N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Column Caroline de Gruyter
Europarlementariër Bernard Guetta viel van zijn federale geloof toen Europese regeringsleiders in 2020, tijdens de pandemie, besloten om 750 miljard euro te lenen (‘eurobonds’) voor projecten om de 27 economieën er weer bovenop te krijgen. Zijn collega Sophie in ’t Veld had de omgekeerde reactie. Volgens haar is een federaal Europa juist meer dan ooit nodig.
Beide liberalen schreven boeken over de machtsstrijd die in Europa gaande is tussen de lidstaten en Europese instituties als het parlement. Of, aldus In ’t Veld, „tussen macht en tegenmacht, met de democratie als inzet”. Beide constateren: de lidstaten worden steeds machtiger. Maar over de vraag of de Europese verkiezingen komend jaar dit kunnen veranderen, verschillen ze sterk van mening.
Guetta (72), oud-correspondent voor Le Monde in Moskou, nu Europarlementariër voor de liberale Renaissance- partij van de Franse president Macron, is altijd voorstander geweest van eurobonds en het ‘politieke Europa’ dat we als gevolg van de pandemie en de Russische invasie in Oekraïne steeds meer krijgen. Europa, schrijft Guetta in La nation européenne, had eerder eurobonds moeten inzetten, een energie-unie moeten vormen en Europese defensie en geopolitiek georiënteerd buitenlandbeleid moeten opzetten. Hij is blij dat Europa deze stappen nu zet. Waarom hij dan van zijn federale geloof viel? Omdat veel van zijn liberale collega’s „lange gezichten trokken” toen ze van die eurobonds hoorden. Het parlement kreeg amper greep op de besteding van die 750 miljard. De regeringsleiders besloten om ter compensatie projecten van de lopende EU-begroting te schrappen, waarover het parlement had meebeslist en wél zeggenschap had. Een aantal liberale collega’s sloeg alarm: zij zagen dit als machtsgreep van de regeringsleiders. Hij noemt geen namen, maar In ’t Veld was vermoedelijk een van hen.
Regeringsleiders zélf maken Europa ondemocratisch, schrijft In ’t Veld
Guetta begreep hun woede. Het parlement moet een tegenmacht zijn tegen de Europese Commissie en de lidstaten – zoals nationale parlementen een tegenmacht zijn tegen de regering. Die tegenmacht, essentieel in elke democratie, kreeg een dreun. Maar in hun opwinding hierover, schrijft Guetta, waardeerden die collega’s amper nog dat die eurobonds „een enorme stap” waren voor Europa. Zo gaat het aldoor, schrijft hij: parlementariërs leggen constant op verkeerde slakken zout. Benoemen regeringsleiders eindelijk een capabele Commissievoorzitter, mekkeren parlementariërs dat de procedure ze niet aanstaat (Von der Leyen was geen ‘Spitzenkandidaat’). Om vervolgens toch in te stemmen. Volgens Guetta voeren Europarlementariërs achterhoedegevechten die ze toch verliezen en „verdoen ze hun tijd met MeToo-verklaringen, statiegeldregelingen voor glas en andere modieuze toestanden”. Intussen kruipen de regeringsleiders – inderdaad – achter het Europese stuur. Zijn conclusie: die federatie komt er voorlopig niet en „het Europees Parlement blijft een schijnparlement”.
D66’er In ’t Veld (59) focust al twintig jaar scherp op diezelfde cruciale tegenstelling tussen macht en tegenmacht. In haar boek, Naakte Macht, stelt ook zij vast: regeringsleiders worden steeds machtiger in Europa. Ze doen alsof Europa nog altijd een technisch clubje is waar niemand bij kan, regeringen niet en burgers niet. Burgers trappen erin en klagen dat „Europa zo ondemocratisch is”. In werkelijkheid wordt Europa alsmaar politieker en delen de lidstaten steeds meer de lakens uit. Het zijn de regeringsleiders zélf, schrijft ze, die Europa ondemocratisch maken. Zij regelen dingen steeds vaker buiten het Europees verdrag om – en passeren daarbij het parlement, dat Europese burgers vertegenwoordigt. Zoals bij de eurobonds, Europese topbenoemingen en de ‘European Peace Facility’ waarmee de lidstaten, buiten de EU-begroting om en dus zonder parlementaire controle, wapens voor Oekraïne financieren. En ook bij het vrijwillige ‘solidariteitsmechanisme’ voor de verdeling van asielzoekers, waarvoor de EU bevoegd is. Bij rechtsstaatschendingen in Polen of Hongarije schuiven regeringsleiders maatregelen voor zich uit. Dat het parlement in een zeldzame assertieve opwelling donderdag over een resolutie wil stemmen om Hongarije in 2024 het EU-voorzitterschap te ontnemen, bevalt de lidstaten allerminst.
Guetta denkt niet dat het parlement de lidstaten naar de kroon kan steken. Het motto van zijn boek is van de 18de-eeuwse Franse diplomaat Talleyrand: „Je gelooft alleen in diegenen die in zichzelf geloven.” In ’t Veld wil juist dat het parlement keihard terugvecht. Zij denkt dat burgers, als ze volgend jaar stemmen, regeringsleiders tonen dat ze zich niet langer laten bedotten. Volgens Guetta bedotten ze vooral zichzelf.