Column | Pieter Omtzigt en de tranen van Mark Rutte

Petra de Koning

Mark Rutte heeft de vergadering van de ministerraad ervoor laten zitten. Hij is ook niet bij de opening, door koning Willem-Alexander, van de tentoonstelling ‘Nationaal stilstaan bij corona’, in Den Bosch. En ándere ministers gaan vrijdagmiddag naar het Erasmus MC in Rotterdam om te laten zien hoe ze meeleven met de collega’s en studenten van docent en huisarts Jurgen Damen.

Rutte is de hele vrijdag in Groningen om van kinderen te horen hoe het is om in aardbevingsgebied te wonen. Welzijnswerker Gerrie Schotman (50) uit Woltersum had hem in april uitgenodigd, toen hij in het dorpshuis van Garmerwolde met Groningers was komen praten, en hij zou op maandag 10 juli komen. Maar net daarvoor was het kabinet gevallen, Rutte moest in de Tweede Kamer zijn. Hij wilde niet nóg eens afzeggen en in Woltersum, vrijdagmiddag, zegt hij dat de Groningers „in de shit” zitten, dat hij tranen in zijn ogen had gekregen van de verhalen van de kinderen. Hij had hen „geknuffeld”.

Je maakt er de jarenlange verwaarlozing van Groningen, door het ene na het andere kabinet-Rutte, niet mee goed. Maar Rutte, zegt Gerrie Schotman na het bezoek, had zich „goed voorbereid”, hij had veel vragen gesteld, geluisterd.

Als ik haar vraag hoe zij Pieter Omtzigt ziet, die de verkiezingen misschien wint, zegt ze dat ze heel graag met hem zou koffiedrinken. Ze zou willen weten hoe hij er „weer bovenop is gekomen” na de „politieke traumatisering” van ‘functie elders’. Omdat ze zich afvraagt of Groningen er weer bovenop kan komen.

Welke politicus kan daar nog tegenop knuffelen, huilen, luisteren? Zelfs als je, anders dan Rutte, níet betrokken was bij het drama in Groningen?

Mark Thiessen, oud-campagnestrateeg van de VVD en van de Belgische premier Alexander De Croo, maakte vorige week een analyse van de strategie van Omtzigt. Als ik hem erover bel en vraag hoe hij de campagne ziet, begint hij over de „heldenstatus” van Omtzigt. Het doet hem denken aan Trump in 2016: „Die zei: ‘I could stand in the middle of Fifth Avenue and shoot somebody and I wouldn’t lose any voters’.” Andere partijen kunnen volgens Thiessen niets doen. „Als jij de held aanvalt, word je zelf de anti-held. Je moet wachten. Omtzigt kan een fout maken, zijn partij kan dalen in de peilingen.”

Nederland, zegt hij ook, heeft niet vaak ‘helden’. Pim Fortuyn ja. „En in de coronacrisis Rutte, maar niet lang.” Hij noemt de Amerikaanse journalist Walter Lipmann, die in 1922 in zijn boek Public Opinion schreef dat het grote publiek van hun helden alleen „een fictieve persoonlijkheid” kent. En zegt dat hij zich zorgen maakt. „Als mensen na de verkiezingen teleurgesteld raken in Omtzigt, kan dat het vertrouwen in de politiek nog verder onderuit halen.”

Gerrie Schotman had in april een foto van haar en Rutte op haar Whatsapp-profiel gezet. Om te zien hoe mensen zouden reageren. Het viel haar niet mee.