Even iets onverwachts

Straatnaam Straatnamen zijn meestal een gegeven. Volgens de Almeerse kunstenaarsgroep Kamp Seedorf,kan dat leuker, ziet Casper van der Veen.

Het anonieme, Almeerse streetartcollectief Kamp Seedorf levert behalve grote ‘graffitikunstwerken’ ook straatnamen. Buiten de geijkte kanalen om. De meeste hebben in Amsterdam geschitterd. In april werd tegenover de Beurspassage de straat omgedoopt tot ‘Pickpocketsteeg’, een waarschuwing om in het drukke winkelgebied extra te letten op je portemonnee of telefoon. Verderop in de straat tussen de Dam en Nieuwmarkt prijkte het bord ‘Tourist Trapstraat’. Deze drukke straat kent zeker meerdere winkels en ‘restaurants’ die deze titel verdienen. Op de plek waar rechts onderin normaliter het stadsdeel staat, zijn de bordjes getekend met Kamp Seedorf. De groep is ook actief in Almere, Rotterdam, Den Haag, Antwerpen en Hamburg.

Kamp Seedorf levert vaak ook een eerbetoon aan bepaalde mensen. Zoals aan hobbybokser Johnny Mosterd (1985 – 2018), happy hardcorelegende Gabber Piet (1966) of ‘Eurokok’ Martin Blöte (1946 – 2016).

Dat zijn nog echte mensen, Amsterdam kende ook kort de naar Breaking Bad-drugskartelbaas vernoemde ‘Hector Salamancastraat’ en het naar Jiskefet-typetje genoemde ‘Bep van Mokumplein’. Ook meesterdief van twee Van Gogh-schilderijen Okkie Durham en documentairemaker Roy Dames, bekend van culthit Foute Vrienden, kregen een bordje in de hoofdstad.

Soms zijn de namen puur voor de lol, getuige de ‘Crick-Crick Flap-Flap 100straat’ aan de Nieuwmarkt, de ‘Hoe eet je een tompouceweg’ aan de Wibautstraat en de ‘Nieuwe Hipstergracht’. Die laatste kan dan weer gelezen worden als een aanklacht tegen de betreurde gentrificatie van Amsterdam.

Volgens groepslid Eus schilderde het collectief al hun eigen helden op papier. „Spontaan hebben we toen bedacht dat sommige mensen of helden, die vanuit de overheid nooit zoiets zouden krijgen, toch ook wel een eigen straatnaam verdienen”, zegt Eus per mail.

Het collectief bestaat uit anonieme leden die à la Banksy hun werken voor zich willen laten spreken. „We vinden het leuk als er op straat iets onverwachts gebeurt dat even de routine doorbreekt”, zegt Eus. De kunstenaars moeten altijd lachen als mensen twijfelend naar zo’n bord staren. „Nog leuker is het als ze blij of boos worden.”, zegt Eus. „Maar belangrijkste blijft dat we er zelf om moeten lachen natuurlijk.”