Wat vindt NRC | De Kamer heeft debat nodig over de eigen rol in instabiele politieke tijden

Demissionair kabinet

Commentaar

Het is weleens anders geweest. Er waren tijdperken dat de Tweede Kamer volledig vleugellam werd op het moment dat een kabinet viel. Het ene na het andere onderwerp werd ‘controversieel’ verklaard en afgevoerd van de parlementaire agenda, tot de tijd dat er weer een nieuw kabinet zou aantreden. Het ging dan meestal om onderwerpen die zo gevoelig waren dat ze beter even uitgesteld konden worden tot een nieuw kabinet. Maar van die terughoudendheid was de afgelopen week weinig meer te merken in Den Haag. Vaste Kamercommissies bogen zich over hun agenda, en stelden vast dat vrijwel alle onderwerpen gewoon behandeld moeten worden. Honderden eigen onderwerpen, wetsvoorstellen en plannen van het gevallen kabinet-Rutte IV blijven op de agenda. Dit was goed nieuws voor de vier partijen die ooit het kabinet stutten: VVD, D66, CDA en ChristenUnie. Vooral D66 had zich hard gemaakt voor het gewoon behandelen van de onderwerpen die nog op de rol staan, niets uitgezonderd. Democratisch én partijpolitiek was dat een verstandige zet. Dat het kabinet gevallen is over migratie, een val die om strategische redenen door de VVD lijkt te zijn uitgelokt, betekent nog niet dat ‘gansch het raderwerk’ van het parlement stil moet komen te staan. Er wachten belangrijke dossiers, die niet kunnen wachten tot er een nieuw kabinet aantreedt: de toekomst van de landbouw, asiel, stikstof, medische ethiek. Deze onderwerpen houden zich niet aan de toevallige omstandigheid van een demissionair kabinet.

Dat de Tweede Kamer assertiever is en niet langer kiest voor een lange periode van passiviteit valt te prijzen. Tussen de val van Rutte III en het aantreden van Rutte IV zat bijna een heel jaar. Lange formaties en instabiele kabinetten zijn helaas meer regel dan uitzondering in de 21e eeuw. Zou de Kamer alleen nog mogen meepraten en -beslissen in tijden van een kabinet dat ‘missionair’ is, dan wordt Nederland een democratie in deeltijd. Maar hier is niet alles mee gezegd. Het is ook ongemakkelijk, en staatsrechtelijk te onhelder, wat de status van een actief meebesturende Kamer in demissionaire tijden is. De Kamer zal actief wetsvoorstellen blijven behandelen en de regering blijven controleren. Maar onder welke voorwaarden? Mark Rutte (VVD) maakte in de Tweede Kamer eens de grap dat hij als demissionair premier machtiger is dan als gewoon premier. Dat komt, zei hij, omdat de Kamer hem nu niet kan wegsturen. Een grap met een kern van waarheid: wat kan de Kamer doen als het kabinet niet levert? Kan een bewindspersoon naar huis worden gestuurd die al demissionair ís? Staatsrechtelijk kan het, maar slaat het nog ergens op?

De macht van de Tweede Kamer is geen vanzelfsprekendheid, en moet keer op keer worden bevochten. Deze eeuw heeft maar één kabinet de rit uitgezeten: Rutte II (VVD en PvdA). Lange periodes van demissionaire kabinetten hebben gevolgen voor de manier waarop het parlement functioneert. Er zijn alleen maar keuzes uit kwaden: óf de Kamer ligt voortdurend stil, of ze voert debatten zonder dat de regering écht te controleren. Óf het kabinet functioneert soms jaren niet, óf het regeert over het eigen graf. Over dit dilemma, en over de gevolgen van de politieke instabiliteit voor de volksvertegenwoordiging, is nooit een fundamenteel debat gevoerd, en dat wordt hoog tijd. Tot dat moment is het verstandig dat de Kamer zo min mogelijk onderwerpen van de agenda afvoert. Het parlementaire proces is al meer dan voldoende verstoord geraakt.

Lees ook: De Tweede Kamer wil over de meeste onderwerpen gewoon doorpraten