deal sluiten met Wilders? ‘Tel je vingers na, je voelt je altijd bekocht’

Oud-migratieminister Gerd Leers kijkt woensdag thuis in Limburg naar de uitslagenavond van de Tweede Kamerverkiezingen.

Nog twee pijnpunten

De BBB-leider raakt hier aan twee andere pijnpunten rond een PVV-kabinet: de inhoud en het imago van Nederland in het buitenland. Waar PVV, VVD, NSC en BBB elkaar kunnen vinden in hun wens de immigratie naar Nederland te beperken, zijn er op andere thema’s heel veel grote verschillen. Als het om klimaatbeleid gaat is de VVD het meest ambitieus, gevolgd door NSC, BBB en daarna de PVV, die het „waanzin” vindt. De VVD wil serieus werk maken van het terugdringen van stikstof, de andere partijen minder of niet. En waar de VVD en NSC staan voor gezonde overheidsfinanciën, willen de PVV en BBB vooral heel veel extra uitgeven aan bijvoorbeeld zorg. Een ambtelijk advies waarschuwde in september dat de budgettaire ruimte voor nieuw beleid beperkt is.

Ook op buitenlands gebied valt met name het contrast tussen de VVD en de PVV op. Vertrekkend premier Rutte liep de afgelopen jaren in Europa voorop als het om de militaire en financiële steun voor Oekraïne ging, de PVV schreef in het verkiezingsprogramma: „We sturen ons geld en defensiematerieel zoals F16’s niet naar Oekraïne maar houden het voor onze eigen krijgsmacht.” Juist dit soort verschillen kunnen de kansen dat andere partijen het premierschap van Wilders mogelijk willen maken verkleinen, uit angst voor imagoschade.

Over alternatieve coalities zonder de PVV heeft nog niemand het. Mocht de poging van Wilders om een kabinet te formeren mislukken, dan zou een breed middenkabinet een optie zijn. GroenLinks-PvdA, VVD, NSC en D66 komen vooralsnog samen uit op 78 zetels. Inhoudelijk niet eenvoudig, maar getalsmatig wél mogelijk.