Internationale maand in Toomler toont de verrassing van het onbekende

Recensie Theater

Cabaret In comedyclub Toomler treden een maand lang internationale comedians op. De meeste hiervan zijn niet zo bekend in Nederland, een gegeven dat het International Summer Festival op zichzelf al zeer de moeite waard maakt.

Michael Odewale
Michael Odewale Foto David Geli

Als de Amerikaanse comedian Eagle Witt het vuurwapendebat in zijn geboorteland aansnijdt: „Wapens zijn niet het probleem, witte mensen zijn het probleem.” Het publiek van bijna uitsluitend witte mensen in comedyclub Toomler, gevestigd in de kelder van het Hilton-hotel in Amsterdam-Zuid, durft pas geluid te maken als de opmerking wordt opgevolgd door een voorbeeld dat duidelijk grappig bedoeld is. Lachen kan zeker ook ontlading van spanning zijn, zo blijkt hier maar weer eens.

Het is zomer en dus weer tijd voor het jaarlijkse buitenlandtripje van Toomler, waar een maand lang buitenlandse comedians optreden tijdens het Comedytrain International Summer Festival. Normaal gesproken is de comedyclub de vaste verblijfplaats van de Nederlandse cabaretiers van collectief Comedytrain, vanavond is alleen cabaretier Stefan Pop aanwezig. Hij is de presentator en bereidt het overwegend Nederlands sprekende publiek voor op een avond in het Engels. Dat blijkt voor de meesten even wennen te zijn, inclusief voor Pop zelf.

Als het wennen eenmaal achter de rug is, is het de beurt aan de Amerikaan Eagle Witt voor de pauze, daarna aan de Brit Michael Odewale. Allebei twintigers en relatief onbekend in Nederland. Ze tonen beiden aan dat het zeer de moeite waard is om je niet te beperken tot comedians die je al kent.

Witt en Odewale kennen Nederlanders ook nog niet goed en vooral Witt maakt gebruik van de intieme sfeer van Toomler om zijn publiek beter te leren kennen. Hij vindt dat iedereen eruitziet alsof ze aan tennis doen en ook stelt hij vast dat Nederlanders allemaal heel tevreden lijken te zijn. Hij doet navraag in het publiek en vraagt gelijk of het eigenlijk wel mogelijk is om boos te fietsen.

Eagle Witt (l) en Michael Odewale (r)
Foto’s Toomler

Witt is een charmeur met een fijne losse stijl, die geregeld tegen de achterwand leunt en met glinsterende ogen de zaal rondkijkt op zoek naar een volgende gesprekspartner. De mannen van wie hij vermoedt dat ze op date zijn spreekt hij streng toe. „Jij hoeft niet te praten, ik maak je date aan het lachen en vervolgens mag jíj met haar mee naar huis?”

Michael Odewale toont minder interesse in het publiek dan Witt, maar heeft wel de betere verhalen meegebracht. Zo kwam hij eens in de penarie toen hij onderzoek deed op de sociale media van zijn date om in elk geval genoeg gesprekstof achter de hand te hebben. Te ver in iemands verleden duiken is echter creepy en als zijn speurwerk dreigt uit te komen tijdens de date ziet Odewale zich voor een duivels dilemma gesteld.

Odewale is mysterieuzer dan de uitbundige Witt en heeft met zijn onderkoelde toon een heel andere stijl, maar beiden zijn op verschillende manieren heel grappig. Een gemene deler is dat ze allebei regelmatig beginnen over het feit dat zij zwart zijn en het overgrote deel van het publiek wit. Dit zijn de spannendste en meest interessante momenten, waarop duidelijk hoezeer je verrast kunt worden wanneer je zonder voorkennis comedians bekijkt die je niet kent. Het Comedytrain International Summer Festival laat zien dat comedians met een andere nationaliteit en achtergrond perspectieven inzichtelijk kunnen maken waar je anders misschien nooit mee in aanraking was gekomen.