Column | De tijdgeest is ook maar een tijdgeest

Mag een kunstenaar een slecht mens zijn? vroeg Hans den Hartog Jager zich af in NRC. Ja, dat mag, vond hij. Maar hij kijkt in het geval van een slecht mens toch anders naar diens kunst, tekende hij er bij aan. Een week later zette zijn collega-criticus Gijsbert van der Wal een stap verder: kunst is niet los te zien van haar maker, die twee zijn met elkaar verweven. Picasso was „een beetje een etter” en dat ziet Van der Wal terug in diens werk. Ook Den Hartog Jager belandt via Picasso bij gedachten over „de morele grenzen van de kunst”. Beiden menen dat autonoom oordelen „nu juist [is] wat de tijdgeest niet wil”. En daar begin ik op mijn stoel te schuiven. De tijdgeest is ook maar een tijdgeest. Er komt altijd weer een andere, niemand hoeft zich er blindelings aan te onderwerpen.

Niet dat ik de tijdgeest negeer, maar ik wantrouw het grote gelijk dat de tijdgeest zich aanmeet. Om het dan ook maar over Picasso te hebben, dat hij een ‘etter’ was, is bekend uit diverse biografieën. Het is me bekend dat hij zijn vriendin Dora Maar, een vernieuwende kunstenares (wier concurrentie hij vreesde) mishandelde en manipuleerde. Picasso’s serie ‘La Femme qui pleure’ (1937) is gebaseerd op het werkelijke verdriet dat hij haar aandeed. Vind ik dat Pablo Picasso Dora Maar mocht kwellen? Nee, dat was walgelijk, ik haat hem erom. Houd ik van ‘La Femme qui pleure’? Ja. Waarom? Omdat het schilderij vastnagelt hoe het voelt om stinkverdrietig te zijn. Durf ik dat te zeggen? Ik zal wel moeten. Ik ga mijn oordeel niet loochenen omdat de tijdgeest dat wil.

Bovendien is die tijdgeest belachelijk arbitrair. Schrijfster J. K. Rowling wordt geterroriseerd en routineus gecanceld omdat ze zich anti-trans uit zou laten. Haar Harry-Potterboeken worden weggezet als ‘ouderwets’ en seksloos (wat niet klopt). Dat ze superieure volwassen thrillers schreef, is voor het gemak weggelaten. Maar niemand verwijt Mick Jagger achterhaald-seksistische songs als ‘Under my Thumb’. Niemand zegt: Harry Mulisch moet naar de onderste plank in de bieb want hij was een kille seksist. Niemand vermijdt de films van Quentin Tarantino, en die waren een dekmantel voor Hollywood-mogul en serieverkrachter Harvey Weinstein.

Och, de tijdgeest. Die paradeert aan het hoofd van het leger der verontwaardigden en voorziet in het warme bad van de morele eigendunk. Ik noem dat onnozel, dan ben ik maar wereldvreemd.

Geef de kwezels een vinger en ze gaan schrappen in romans en voor je het weet zijn we de schilderijen van moordenaar Caravaggio kwijt. Het vereenzelvigen van kunst en kunstenaar werkt niet. Uiteindelijk telt alleen de kunst. De maatstaf berust bij degene die de moeite neemt om zich aan een kunstwerk over te geven. En die bepaalt zelf wat hij of zij verdraagt en ervan vindt. Soms denk ik: spierballenkunst, ik ruik een rat. Of ik denk: niemand vindt dit goed. Maar ik wel.