Opinie | Het kleerhangerfeminisme van Barbie wordt slechts gedreven door geld

Cultuur ‘Camp’ werd ooit beschouwd als een subversieve oplossing voor het probleem van culturele stigma’s. De film Barbie is gewoon commercie, schrijft .


Foto Getty

Schrijver Susan Sontag had bij de première van Barbie moeten zijn. De lancering leek één grote ode aan haar beroemde essay uit de jaren zestig: Notes on Camp. Glitterende gasten, Margot Robbie fotogeniek dartelend over het witte doek, terwijl Dua Lipa zingt „Looking my best, missing no steps” – glimlach, klap, klap.

In Notes on Camp beschrijft Sontag het verschijnsel camp als een esthetische expressie die traditionele ideeën van goede smaak uitdaagt door ze te overdrijven. Hypergestileerd wordt het uitgebeelde bekritiseerd of op zijn minst bevraagd. De Barbie-film lijkt aan die kenmerken te voldoen: vanaf de eerste scène is duidelijk dat we regisseur Greta Gerwigs Barbie niet al te serieus moeten nemen. Ze is een exponentiële versie van de legendarische pop. Je zou haast zeggen: een grap. Ware het niet dat een film die 100 miljoen dollar heeft gekost en wereldwijd kijkers zal beïnvloeden geen grap kan zijn.

In 1959 werd Barbie ontwikkeld door de Amerikaans producent Mattel. Zelden wordt gemeld dat Barbie geïnspireerd is op een pop naar het Duitse cartoon-karakter Lilli uit het tabloid Bild, een ambitieuze geldwolf en exhibitionist, getekend ter vermaak van een volwassen, voornamelijk mannelijk publiek. Toen Mattel de rechten verwierf, veranderde Lilli abrupt van snoepgoed voor mannen in speelgoed voor jonge meisjes. Een opmerkelijke switch.

Als pop was Barbie vernieuwend: voorheen ‘oefenden’ kinderen hun zorgtaken-voor-later met poppen die er meestal uitzagen als baby’s. Barbie was een volwassen vrouw, vooral bezig met zichzelf en haar uitgebreide kledingkast. Ze was geen pop om te bemoederen, maar iemand om je als meisje mee te identificeren. Bovendien bleek ze met haar talloze accessoires een exponent van het naoorlogse consumentisme. Barbie werd een doorslaand succes en in korte tijd een cultureel fenomeen.

Een film die Barbie verheerlijkt en bekritiseert neemt geen stelling in. Dat ruikt naar onverschilligheid en winstbejag

Er waren echter een paar probleempjes met de pop. Ten eerste zijn haar lichaamsproporties ongeloofwaardig en is ze dermate dun dat ze, als ze mens was, bij elke stap zou omkukelen. Daarnaast bevestigt Barbie een eenzijdig wit schoonheidsideaal. Pas in 1980 bracht Mattel op grotere schaal andere etniciteiten op de markt. Die poppen waren echter niet Barbie, maar vriendinnen van de échte Barbie die onverminderd blond en wit bleef. Maatschappelijke emancipatiebewegingen lieten steeds meer kritiek op Barbie horen en na een serieuze dip in de verkoop besloot Mattel in 2016 ook eh… ‘nieuwe’ lichaamstypes te introduceren.

Ondanks die ingrepen leek Barbie in het #MeToo-tijdperk uitgespeeld tot de verrassende komst van Barbiecore in 2021. Influencers en beroemdheden verkleedden zich in de meest uitbundige felroze outfits en Barbie werd gebombardeerd tot lhbtq+-icoon en feminist. Ik schrijf ‘verkleden’ omdat Barbiecore alles te maken heeft met wat door filosoof Judith Butler ‘performatieve vrouwelijkheid’ wordt genoemd. Vrouwelijkheid als iets wat je niet van nature belichaamt of waar je als vrouw genetisch toe bent veroordeeld, maar een rol die je vertolkt, een kostuum dat je aantrekt, een performance waarbij het beeld van vrouwelijkheid vaak wordt uitvergroot.

Barbiecore is de keuze van vrouwen om zich te verkleden als Barbie, een esthetisch ideaal dat decennialang als onderdrukkend en beperkend gold. Ze geven hun eigen draai aan Barbie en zouden zich daarmee juist van het Barbieharnas bevrijden. Maar, werkt het echt zo?

Overdrijving

Feministisch auteur Gloria Steinem omschreef Barbie in de jaren negentig als: „Alles wat we als vrouw niet willen zijn maar worden geleerd te zijn.” Is het een daad van emancipatie om datgene wat we niet willen zijn maar moeten zijn, uit eigen keuze en met een vette knipoog tóch te zijn? In de Barbie-film kijken we twee uur lang naar een overdrijving. Verdient die uitvergrote Barbiewereld het om ‘camp’ te worden genoemd? Is Barbiecore werkelijk ontregelend, of een sluw commercieel excuus voor meer van hetzelfde?

De trailer van Barbie beweert: „Als je van Barbie houdt, is dit de film voor jou!” Vijf seconden later: „Als je Barbie haat, is dit de film voor jou!” Een film die Barbie in eenzelfde adem verheerlijkt en bekritiseert neemt geen stelling in. Dat ruikt naar onverschilligheid en winstbejag: een zo breed mogelijke doelgroep aanspreken om zoveel mogelijk mensen voor de film en de nauwelijks ondergeschikte merchandise-campagne te strikken.


Lees ook: Een brief aan Barbie, de onbereikbare vrouw uit mijn jeugd

Want nee, Margot Robbie speelt geen afwijkende Barbie: ze lijkt zo uit een Matteldoos gekropen. Smetteloos verschijnt ze op elke roze loper, op elke tijdschriftcover, in advertenties. Alleen wie de intertekstuele knipogen wil ontcijferen, wie het hermetische cultuurkritische jargon in de film kan volgen, zal de kritiek begrijpen. Ziedaar het probleem van camp: het is afhankelijk van the eye of the beholder en daardoor als afrekening met heersende stereotypen pijnlijk zwak.

Stel je deze vraag: is Barbie sinds haar prille jaren niet altijd al camp geweest? Barbie-de-babysitter met haar dieetboekje waarin staat te lezen ‘Stop met eten!’ – was dat geen camp? Jonge meisjes die zich vereenzelvigden met een ultra-witte hyperconsument die een eenzijdig beeld van schoonheid belichaamt – was dat geen camp? Hadden we in de jaren zestig niet al om Barbie moeten lachen? En als dat waar is, wat voegt een commerciële crowd-pleasing film daar anno 2023 nog aan toe?

Ambieer een luxeleven!

In het filmverhaal ‘leert’ Barbie dat ze niet perfect hoeft te zijn. Je zou zeggen: een mooie les voor jonge meisjes, maar niets is minder waar. De film vertegenwoordigt dezelfde paradox die al jaren de westerse populaire cultuur domineert. Muziek, films, series, ze roepen allemaal hetzelfde: wees jezelf! Je bent het waard! Wees trots op wie je bent! Hoe je er ook uitziet! Jij telt! Leuzen die prachtig klinken, maar giftig zijn omdat ze gepaard gaan met tegengestelde signalen: koop deze zomer roze kleding! Wees ook zo slank als Barbie (of gespierd als Ken)! Ambieer een luxeleven!

De film zadelt zijn kijkers op met diezelfde toxische verstrengeling: integer bedoeld commentaar op de maatschappelijke positie van de vrouw wordt afgewisseld met de promotie van een roze Barbiejumpsuit die je (exclusief!) in elke Zara kunt kopen. De parodie wordt een paradox die in zijn onmogelijkheid verstoken blijft van betekenis. Kleerhangerfeminisme. Net zo gekunsteld en hol als de pop.

Ooit werd camp beschouwd als een subversieve oplossing voor het probleem van culturele stigma’s. Vandaag is camp een onderdeel van het probleem. De gestileerde overdrijving bevraagt niet meer, ze is dermate alomtegenwoordig, dermate onderdeel geworden van onze culturele mainstream dat ze niet langer ontregelend, maar bevestigend werkt. De vermakelijke Barbiehype is een schijnsubversie, een dwarsheid die aangedreven wordt door één ding: geld. Door camp functioneel in te zetten om een publiekstrekker te creëren, zijn we op het punt beland waarop subversie zélf verworden is tot camp.

In essentie is de film een ode aan een ouderwetse pop, terwijl we ons met zoveel andere, boeiender vrouwbeelden zouden kunnen bezighouden. Tekenend is een scène aan het einde van de film, wanneer de ceo van Mattel (gespeeld door Will Ferrell) reageert op de suggestie om een ‘normale’ Barbie te maken. „Dat lijkt me een slecht idee”, zegt hij. Achter hem loopt een man met een rekenmachine die laat weten dat de cijfers iets anders vertellen. Waarop de ceo reageert: „Dan gaan we het doen.” En zo geschiedde.

De unieke blik en creativiteit van regisseur Gerwig legt het in Barbie af tegen commercieel geweld. Barbie is een verfijnd staaltje pinkwashing dat de Oscar-gemeenschap ongetwijfeld gretig zal aangrijpen. Ondertussen zullen jonge generaties deze zomer met Barbieroze tassen op Mattel slippers over de stranden struinen met hetzelfde flinterdunne zelfvertrouwen dat je koopt met elke trend. Het wordt een lange roze zomer en volgend seizoen bungelt die Barbiekleding alweer achterin de kledingkast. Ik ben vooral benieuwd wat zich daarna ontpopt.