Fifi Visser: ‘Toen alle grote componisten naar Zeeland kwamen’

Regisseur Fifi Visser.

Regisseur Fifi Visser.

Foto Gijs Haak

Interview

Klassiek In Middelburg bestond decennialang een festival voor nieuwe muziek waar de grootste componisten van de wereld naartoe kwamen. Alleen is het nagenoeg vergeten. Regisseur Fifi Visser maakte er de film Een Meteoriet op Walcheren over, die 15 september in première gaat.

„Als iemand tegen mij zegt: híér moet je nou eens een film over maken, ga ik het altijd even na. Meestal wordt het niks, er zijn duizend redenen om een film niet te maken. Maar toen componist Christian Blaha mij attendeerde op Nieuwe Muziek Zeeland wist ik niet wat ik hoorde. Van 1969 tot begin deze eeuw kwamen de grootste componisten allemaal hier in Middelburg. Morton Feldman was vaste gast. John Cage ging plantjes zoeken en maakte soep voor de bezoekers. Dit is waanzinnig, dacht ik. En ook: waarom weet niemand ervan?”

Regisseur Fifi Visser (1969) maakte samen met collega-filmmaker André van der Hout de film Een Meteoriet op Walcheren, over Nieuwe Muziek Zeeland én over de drijvende kracht erachter, de in 2021 overleden Ad van ’t Veer. De film gaat vrijdag 15 september in première op het festival Film by the Sea in Vlissingen. Componist Blaha promoveerde in 2019 in Utrecht op het onderwerp met het proefschrift Wat in Middelburg kan, kan niet.

„Ad van ’t Veer was een bijzondere man. Onvoorstelbaar koppig. Hij geloofde zó in wat hij deed, dat hij het nog voor elkaar kreeg ook: een festival voor nieuwe muziek in Zeeland met een internationale reputatie. Voormalig Volkskrant-muziekredacteur Hans Heg vertelt in de film hoe hij door Ad ‘gesommeerd’ werd om te komen, en dus maar naar Middelburg ging. Iedereen deed wat Ad zei.

Het hoefde niet altijd wat op te leveren, en juist dan kunnen er schitterende dingen ontstaan

„Ik ben nog bij hem langs geweest, in 2020. Met heel veel slagen om de arm polste ik zijn interesse in een film over het festival en hij reageerde enthousiast. Ik denk dat Ad blij zou zijn geweest met het eerbetoon: het festival was zijn levenswerk, tot hij na een hersenbloeding zijn directeurschap moest neerleggen. Maar het is zeker geen hagiografie: ook zijn moeilijke kanten zitten in de film. Zijn weduwe Trude heeft de film al gezien en zij zei: dáárom hield ik juist zo van hem. Die bevlogenheid. Ook al was hij nooit thuis.

„Tijdens de opnames zeiden we meermaals: hier moeten we óók een film over maken! We zijn zo veel prachtige verhalen tegengekomen, over componist Xenakis of het Willem Breuker Kollektief, die in de montage zijn gesneuveld. Het moest over het festival gaan, over Ad en het wonder van die waanzinnige muziek die klinkt alsof ze uit het binnenste van de aarde komt. We hebben bewust veel ruimte gemaakt voor de muziek, die in de film eigenlijk een personage is. Het subsidiebeleid wordt nu zó geregeerd door rendementsdenken. Bij Nieuwe Muziek hoefde het niet altijd wat op te leveren. En juist dan kunnen er schitterende dingen ontstaan.

„Het is nu wel spannend, moet ik zeggen. Uiteindelijk ben je het toch ook zelf, zo’n film. Mijn dochter van 23 is schrijver, ze zat bij het proefpubliek en zei dat ze na het zien van de film zin kreeg om iets te maken, dat vond ik mooi. We hadden natuurlijk een neutrale ‘documentaire-documentaire’ kunnen maken, maar dan ligt saaiheid op de loer. André en ik hadden allebei het gevoel: we moeten dúrven, radicale keuzes maken, in de geest van Nieuwe Muziek. Langer laten staan! riepen we dan. De kat van Mengelberg moet naar voren! Daar begint de film mee, een kat die piano speelt. Om de toon te zetten: And now for something completely different.”