Opinie | Laat morele twijfels bij ambtenaren juist zien

Openbaarheid Inzicht in conceptplannen zou communicatie van de overheid schaden. Het kan het vertrouwen juist herstellen, schrijven en .
Gedupeerden in de affaire rond kinderopvangtoeslag tonen hun zwartgelakte dossiers.
Gedupeerden in de affaire rond kinderopvangtoeslag tonen hun zwartgelakte dossiers. Foto Laurens van Putten / Hollandse Hoogte

Bijna de helft van de ambtenaren, 47 procent, heeft het afgelopen jaar te maken gehad met morele twijfels, blijkt uit onderzoek van I&O Research waarover NRC berichtte (21/6). Zij voelen die twijfels bijvoorbeeld wanneer burgers naar hun mening niet geholpen zijn bij beleid dat zij moeten uitvoeren, of in strijd is met de wet. Dit onbehagen voelen zowel ambtenaren in topposities als in uitvoerende rollen.

Op zichzelf is dit van alle tijden. Als ambtenaar moet je nu eenmaal beleid uitvoeren waartoe door de politiek is besloten. Wel nieuw is de toenemende bereidheid bij de politiek om wetten en rechterlijke uitspraken naast zich neer te leggen. Maar wij zijn ervan overtuigd, dat ambtenaren dit probleem nog eens extra prangend voelen, omdat hun twijfels niet langer zichtbaar mogen zijn voor de samenleving.

Sinds de invoering vorig jaar van de nieuwe Wet open overheid (Woo) stelt het kabinet namelijk alles in het werk om zo min mogelijk voorbereidende documenten openbaar te maken. Hieronder vallen conceptversies van beleid, communicatie tussen ambtenaren in voorbereiding op een besluit en voorstellen voor de beantwoording van Kamervragen. Dit is precies het soort documenten uit de buik van een ministerie waarin ambtenaren hun twijfels verwoorden en de interne discussies zichtbaar zijn.

Door zulke stukken uit de openbaarheid te houden, worden twijfels, voor zover zij die al op papier durven te zetten, volledig aan het zicht van de buitenwereld onttrokken.

Toeslagenschandaal

Om goed te begrijpen wat hier aan de hand is, moeten we terug naar het rapport Ongekend Onrecht over het Toeslagenschandaal. In reactie op dat rapport beloofde premier Rutte onder meer dat ministeries vaker de ‘persoonlijke beleidsopvattingen’ van ambtenaren openbaar zouden gaan maken. Het eindeloos traineren van de opvattingen van ambtenaren, had hij ingezien, was een van de oorzaken dat die misstand zo lang kon dooretteren.

‘Persoonlijke beleidsopvattingen’ is een ambtelijke term voor wat in veruit de meeste gevallen niet de persoonlijke maar de professionele inbreng van ambtenaren is. Jarenlang kregen journalisten die niet te zien. Even leek iedereen het erover eens dat dit meer moest gaan gebeuren. En kortstondig gebeurde het ook.

Totdat de Woo vorig jaar in werking trad. Deze vervanger van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) moest gaan zorgen voor méér openheid. Maar kabinet en topambtenaren grepen, onder diezelfde premier Rutte, een nieuwe bepaling in de Woo aan om te zorgen dat er tóch zo min mogelijk ‘persoonlijke’ beleidsopvattingen naar buiten zouden komen.

Het eindeloos traineren van de opvattingen van ambtenaren was een van de oorzaken dat de misstand met de Toeslagen zo lang kon dooretteren

Onder het mom van ‘het goed functioneren van de staat’ worden nu zo ongeveer alle voorbereidende documenten helemaal geweigerd. Dus de beleidsopvattingen van ambtenaren, ethische twijfels, én de feiten die in de concepten staan. Alles.

Ironisch genoeg voeren ministers, in hun toelichting op deze koers tegenover journalisten en burgers die om zulke stukken vragen, juist de bescherming van hun ambtenaren op als reden om openbaarmaking te weigeren. Bijvoorbeeld minister Yesilgöz-Zegerius van Justitie en Veiligheid: „In de fase waarin het definitieve document nog vorm moet krijgen, moet er ruimte zijn om conceptteksten en gedachten met elkaar uit te wisselen. […] Ik acht het belangrijk dat in die voorbereidende fase […] concepten […] in vertrouwen kunnen worden uitgewisseld.”

Is de ambtenaren met morele twijfels gevraagd of zij zelf óók vinden dat de buitenwereld onder geen beding mag zien wat zij tijdens die ‘voorbereidende fase’ hebben ingebracht? Het lijkt er niet op.

Eenduidige communicatie

Het argument is dan ook een dekmantel. De echte reden voor het kabinet is helaas cynischer, daarover zijn ministers opmerkelijk openhartig: „Het delen van (vele) conceptversies van een document schaadt een eenduidige communicatie vanuit de overheid en kan daarmee leiden tot maatschappelijke verwarring.” Met andere woorden: het beeld dat binnen ministeries wel eens verschillend gedacht wordt over zaken, moet koste wat kost vermeden worden. Want ‘verwarring’ zou weleens tot lastige vragen en ongewenste discussies kunnen leiden.

Of heeft een groot deel van de ambtenaren er juist wél behoefte aan dat dergelijke discussies openlijk gevoerd kunnen worden? Zij hebben dan in ieder geval de geruststelling dat de Tweede Kamer en de maatschappij hun twijfels en adviezen ook kennen en daarop kunnen handelen. Dat is een belangrijke stap richting herstel van vertrouwen van zowel ambtenaren als de maatschappij in hun overheid.