Column | Professioneel

Marcel van Roosmalen

Ik presenteerde vorige weekeinde het ASM Festival te Arnhem. Het was geen zwaar werk, om de twee uur sprak ik een paar zinnen tot de massa, die natuurlijk niet voor mij was gekomen. Ik had het vorig jaar ook gedaan, toen brak er een brand uit en werd ik onverwacht uit mijn container getrokken om te zeggen dat ze rustig moesten blijven. Niet dat het uitmaakte: ze waren al rustig en bleven dat ook, Arnhemmers zijn een braaf en dankbaar festivalpubliek.

Dat beaamden ook de artiesten, die zaterdag net als ik in containers woonden. We deelden een koffieautomaat en er was lokale catering. Voor artiesten is zo’n festival gewoon werk, ze zitten voor- en achteraf net als kantoormensen aan lange tafels wat te eten. De meesten vertrokken na het leveren van hun diensten zo snel mogelijk.

Ik genoot vooral van de efficiëntie.

Mart Hoogkamer krikte het rock-’n-roll-gehalte wat omhoog. Hij parkeerde zijn Mercedes achter het podium en onderbrak zijn optreden om backstage te kotsen. Het was professioneel kotsen, zijn band pingelde gewoon even wat langer het intro van Zwemmen in Bacardi lemon. Mart rende naar achteren, deelde in het voorbijgaan nog wat high fives uit, vooral dat vond ik bijzonder, kotste een beetje, dronk water uit een flesje en sprong weer tevoorschijn. Zijn tourmanager zei dat het echte kots was en geen ‘image-ding’.

Voor Anouk was iedereen, ik denk terecht, bang. Ze had voor de zekerheid twee containers toegewezen gekregen. Ik liet mijn toch al korte en zakelijke aankondiging op verzoek van tevoren lezen.

‘En nu Anouk!!” was veel te lang. Ik veranderde het in „Anouk!!” Toen ze er opeens was, ze arriveerde in een roedel van meer dan tien mannen van middelbare leeftijd, kroop een van de organisatoren naar de containers om te vragen of ze akkoord was met de tekst.

Ze vond het „veel te lang”.

„Blijf maar lekker in je container”, werd er tegen mij gezegd, „ze verschijnt spontaan”.

Anouk wilde ook een eigen wc.

Op de dixie werd snel een sticker met ‘defect’ gehangen, de rest moest het maar even in de Rijn doen. Een kwartier na haar optreden vertrok ze, de dixie werd meteen vrijgegeven.

Rond middernacht fietsten de mensen weer richting stad, moe maar tevreden. Een bewaker zei dat ze beheerst uit hun dak waren gegaan.

„Professioneel, net als de artiesten en de organisatie.”

Marcel van Roosmalen schrijft op deze plek een wisselcolumn met Ellen Deckwitz.