Gebouwen op Groningse wierden lopen meer risico bij aardbevingen

Gaswinning Door zogenoemde „opslingerfactoren” lopen gebouwen die op een wierde staan tot driemaal zoveel veiligheidsrisico door aardbevingen als tot nu toe werd gedacht. Daarnaast blijken 48 gebouwen mogelijk onveilig die eerder veilig werden geacht.

Het eeuwenoude monumentale kerkje in Eenum, Noord-Groningen, dat is gebouwd op een wierde.
Het eeuwenoude monumentale kerkje in Eenum, Noord-Groningen, dat is gebouwd op een wierde. Foto Kees van de Veen

Van zo’n vijfhonderd gebouwen op wierden in Groningen zijn de veiligheidsrisico’s bij aardbevingen hoger dan eerder werd aangenomen. Dat blijkt uit een advies van het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) naar aanleiding van nieuw onderzoek naar deze vaak eeuwenoude, door mensen opgeworpen heuvels in het Groningse landschap.

Aardbevingen bij deze wierden leiden tot sterkere „opslingerfactoren” dan tot nu toe bekend was, blijkt uit onderzoek. Daardoor hebben volgens de toezichthouder „gebouwen op wierden gemiddeld een 2,5 tot 3 maal hoger risico”. Daarbovenop blijken 48 gebouwen mogelijk onveilig te zijn die eerder veilig werden geacht. Deze panden moeten volgens het advies alsnog in de versterkingsoperatie in de provincie worden meegenomen.

Volgens het SodM betekent dit niet dat er bij al deze gebouwen sprake zal zijn van nieuwe of aanvullende versterkingsmaatregelen. „Met de al jarenlang afnemende gaswinning kan het zijn dat het effect van de extra te rekenen opslingerfactoren teniet wordt gedaan door de inmiddels lagere seismische dreiging, maar dat moet nog worden onderzocht.”

In totaal staan in het Groningse aardbevingsgebied 3.645 panden op een wierde. De bijzondere bodemopbouw van deze wierden zorgt bij aardbevingen voor een extra ‘opslingereffect’. „Op een wierde” schrijven de onderzoekers, „wordt de aardbevingstrilling meer versterkt dan zonder wierde.” Dat effect is tot nu toe nooit meegenomen in seismische risicoanalyses.

Het nieuwe advies van de toezichthouder is pikant omdat de Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM), al jaren benadrukt dat er bij de versterkingsoperatie in Groningen eigenlijk veel huizen onnodig worden versterkt. Hierdoor is er ruzie ontstaan tussen gaswinner NAM, een joint venture van Shell, ExxonMobil en de staat, over de betaling van de versterking. NAM weigert veel van de gemaakte kosten te vergoeden, die honderden miljoenen euro’s bedragen. Sinds anderhalf jaar loopt er een arbitragezaak over dit geschil.

Trage versterkingsoperatie

Vanaf 2014 werd duidelijk dat de aardbevingen als gevolg van de gaswinning huizen in Groningen op grote schaal onveilig maakten. In de jaren daarna is de overheid nooit in staat geweest de noodzakelijke versterkingsoperatie van de panden vlot te laten verlopen. Aanvankelijk werd de trage voortgang geweten aan de NAM, die als veroorzaker van de aardbevingen leidinggaf aan de versterkingsoperatie. Maar ook nadat de overheid in 2015 „de regie” daarvan op zich nam, werd nauwelijks vooruitgang geboekt, mede doordat er nog steeds bij de NAM moest worden aangeklopt voor de financiering van de operatie.

Vanaf 2018 nam de overheid de volledige verantwoordelijkheid voor de versterking op zich. Dat hielp mondjesmaat. Groningers met onveilige huizen blijven verdwalen in een vaak onbegrijpelijke versterkingsoperatie. Inmiddels zijn bijna vierduizend woningen versterkt. Bijna twaalfduizend woningen moeten nog worden versterkt. Van zo’n zesduizend woningen is nog niet bekend of ze versterkt moeten worden of niet.

In een reactie laat gaswinner NAM weten dat het door SodM geciteerde onderzoek deel uitmaakt van een „samenwerkingsverband opgezet door NAM”. Op verdere vragen gaat de NAM niet in, „omdat het op afstand [staat] van de risico-analyse, die nu door TNO wordt uitgevoerd”.