Nederland sluit douaneverdrag met Ecuador, de grootste exporteur van Zuid-Amerikaanse cocaïne

Nederland en Ecuador hebben een douaneverdrag gesloten met als doel de smokkel en handel van cocaïne tegen te gaan. Beide landen investeren in snellere uitwisseling van informatie over drugssmokkel, daarnaast zullen ze elkaar bijstaan „in training en advies”. Dat heeft demissionair staatssecretaris Aukje de Vries (Toeslagen en Douane, VVD) vrijdagochtend bekendgemaakt. De Vries heeft het document in de Ecuadoriaanse hoofdstad Quito ondertekend.

Ecuador is al jaren met afstand de grootste cocaïne-exporteur voor Nederland. Tussen 2018 en 2022 werd in de Rotterdamse haven ruim 60.000 kilo cocaïne afkomstig uit het Zuid-Amerikaanse land onderschept. Het ging in totaal om 150 partijen drugs. Ecuador is vooral een doorvoerland voor cocaïne uit andere landen. Het land grenst aan de Zuid-Colombiaanse regio’s Nariño en Putumayo: twee van de drie belangrijkste regio’s voor de productie van cocaïne.

Het vrijdag gesloten verdrag moet ervoor zorgen dat beide landen cocaïneladingen sneller in beslag kunnen nemen. Bijvoorbeeld door elkaar gedetailleerd te informeren over hoe en op welk moment smokkelaars te werk gaan. Volgens het ministerie van Buitenlandse Zaken kon dat vanwege gedateerde internationele regelgeving niet altijd, daarom is nu dit verdrag gesloten. Daarnaast zijn er afspraken gemaakt over het trainen en opleiden van elkaars douaniers door Nederland en Ecuador.


Lees ook
De meeste cocaïne komt al jaren via Ecuador naar Nederland: de haven daar is niet eens omheind

De meeste cocaïne komt al jaren via Ecuador naar Nederland: de haven daar is niet eens omheind

Bronlanden

Rotterdam en Antwerpen zijn in Europa de belangrijkste aankomsthavens voor containerschepen met Zuid-Amerikaanse cocaïne. Jan Janse, hoofd van de Nederlandse Zeehavenpolitie, legde afgelopen zomer in NRC uit dat de drugscriminelen constant variëren in hun smokkelmethoden. Die worden aangepast aan de omstandigheden – en dat gebeurt volgens Janse niet alleen in Nederland, maar ook in zogenoemde ‘bronlanden’ als Colombia, Peru en Bolivia, waar de productie van cocaïne de afgelopen jaren snel is toegenomen.

Naast de geografische ligging maken tal van factoren Ecuador een aantrekkelijk land voor drugscriminelen. Het land is volgens Nederlandse autoriteiten minder weerbaar tegen corruptie dan andere Zuid-Amerikaanse landen. Daarnaast kampt de samenleving met veel bendegeweld, waar ook de politie mee te maken heeft. Voor de Nederlandse politie is het „heel moeilijk contact te onderhouden” met hun Ecuadoriaanse collega’s van politie en justitie, stelde Jansen eveneens.