Dansen als een specht: hoe sneller hoe aantrekkelijker

Lowlands 2023 Dance wordt de laatste jaren steeds sneller, het aantal beats per minute stijgt. Ook op Lowlands. ‘Het is een terugkeer naar de vroege jaren van de elektronische muziek,’ stelt Armin van Buuren

Ook op Lowlands: de ‘beste techno-dj ter wereld’ dj Charlotte de Witte, hier in de Gashouder tijdens het Amsterdam Dance Event.
Ook op Lowlands: de ‘beste techno-dj ter wereld’ dj Charlotte de Witte, hier in de Gashouder tijdens het Amsterdam Dance Event. Olaf Kraak
Lowlands 2023

Het zonlicht reflecteerde op de gebogen golfplaten van de Boiler Room stage in het Amsterdamse Bos tijdens festival Dekmantel, vorig jaar. Een zee van rozige, zwetende, dansende lijven golfde op de muziek van Young Marco. Maar na zo’n vijftig minuten leek de muziek stil te vallen. Toen klonk langzaam een vrouwenstem steeds luider: „Where… are… we?” Het publiek herkende meteen de tekst en melodie: ‘Hide and Seek’ van Imogen Heap. Vervolgens dropte Young Marco onverwacht de beat en beukte hij met 135 beats per minute (bpm) door – de zee van mensen ging met de vuisten in de lucht woest op en neer. Young Marco’s ‘What you say?’ werd dé dancehit van 2022 en betekende zijn internationale doorbraak.

Die doorbraak met zo’n snel nummer past in een trend: dance wordt steeds sneller, de bpm’s schieten omhoog. Denk bij de aantrekkingskracht van hoge bpm’s aan een specht: wetenschappers denken dat hoe sneller een specht met zijn snavel tegen een boom beukt, hoe groter de dreiging die de vogel tracht te communiceren. Of denk aan die keer dat je een sprintje trok om de trein te halen. Dan ligt je harstslag op zo’n 150 bpm.

‘Gewone’ techno dendert meestal op 125 bpm door. Hardstyle en hardcore (gabber) beginnen, net als jungle en drum-’n-bass, op 160 bpm. Als je van techno naar 140 bpm klimt en je giet er een herkenbare melodielijn overheen, dan heb je al snel trance. In de jaren negentig en vroege jaren nul was dit tempo gemeengoed.

Trance maakt een comeback: trance-dj’s worden nu vaak geboekt op grote festivals, soms zelfs als headliners. Zo staat de Britse producer en zangeres Nia Archives met haar razendsnelle jungle (zo’n 160 bpm) dit weekend op Lowlands, net als de Vlaamse Charlotte de Witte (‘beste techno-dj ter wereld’, volgens DJ Mag). Zij sluit er zelfs op zaterdag de legendarische Alpha af. De Witte haalt met gemak een gemiddelde van tussen de 135 en 145 bpm.

Je kan heel goed op 125 bpm draaien, maar bij ons wordt de tent pas echt afgebroken

Tien jaar geleden lag het tempo lager. De festivalhits uit 2013 liggen rond de 115 bpm, zoals ‘Existence’ van Kink en Anton Zap’s ‘Lovin u’. Harde ‘drops’, ritmeverschuivingen waar lang naartoe wordt gewerkt, waren taboe. Deephouse en langzamere, duistere techno zwaaiden de scepter. Tegenwoordig nemen snellere, melodieuze trance en breakbeats het voortouw.

Volgens dance-magazine Mixmag heeft de versnelling van de muziek te maken met de coronacrisis: na jaren van binnen zitten en een wereld op slot, willen mensen los. Er is sprake van knaldrang. Die doet zich ook buiten de dance voor. Uit een analyse van alle popgenres, van hiphop tot metal, in het Australische ABC News blijkt dat de gemiddelde muzikale snelheid in 2021, op het toppunt van de covid-pandemie, het hardst omhoog was gegaan sinds 1993.

Ook de parameter ‘positiviteit’ schoot van een dieptepunt in 2019 omhoog naar een hoogtepunt in 2021. In 2022 zette deze trend zich door.

Lees ook dit stuk: Charlotte de Witte heeft haar wraak: ze werd de beste techno-dj ter wereld

Tempo als emotie

„Tempo gebruiken om gevoelens te sturen doen we al eeuwen”, zegt trancepionier en halfgod in de dancewereld Armin van Buuren. „Dat gebeurde in de klassieke muziek al. En ook in de EDM-wereld, de wat meer commerciële kant van dance, sluiten dj’s al jaren hun sets af met snelle hardstyle platen.” Wel nieuw is dat trance nu ook in de underground scene steeds meer is te horen. Van Buuren: „Trance is geen scheldwoord meer. Dj’s als KI/KI draaien gewoon op 145 bpm en mensen vinden het geweldig. Dat vind ik een breath of fresh air. Ook opvallend is de trend om een set te beginnen op 140, 145 bpm. Mensen houden dat ook langer vol, blijkbaar vindt de nieuwe generatie dat te gek. Toch is ook dit niet echt nieuw, maar een terugkeer naar de vroege jaren van de elektronische muziek.”

De zo’n zes jaar geleden begonnen Amsterdamse dj KI/KI (Kiki Wesselo) staat met haar sound op doorbreken. Zij draait al jaren op 145 bpm. „Vroeger vonden mensen mij niet cool omdat ik te snel draai, maar nu wordt dat juist heel erg gewaardeerd.” Ook qua opbouw doet de Amsterdamse geen concessies: „Ik begin altijd op 145, meteen met een knal, en dan daarna misschien wat rustiger, om vervolgens weer op te bouwen naar 145.” Maar nog veel sneller zal ze niet gaan. „Dan verzand je al snel in de TikTokTechno: dj’s die viraal zijn gegaan door klassiekers te remixen met supersnelle techno.”

Ook Van Buurens oude platen worden heruitgebracht en geremixed. „Het is een terugkeer naar eind jaren negentig, begin 2000. De nieuwe van Peggy Gou (‘(It goes like) Nanana’) is bijvoorbeeld een plaat die ook in 1990 geproduceerd had kunnen zijn. Ik vind dat wel gaaf. Het is een beetje alsof je je eigen kind volwassen ziet worden.”

Tegengas

De versnelling van dance heeft invloed op dj’s die langzamer draaien, merkt de Rotterdamse dj David Vunk. „Kermisttrance”, noemt hij de snelle dance. „Daarmee wil ik niets afdoen aan de muziek van de nieuwe generatie dj’s, want die maken heel toffe dingen. Maar ik draai alles door elkaar heen, al jaren. Van elektro tot classics, techno, hardcore en disco. En ook ik draai zeker sneller dan voor covid. Al wil ik wel weer meer disco gaan draaien dit weekend, als tegengas.”

Op Lowlands verwacht Vunk de versnelling vaak te horen. Zijn verwachting komt zeker uit. Behalve Charlotte de Witte staan ook onder anderen Gladde Paling en het trio Black Sun Empire komend weekeinde in Biddinghuizen achter de draaitafels. Beide acts zijn niet vies van een hoog tempo. 160, 170 bpm is gemeengoed in de drum-’n-bass waar Milan Heyboer van Black Sun Empire zijn hele carrière al mee bezig is. „Je kan heel goed op 125 bpm draaien, maar bij ons wordt de tent pas echt afgebroken.”

Armin van Buuren denkt dat de versnellingstrend niet lang meer zal duren. „Je merkt dat mensen dingen eerder zat zijn. Vroeger, zeker op vinyl, had je niet de luxe om een plaat in te korten. Tegenwoordig zit een track vaak maar twee minuten in de set, en dan is de volgende plaat alweer aan de gang. Dat heeft ook iets te maken met de aandachtspanne van de nieuwe generatie. Ik merk het aan mijn eigen kinderen, en hoe snel ze op hun telefoon swipen naar het volgende.”

KI/KI denkt dat de 140 bpm trancetrend niet snel zal sterven, maar de écht hele snelle (160 bpm) techno wel. „Dat is zó snel opgekomen en zo heftig om vol te houden, dat het waarschijnlijk niet lang zal duren”, lacht ze.

Hoe lang die heftigheid nog duurt, valt te bezien, maar zeker is dat Gladde Paling, de grootste aller TikTokkers, zondag in Biddinghuizen de enorme India aan gort zal draaien.