In 2033 mag Nederland weer een Culturele Hoofdstad van Europa aanwijzen. Wie het boek Het wonder van 2018, een terugblik op het jaar dat Leeuwarden-Fryslân Culturele Hoofdstad van Europa was, heeft gelezen, beseft dat tien jaar niet lang is voor de voorbereiding om die titel binnen te halen. Historicus en journalist Geart de Vries interviewde in opdracht van de gemeente Leeuwarden en het Historisch Centrum Leeuwarden voor het boek ruim 120 betrokkenen bij Leeuwarden-Fryslân 2018 (LF2018). Uit het boek zijn zeven tips te destilleren voor steden die nu kandidatuur overwegen: wat je vooral wel, maar ook vooral niet moet doen.
1. Leg de lat hoog, maar wees wel realistisch
Culturele Hoofdstad werd in Fryslân niet alleen als cultureel feest gezien, maar ook als mogelijkheid voor economische impulsen en zelfs om armoede te bestrijden. Een idee om de Friese Elf Steden kandidaat te stellen werd volgens Het wonder van 2018 voor het eerst geopperd in 2006, tijdens een debat over de toekomst van Fryslân. Culturele Hoofdstad kon „gunstige neveneffecten hebben op een breed gebied”. Gaandeweg verdwenen de maatschappelijke projecten echter naar de achtergrond. Tijdens het grootste evenement van LF2018, de voorstelling De Reuzen van het Franse theatergezelschap Royal de Luxe, liepen gigantische poppen door heel Leeuwarden, ook door armere wijken. Maar daar waren eerder culturele initiatieven opgeheven, vertelt sociaal werker Iqbal Aslam in het boek: „Ons internationale jaarlijkse festival in de Vrijheidswijk moest in 2015 worden stopgezet. Dat was heel zuur. […] Voor wijken als de Vrijheidswijk en Heechterp-Schieringen heeft 2018 voor de langere termijn niet veel opgeleverd […] ze bleven ook na dat jaar in de Top 10 van de armste wijken van Nederland staan.”
2. Zorg snel voor duidelijkheid en draagvlak
Een probleem met een kandidaatstelling van de Elf Steden: de jury van de Europese Unie wil één stad. Maar omdat in Fryslân de gedeputeerde van Cultuur, Jannewietske de Vries, vanaf 2007 het idee oppakte om de titel Culturele Hoofdstad binnen te halen, lag het initiatief bij de provincie en niet bij de stad Leeuwarden. Bij de vraag hóé Fryslân zich kandidaat zou stellen kaatsten Provinciale Staten en de gemeenteraad van Leeuwarden de bal lang naar elkaar terug. En ook de kwestie waar het geld vandaan moest komen in tijden van bezuinigingen, zorgde voor vertraging.
3. Kies de juiste mensen, Culturele Hoofdstad is een project van lange adem
Het boek van Geart de Vries had in plaats van ‘wonder’ net zo gemakkelijk ‘wespennest’ in de titel kunnen hebben, dat woord komt meerdere keren voorbij. Naast het politieke gepingpong werd er gevraagd om inbreng van Friezen buiten de culturele kringen maar die voelden zich na een tijd niet serieus genomen of vormden clubjes die langs elkaar heen opereerden, mensen werden snel aangenomen en soms snel weer aan de kant gezet.
Ook problematisch: de stichting die de leiding over het project kreeg, kreeg te veel taken en veel van de kritiek over zich heen, regelmatig ten onrechte. De eerste directeur vertrok met een burn-out. Er waren van 2010 tot 2018 zeven directeuren, die hun eigen ideeën en smaak hadden, wat tot onzekerheid bij de cultuurproducenten leidde.
Daarnaast speelde het informele circuit een rol, wat de duidelijkheid wie welke verantwoordelijkheid had niet ten goede kwam. Rond gedeputeerde De Vries cirkelde een groepje ingewijden dat in het beginstadium grote invloed op de besluitvorming had, het zogeheten ‘Beraad van Raerd’ – genoemd naar de woonplaats van De Vries. Zelf zegt ze er in het boek over: „Als gedeputeerde had ik mijn verantwoordelijkheden natuurlijk ook, maar in het informele kon ik meedenken over wat wij bijvoorbeeld nodig hadden in de hele operatie. Dat moest zo in die fase.” Opmerkelijk: burgemeester van Leeuwarden Ferd Crone en commissaris van de koning John Jorritsma wisten niet van het geheimgehouden overleg. De huidige commissaris, Arno Brok, zegt erover: „Zo werkt het hier soms wel in Fryslân. […] Als je het negatief wilt benoemen, dan doet het misschien zo nu en dan wat Siciliaans aan.”
4. Bij Europese Hoofdstad zijn internationale projecten vereist…
Toen Leeuwarden-Fryslân eind 2012 de finale van de kandidatuur had gehaald, samen met Eindhoven en Maastricht, moesten de voorgestelde projecten van de jury „een sterkere internationale en vooral Europese dimensie” krijgen. Waarna de organisatie meer inzette op grote onderdelen als de Franse Reuzen, en 11Fountains. Dat had succes, in 2013 haalde Leeuwarden de titel Culturele Hoofdstad 2018 binnen.
Maar met name de fonteinen riepen aanvankelijk weerstand op bij bewoners van de Elf Steden. Elk van die steden zou er een krijgen van een internationale kunstenaar, wat de vraag opriep waarom daar geen Fries bij zat. Curator van het project Anna Tilroe had juist de opdracht „met iets te komen wat internationale allure had. Je kunt het een onplezierige waarheid vinden, maar dat laat onverlet dat er geen levende Friese beeldhouwer is waarvan dat gezegd kan worden.” Alle gevraagde kunstenaars kwamen uit het buitenland, op de Nederlandse beeldhouwer Birthe Leemeijer na, die de IJsfontein voor Dokkum maakte.
5. … maar houd de begroting in de gaten
De vele projecten waren bij elkaar zo duur (de reuzen waren met een budget van 4,5 miljoen euro de duurste theatrale voorstelling ooit in Fryslân), dat er ernstige zorgen ontstonden over de begroting van LF2018.
In maart 2016 moesten pijnlijke knopen worden doorgehakt, vijf hoofdprojecten en een aantal kleinere werden geschrapt. Andere producties kregen geen of amper geld uit LF2018, zoals De Stormruiter, een theatervoorstelling met ruim honderd Friese paarden.
Uiteindelijk kostte LF2018 volgens het Leeuwarder Bureau voor Beleidsonderzoek 104 miljoen euro, tegen opbrengsten van tussen de 230 en 320 miljoen.
Lees ook
Bekijk ook een In Beeld met de 11 fonteinen
6. Wat er ook gebeurt, altijd blijven lachen
De fonteinen kregen op ludieke wijze kritiek van het Workumer muziektheatergezelschap De Paupers. Dat maakte de Pauperfontein, een mobiele fontein die overal in Fryslân opgebouwd kon worden. Het gevaarte, met ruim 230 water spuitende penissen, kreeg meteen de bijnaam ‘Piemelfontein’. De twaalfde fontein kreeg 10.000 euro subsidie en werd door LF2018 in het hoofdprogramma opgenomen.
7. Denk na over de ‘erfenis’
Adviseur Robert Palmer, vanaf het begin betrokken bij LF2018, is teleurgesteld: „Het belangrijkste bij alle Culturele Hoofdsteden is […] wat ervan overblijft. Maar wat een gemiste kans met LF2018: het is mislukt om hier wat wezenlijks van te maken.” Immie Jonkman, directeur-bestuurder van driejaarlijkse honderddaagse culturele manifestatie Arcadia/LF2028, een van de erfenissen van LF2018, denkt daar anders over: „Cultuur is hotter geworden […] Wat ook heel positief is geweest is dat, zeker jongere, mensen teruggekomen zijn naar Fryslân, omdat het hier veel meer bruist.” Jonkman zat in 2022 in de leiding van de honderddaagse culturele manifestatie Arcadia in Fryslân, voor 2025 staat een volgend Arcadia op stapel.