Opinie | Een Canadees wetsvoorstel over trans jongeren mag niet getoetst aan grondrechten

Over één ding zijn de meeste Canadezen in de provincie Saskatchewan het eens. Iedereen wil het beste voor schoolgaande kinderen. Maar daar eindigt de eensgezindheid. Er woedt een vurig debat over een wetsvoorstel gericht op genderdiverse leerlingen in de prairieprovincie – een debat met repercussies voor de rechten van minderheden in heel Canada.

Volgens het wetsvoorstel van de conservatieve regering van Saskatchewan moeten ouders van trans kinderen onder de 16 jaar toestemming geven als leerlingen hun naam of genderidentiteit op school willen aanpassen. Geven ouders die toestemming niet, dan moet de school het geslacht en de naam van de leerling op de geboorteakte blijven gebruiken.

Het initiatief past bij de groeiende beweging rond ‘ouderlijke rechten’, die ook in de Verenigde Staten aan invloed wint. Daarbij willen ouders scholen beperken in wat zij hun kinderen kunnen leren over onder meer seksualiteit. „Als ouders hebben we het recht om te weten wat er gebeurt met onze kinderen”, zei Tonie Wells, een moeder bij een recente betoging voor het parlement in de provinciale hoofdstad Regina, tegen de Canadese omroep CBC.

Geen toetsing door rechters

Tegenstanders van het wetsvoorstel menen dat de regering van premier Scott Moe „de rechten van toch al kwetsbare kinderen schendt”, aldus Matt Love, parlementslid van de oppositie. Het is immers psychologisch schadelijk voor trans jongeren als hun ouders over hun genderidentiteit worden ingelicht voordat ze daar zelf klaar voor zijn.

Bovendien verzetten de critici zich tegen de tactiek waarmee Moe de wet wil doorvoeren: via een weinig gebruikt mechanisme in de Canadese grondwet die de maatregel afschermt van toetsing door rechters. Met deze zogenoemde ‘notwithstanding clause’ kunnen Canadese autoriteiten bepaalde grondrechten tijdelijk opzij zetten.

De clausule is een maas in de bescherming van burgerrechten volgens het ‘Handvest van Rechten en Vrijheden’ bij de Canadese grondwet, dat begin jaren tachtig is ingevoerd op initiatief van toenmalig premier Pierre Trudeau, vader van huidig premier Justin Trudeau. Rechters tot aan het Canadese Hooggerechtshof toetsen wetten aan de grondrechten van burgers, zoals het recht op gelijke behandeling. Maar onder de notwithstanding clause is een wet voor vijf jaar immuun voor dat proces.

De clausule werd zelden gebruikt, maar de laatste jaren vinden conservatieve provinciale regeringen dat ‘niet-gekozen rechters’ teveel invloed hebben. Ze zijn steeds minder terughoudend om het constitutionele paardenmiddel in te zetten. Zo maakte premier Doug Ford van de provincie Ontario er vorig jaar gebruik van om het stakingsrecht van ambtenaren op te schorten.

Kwetsbare kinderen

Volgens experts komen zo fundamentele rechten van Canadezen op de tocht komen te staan. „Dit is een gevaarlijke trend”, zei Nathalie Des Rosiers van de rechtenfaculteit van de Universiteit van Toronto tegen The New York Times. „De vrees bestaat dat de bescherming van burgerrechten kwetsbaarder wordt gemaakt door een herhaald, genormaliseerd gebruik van de nothwithstanding clause.”

Ook premier Trudeau waarschuwde daar vorig jaar voor. „Canadezen zouden zich grote zorgen moeten maken over de normalisering van provinciale regeringen om de notwithstanding clause preventief te gebruiken om fundamentele rechten en vrijheden op te schorten.”

Heather Kuttai, een lid van de mensenrechtencommissie van Saskatchewan, heeft maandag uit protest haar ontslag ingediend. „Ik wil niet geassocieerd worden met een provinciale overheid die de rechten van kinderen wegneemt, vooral kwetsbare kinderen.”

In deze rubriek belichten correspondenten het publieke debat op hun standplaats.