Magere winst dwingt FrieslandCampina tot kostenbesparingen

Zuivel Zuivelonderneming FrieslandCampina zag zijn winst in het afgelopen half jaar sterk dalen. Een herstructuring of reorganisatie valt niet uit te sluiten.

Koeien in de wei. Iets meer dan 1 procent van de FrieslandCampina-producten heeft het stempel ‘biologisch’.
Koeien in de wei. Iets meer dan 1 procent van de FrieslandCampina-producten heeft het stempel ‘biologisch’. Foto Robin van Lonkhuijsen/ANP

Jan Derck van Karnebeek had zich een ander debuut voorgesteld. De kersverse topman van FrieslandCampina begon op 1 juni bij het zuivelconcern. De eerste resultaten die Van Karnebeek presenteerde waren ronduit mager: de nettowinst in de eerste zes maanden van 2023 bedroeg 8 miljoen euro, een daling van bijna 95 procent ten opzichte van dezelfde periode in 2022. En dat terwijl de omzet licht steeg tot 6,9 miljard euro.

Al zit hij nog maar anderhalve maand in de zuivel, Van Karnebeek constateerde woensdag in een toelichting dat hij „niet gelukkig” is met de cijfers. Het zijn de abrupte schommelingen in de melkprijs die FrieslandCampina parten spelen. De melkveehouders die lid van zijn van de coöperatie krijgen dit jaar nog een hoge garantieprijs voor hun melk, maar dat geld werd in de eerst helft van 2023 niet terugverdiend met de verkoop van zuivelproducten.

De basisprijzen van producten als boter, kaas, melkpoeder of mozzarella zijn sinds juni 2022 scherp gedaald. Er is minder behoefte aan met name de duurdere zuivelproducten. Als gevolg daarvan bleef FrieslandCampina met voorraden zitten die weer voor een lager tarief verkocht moesten worden. Daardoor sneed de zuivelonderneming, die ruim 21.000 medewerkers telt, nog verder in zijn eigen marges.

Boeren werven

De totale melkconsumptie staat onder druk omdat consumenten in alle afzetmarkten, niet alleen in Nederland, minder te besteden hebben door de sterke inflatie. Dat is een probleem dat niet op korte termijn verdwijnt en daarom voerde FrieslandCampina al kostenbesparingen in om de winst enigszins op peil te houden. Praktisch betekent dat voor de medewerkers minder reizen en minder congressen bezoeken. Ook neemt het bedrijf minder personeel aan.

Daarnaast lijkt een reorganisatie of herstructurering onvermijdelijk. Van Karnebeek wilde hierover geen uitspraken doen – hij zit immers nog in zijn inwerkperiode – maar hij liet wel doorschemeren dat het zuivelconcern extra maatregelen moet nemen om de winstgevendheid weer op niveau te krijgen. „Dat is onze topprioriteit”, aldus Van Karnebeek, die vroeger in de tuinbouw en bij brouwerij Heineken werkte. Een van de uitdagingen die hij heeft is het verminderen van de bedrijfslasten, die door rentestijgingen en ongunstige wisselkoersen het resultaat drukken.

Afgelopen jaar stapten ongeveer tweehonderd melkveehouders van FrieslandCampina over naar concurrerende zuivelondernemingen. Het bedrijf probeert de toevoer van melk overeind te houden door nieuwe boeren te werven, zowel in Nederlands als in Duitsland en België.

Vorige week bracht NRC het nieuws dat tweehonderd Nederlandse boeren gebruik willen maken van de nieuwe uitkoopregelingen van het Rijk. Die compensatiemaatregel moet helpen de uitstoot van stikstof in de agrarische sector te verkleinen. Bij FrieslandCampina kunnen ze nog niet aangeven of het einde van die boerenbedrijven gevolgen zal hebben voor de zuivelonderneming.

Iets meer dan 1 procent van de FrieslandCampina-producten heeft het stempel ‘biologisch’. Het streven van demissionair Landbouwminister Piet Adema (ChristenUnie) is dat 15 procent van alle zuivelproducten in 2030 biologisch is. FrieslandCampina wil dat wel, maar consumenten niet, stelt Van Karnebeek. „De supermarkten bieden alle ruimte aan biologische producten in de schappen, maar uiteindelijk bepalen hun klanten de vraag.”