De wankele reus van Huisduinen

Foto Simon Lenskens

Hier aan de kust In cirkels en langs lijnen staat de vuurtoren van Den Helder, een van de krachtigste van het land. Simon Lenskens legde het leven vast rond Lange Jaap.

Eerst de cirkels. De halve cirkel van de horizon, natuurlijk. Iets dichterbij de branding op de Razende Bol. Achter die zandbank het silhouet van een schip, onmiskenbaar een marineschip. Het is bijna hoogwater. Op een strekdam zwiepen vissers met een hengel, hun nylon flitst in de zon.

Als je je blik van zee naar het land wendt, zie je nog een halve cirkel: een verre ring van bebouwing. Flats, de groene bulten van een oud verdedigingswerk, radarmasten. Dat is Den Helder. Binnen die ring: veel gras, paarden, een manege, volkstuintjes. Erachter: opstijgende en landende helikopters, ook van de marine.

Op de passerpunt van de cirkels staat de vuurtoren. Officieel heet hij vuurtoren Kijkduin, maar iedereen noemt hem Lange Jaap. Een rode gietijzeren zuil met zestien zijden die naar boven toe verjongt. Daar, op 57 meter boven NAP, draaien sinds 1878 lenzen rond een lamp. Vanuit zee gezien, en ook vanaf land trouwens, geeft de toren zo elke twintig seconden vier witte schitteringen. Met een bereik van 30 zeemijl, ruim 55 kilometer, is Lange Jaap een van de drie krachtigste aan de Nederlandse kust.

Foto’s Simon Lenskens

Rond de toren: nog twee cirkels: een stevig hek, met een poortje en een informatiebord. Daarbinnen een tweede hek, een tijdelijk gaashekwerk van Heras.

In 1998 werden scheuren ontdekt in de ijzeren vloeren van de toren. Sindsdien is de toren voor publiek gesloten. Twee jaar geleden bleken er ook nog eens scheuren te zijn in de gietijzeren wandpanelen, plus roest in de voegen.

De vuurtoren is nu zo onveilig dat het zelfs niet mogelijk is herstelwerk te verrichten. Rijkswaterstaat studeert op „een ultieme poging” om de toren te stutten, maar kan niet beloven dat die slaagt. Dan rest vermoedelijk alleen de sloop.

Achter de hekken is het gras zo hoog opgeschoten dat de twee picknickbanken en een prullenbak erin verdrinken.

En nu de rechte lijnen in dit landschap. Eerst de dijk, natuurlijk. De rijweg aan de voet verbindt Den Helder en Huisduinen. Er loopt een paard met ruiter, stapvoets. Na honderd meter keert het. Het paard is net ziek geweest en mag nog niet zo ver.

Foto Simon Lenskens

Foto Simon Lenskens

Aan de zeezijde van de dijk loopt een kaarsrecht fietspad. Echtparen met dezelfde jacks en dezelfde fiets, sportfietsers, alleen of in groepjes, een fiets met dikke banden, een man in een elektrisch invalidenwagentje, een vrouw op een piepende step.

Vaders en moeders met een kind achterop, met een kind voorop, een hond in een bakje achterop, hond in een aanhangwagentje, handdoek erover tegen de zon. Fietsers met helm en zonder helm, met een strohoed, een baseballcap.

Een vrouw jogt mooi door het beeld. Een andere vrouw, die op de dijk haar hond uitlaat, roept twee, drie keer naar de joggende vrouw. Maar die heeft haar oortjes in.

Er staat hier ook een rij bankjes, om de honderd meter of zo, op het geasfalteerde deel van de dijk. Je zou hier kunnen afstappen en een boterham eten terwijl je naar de zee kijkt, Lange Jaap achter je boven de dijk. Maar alleen op dit ene bankje zit iemand met een notitieblok.

Rechts in de verte gaat de dijk de hoek om. Daar verschijnen aarzelend twee zeilboten op het kenterend getij. En dan een snelle motorboot van de politie die langs een liniaal naar het westen vaart.

Het is twaalf uur ’s middags. Over tien uur is de zon onder en begint de schemering. Dat is het moment waarop Lange Jaap ontwaakt en langzaam al die lijnen en cirkels uit het landschap naar zich toe begint te trekken. Om ze daarna – en daar raak je nooit op uitgekeken – weer van zich af te slingeren, de duisternis in. Vier fonkelnieuwe lijnen, elke twintig seconden, lichtwieken in de nacht.

Foto Simon Lenskens

Foto Simon Lenskens

Foto Simon Lenskens

Foto Simon Lenskens