Zeker dertien mensen die veroordeeld zijn voor lidmaatschap van een terroristische organisatie, kregen de afgelopen vier jaar één of meer verklaringen omtrent het gedrag (vog). Dat schrijft demissionair minister Franc Weerwind (Rechtsbescherming, D66) donderdag in een brief aan de Tweede Kamer. Sommige veroordeelden kregen in die periode twee of meer verklaringen: in totaal werden tweeëntwintig vog’s verleend aan mensen met een strafblad met daarop een terroristisch misdrijf. Dertig van zulke verklaringen werden de afgelopen vier jaar geweigerd vanwege een terrorismeveroordeling.
Weerwind zocht deze cijfers op naar aanleiding van het nieuws dat een 39-jarige vrouw die in 2019 werd veroordeeld voor lidmaatschap van de terroristische organisatie IS, na die veroordeling een jaar als vrijwilliger heeft gewerkt bij hulporganisatie Vluchtelingenwerk. Daar was ze werkzaam als juridisch medewerker. In die hoedanigheid had ze toegang tot persoonsdossiers van vluchtelingen die hulp zochten bij Vluchtelingenwerk. Voor die functie had ze een vog nodig – en die kreeg ze ook.
Lees ook
Yesilgöz en Omtzigt botsen over ex-IS’er die voor Vluchtelingenwerk werkte
Maatregelen
Een vog wordt altijd verleend, zo stelt de verantwoordelijke overheidsinstelling Justis, wanneer iemand geen strafbare feiten heeft begaan. Heeft iemand wel een strafblad, dan kijkt Justis of die strafbare feiten relevant zijn voor het werk waar iemand de vog voor aanvraagt. Voor een baan als docent zijn andere overtredingen relevant dan wanneer iemand bankier wil worden. De tweeëntwintig vog’s die de afgelopen vier jaar aan veroordeelden voor terroristische misdrijven werden verleend, zijn uitgegeven voor onder meer de commerciële sector, ict, de energiesector, het onderwijs en de zorg.
Alle dertien personen die de afgelopen vier jaar een vog ontvingen, werden eerder veroordeeld in Nederland. „Ik deel de verbazing van uw Kamer, het bestuur van Vluchtelingenwerk en de [demissionair] minister van Justitie en Veiligheid [Dilan Yesilgöz] dat betrokkene voor deze functie een vog heeft ontvangen” schrijft Weerwind over de casus bij Vluchtelingenwerk. De demissionair minister laat onderzoeken of de andere 21 vog’s „conform de beleidsregels” zijn uitgegeven.
Om zulke gevallen in de toekomst te voorkomen, wil Weerwind het voor veroordeelden van een terroristisch misdrijf moeilijker maken een vog te krijgen. Hij wil een „verscherpt toetsingskader”, wat concreet inhoudt dat alle vog-aanvragen van mensen die de afgelopen twintig jaar voor terroristische misdrijven zijn veroordeeld, voor „nader te bepalen rollen of functies in beginsel [wordt] geweigerd”. Welke specifieke banen hieronder vallen, zal Weerwind later bepalen met Justis, het Openbaar Ministerie en de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid.