Hugo de Jonge zal na deze dinsdag een zucht van opluchting slaken. Als het goed is, heeft de demissionair minister van Binnenlandse zaken en Volkshuisvesting van CDA-huize dan voor de allerlaatste keer met de Eerste Kamer gedebatteerd over de Omgevingswet.
Die geplaagde wet, bedoeld om de regels voor de ruimtelijke ordening eenvoudiger te maken, moet na vijf keer uitstel eindelijk ingaan op 1 januari 2024. Maar ambtenaren, architecten en softwareontwikkelaars zijn er niet gerust op dat dit haalbaar is. Zij schetsen doemscenario’s waardoor de bouw wel eens dramatisch tot stilstand kan komen. Met zoekgeraakte bouwvergunningen, gemeenteambtenaren die de dienstverlening aan burgers niet kunnen garanderen en architecten die uit angst voor chaos vergunningen niet eens dúrven aan te vragen. En met projectontwikkelaars die eigen bouwplannen erdoor drukken. Terwijl de deadline nadert, dreigt de Omgevingswet een hinderpaal te worden voor architecten, ambtenaren én nietsvermoedende burgers.
Van uitstel van de wet is geen sprake meer, dinsdag gaat het over de waarschuwingen van ambtenaren, stedebouwkundigen en softwareleveranciers dat de voorspelde chaos én het zoveelste ict-drama onafwendbaar lijken. Met op zijn minst vertragingen in het ruimtelijke ordeningsbeleid en, in het zwartste scenario, speculanten die misbruik van de chaos kunnen maken.
De Jonge houdt vast aan zijn deadline. Ook een nieuw kabinet heeft die Omgevingswet nodig om de volkshuisvestingsplannen (900.000 woningen in 2030) en het stikstofbeleid op orde te krijgen. „Invoering zal niet vlekkeloos verlopen”, schreef de minister in een brief aan de Eerste Kamer ter voorbereiding op het debat. „Maar er is vertrouwen dat inwerkingtreding verantwoord kan.”
De wet die alle regels op het gebied van ruimtelijke ordening en milieuvergunningen bundelt, zou minder bureaucratie en doelmatiger regelgeving opleveren. Maar een landelijke digitale databank, de DSO, die dat allemaal mogelijk moet maken, komt onvoldoende van de grond en dreigt volgens experts een van de duurste ict-projecten van de overheid (geschatte kosten 2 miljard euro) te worden.
Gemeenteambtenaren die per 1 januari 2024 met de nieuwe wet moeten werken, verwachten het kind van de rekening te worden. Ook softwareleveranciers gaan uit van chaos en vertraging in procedures. Uit een eerder deze maand gelekte interne presentatie blijkt dat de landelijke databank gevraagde informatie nog helemaal niet kan leveren. Meer dan de helft van de ingediende aanvragen verdwijnt in een digitaal gat of wordt om onduidelijke redenen niet-valide verklaard. En veel gemeenten kunnen helemaal niet uit de voeten met de software, zelfs als die functioneert – door gebrek aan personeel of omdat de organisatie er onvoldoende op is voorbereid.
Lees ook
Ministerie van Binnenlandse Zaken drukte kritiek op Omgevingswet de kop in
Langere wachttijden
In Flevoland hebben de betrokken Rekenkamers vorige maand onderzocht of de provincie en de betrokken gemeenten met de nieuwe wet aan de slag kunnen. Dat is nog niet het geval, met langere wachttijden als gevolg. En daar komt de haperende DSO-databank nog bovenop. „Dat digitale loket is essentieel om de dienstverlening van de overheid op peil te houden”, aldus Rekenkamer-voorzitter Robert Douma. „Uit gesprekken met ambtenaren en bestuurders blijkt dat zorgen bestaan over de werking en stabiliteit van het digitale loket, vooral vanwege vertragingen in de ontwikkeling van het landelijke deel van dit systeem.”
Ook architecten kunnen nauwelijks overweg met de nieuwe regelgeving, bleek eerder deze maand na afloop van een bijscholingscursus, georganiseerd door de Branchevereniging Nederlandse Architectenbureaus (BNA). Het was voor de honderd cursisten, allen BNA-architecten, duister wat ze er in de praktijk mee moeten. Eén ding hadden de meesten er wel van opgestoken: als de wet van kracht wordt, durft het merendeel geen vergunningsaanvraag meer in te dienen. Te veel risico, te grote onzekerheid. „De wet is als een nieuwe auto die nog helemaal niet verkocht mag worden”, zegt directeur Wico Ankersmit van de Vereniging Bouw- en Woningtoezicht Nederland, die de cursus gaf.
Lieuwe Koopmans, adviseur bij Tercera, een van de grotere softwareleveranciers voor gemeenten en provincies, kan het ict-drama zo uittekenen: vertragingen, onduidelijkheden, chaos. „Stedebouwkundige bureaus die niet met gemeenten kunnen communiceren. Of bestemmingsplannen die vastlopen in de systemen, waardoor projectonwikkelaars voortijdig weten wat een gemeente planologisch wil.” Volgens Koopmans tekent zich ook een financieel drama af. „En zijn eind 2024 de beloofde voordelen van die digitale databank verder weg dan ooit.”