Journalisten in Niger zijn bang om iets te publiceren waar de militairen niet blij mee zijn

Niger Sinds de militaire coup in Niger staat de persvrijheid onder druk. Wie niet meepraat met de militairen wordt geïntimideerd, zegt de voorzitter van de journalistenvereniging.

Nigerezen die de coup steunen verzamelen zich bij een luchtmachtbasis van Frankrijk in Niger.
Nigerezen die de coup steunen verzamelen zich bij een luchtmachtbasis van Frankrijk in Niger. Foto AFP

Intimidaties, bedreigingen. De lijst wordt steeds langer, zegt Ibrahim Harouna. En het meest verontrustende van alles: „Het wordt steeds erger.” De voorzitter van de Maison de la Presse, de journalistenvereniging in Niger, gaat al langer mee, vertelt hij. Het is ook niet voor het eerst dat Harouna militairen de macht in zijn land ziet grijpen. Maar de dynamiek die nu loskomt, „c’est du n’importe quoi”. Het is idioot. „Een coup is nog geen reden om journalisten aan te vallen.”

Deze week stuurde Harouna namens de Maison de la Press een nieuwe noodkreet uit. De tweede sinds op 26 juli een elite-eenheid onder leiding van generaal Abdourahmane Tchiani Nigers president Mohamed Bazoum gevangen nam en de macht claimde. Las de eerste als een voorbode – „We vrezen in deze context voor de persvrijheid en de veiligheid van journalisten” – de tweede is een bestendiging van die vrees.

„Met grote bezorgdheid volgen we de huidige ontwikkelingen […] gekenmerkt door een zeer moeilijk klimaat voor de uitoefening van het beroep van journalist”, begint de brief. Het begon eigenlijk vrijwel meteen, vertelt Harouna, wiens stem tijdens het telefoongesprek vanuit de hoofdstad Niamey concurreert met het getoeter en gekwetter van de straat. „Wie niet meepraat in de lijn van de militairen, wordt aan alle kanten geïntimideerd.”

Neem de correspondent van de Franse zender TV5 Monde. Nadat zij in een live-verslag zei dat inwoners van Niamey probeerden de hoofdstad te verlaten uit vrees voor een interventie van het Ecowas-blok, werd zij overspoeld met bedreigingen. Aanjager was een bekende activist, volgens wie zij dit allemaal verzon en die zijn duizenden volgers opdroeg verhaal bij haar te gaan halen. Inmiddels zou ze het land hebben verlaten.

Intimidatie

Twee andere journalisten, een Fransman en een Canadees, moesten zich drie dagen achter elkaar melden bij de veiligheidsdiensten, vertelt Harouna. „Om hun papieren te controleren. Die waren gewoon op orde, het was pure intimidatie. Toen ik de communicatieman van de militairen belde, zei hij dat ze in hun reportages moeten zeggen dat het volk hen steunt, ‘want dat is zo’. Het is niet aan het leger de inhoud van reportages te dicteren, antwoordde ik.”

De publieke Franse radio- en televisiezenders RFI en France24, populair in oud-kolonie Niger, gingen vrijwel direct na de coup op zwart. Hetzelfde gebeurde eerder in Mali en Burkina Faso, Nigers buren waar militairen hen voorgingen in het grijpen van de macht.

Maar ook lokale media staan onder druk, stelt de journalistenvoorman. „Mensen zijn bang iets te publiceren waar de militairen niet blij mee zijn. Dus doen ze het niet.” Kijk naar de ORTN, Nigers nationale radio- en televisiezender, zegt Harouna. Hun collega’s daar zijn veranderd „in een soort gijzelnemers […] De programmering wordt hen opgelegd.” Zoals uitgezonden steunmarsen voor de putschisten. En in het begin veel militaire muziekvideo’s.

Nigerezen krijgen hun nieuws vaak via Whatsapp, TikTok en Facebook, waar het anti-Franse sentiment overheerst

Dominant is vooral de stroom aan communiqués die de militairen er dagelijks voorlezen, zegt Harouna. En waarin met name oud-kolonisator Frankrijk het moet ontgelden.

Net als in Mali en Burkina Faso, tevens oud-kolonies, is Parijs ook in Niger vijand nummer één in de retoriek van de putschisten en hun aanhang. Hun frustratie richt zich vooral op de Franse troepen die in het land aanwezig zijn en waarop president Bazoum leunde voor zijn strijd tegen jihadisten. Zonder succes, aldus de militairen. In plaats daarvan zouden zij er nu alles aan doen om hun „bevrijding van het volk” ongedaan te maken.

Soortgelijke verhalen doen massaal de ronde in Whatsapp-groepen en op Facebook. „Het is druk”, glimlacht Souleymane Brah, die spreekt via een videoverbinding vanuit Niamey. Brah is factchecker bij Pesacheck, een platform dat actief is in vijftien Afrikaanse landen. Desinformatie is in Niger verre van nieuw, zegt hij. Maar sinds de staatsgreep heeft-ie er een dag- én nachttaak aan alle onwaarheden die rondgaan waar mogelijk te weerspreken.

Zichtbaar oude beelden

Zoals kort na de aankondiging van Ecowas dat militair ingrijpen niet werd uitgesloten. Brah: „Meteen zag je allemaal foto’s rondgaan van militairen en opgelijnde tanks.” Zogenaamd Nigeriaanse troepen die zich voorbereiden aan de grens met Niger. Brah liet aan de hand van „een simpele omgekeerde zoekopdracht op Google” zien dat het in werkelijkheid ging om een militair defilé in de Democratische Republiek Congo.

Of nog zo’n veel gedeelde video die om de zoveel tijd opduikt, van een checkpoint waar zwaarbewapende Franse militairen auto’s stilhouden en controleren. De zichtbaar oude beelden komen uit Ivoorkust in 2004, maar duiken op sociale media regelmatig weer op. Steeds weer uit zogezegd een ander land. Nu weer. „Kijk wat de Fransen doen in Niamey!”

„De meeste Nigerezen krijgen hun nieuws niet via officiële media, maar via Whatsapp, TikTok en Facebook. Daar zie je dat anti-Franse sentiment overal terugkomen”, zegt Brah. Aangezwengeld door pan-Afrikaanse activisten, notoir niet alleen om hun kritiek op Frankrijk, maar ook om hun steun voor Rusland. Zoals de Frans-Beninese Kemi Seba (1 miljoen Facebookvolgers en 200+ duizend volgers op Twitter en Instagram).

Volgens het onderzoekscollectief All Eyes on Wagner, dat de handel en wandel nagaat van het Russische huurlingenleger en diens baas Jevgeni Prigozjin, zitten aan hen gelieerde kanalen en trollen hier in ieder geval deels achter. Zo verspreidde een aan Prigozjin gelieerde organisatie op Telegram de claim dat Frankrijk zou zijn begonnen „massaal kinderen uit Niger te smokkelen voor sekshandel”.

„Wat in Niger is gebeurd, is niets anders dan de strijd van het Nigerese volk met zijn kolonisatoren”, zei Prigozjin zelf daags na de staatsgreep en bood de coupplegers prompt Wagners diensten aan.

„Het is propaganda”, zegt factchecker Brah. „Maar in de huidige context laten mensen zich makkelijk manipuleren met video’s en beelden. En dat komt de junta goed uit.”