Oekraïense vrouwen ruimen landmijnen op: hoe de oorlog rolpatronen uit de Sovjettijd afbreekt

Reportage

Vrouwen in Oekraïne Sinds de Russische invasie doen Oekraïense vrouwen vaker zwaarder en gevaarlijker werk waar geen mannen meer voor beschikbaar is. „Door de oorlog voelen Oekraïense vrouwen hoe krachtig ze zijn.”

Natalija Soesjtsjenko was lerares tot in 2014 de oorlog in Oost-Oekraïne uitbrak. Nu ruimt ze mijnen, zoals hier bij Tsjernihiv. Foto Kostyantyn Chernichkin
Natalija Soesjtsjenko was lerares tot in 2014 de oorlog in Oost-Oekraïne uitbrak. Nu ruimt ze mijnen, zoals hier bij Tsjernihiv.

Foto Kostyantyn Chernichkin

Op een landbouwveld vlak bij de Noord-Oekraïense stad Tsjernihiv knielt een vrouw om het onkruid weg te knippen bij een niet ontploft explosief. Natalija Soesjtsjenko (34) beweegt traag, bijna in slow motion, de blik geconcentreerd op de tuinschaar in haar hand. Soms schept ze wat aarde weg. Een helm met vizier en een lichtblauw scherfvest moeten bescherming bieden. Aan haar zijde bungelt ook een roze schaar, voor als er na een eventuele explosie in haar kleding moet worden geknipt. Haar nagels zijn gelakt.

Soesjtsjenko ruimt mijnen en andere explosieven, werk dat niet iedereen direct met vrouwen associeert. Zelf ziet ze dat overigens helemaal niet zo. „We zíjn niet anders dan mannen”, reageert ze verbeten tussen het mijnen ruimen door. „Er is door de oorlog zoveel werk te doen en daar zijn mannen én vrouwen voor nodig. Als de landbouwgrond niet vrij is van mijnen kan er niet op worden gewerkt en komt er ook geen voedsel.”

Soesjtsjenko heeft al langer ervaring met het ruimen van mijnen, sinds 2014, toen de oorlog in Oost-Oekraïne uitbrak. Daarvoor was ze lerares. Haar jonge collega Nadija Koedrjavtseva (25) doet dit werk pas sinds de jongste invasie door Rusland. Daarvoor hopte ze van baan naar baan. In de marketing. Vrijwilligerswerk. „Nu heb ik mijn plek gevonden”, zegt ze.

Foto’s Kostyantyn Chernichkin

De oorlog heeft vrouwen zichtbaarder gemaakt in het traditioneel door mannen gedomineerde Oekraïne. Ze verzorgen gewonde militairen, maar ruimen ook mijnen. Tot in de jaren tien was het vrouwen bij wet verboden om zwaar of gevaarlijk werk te doen, ondergronds werken mochten ze ook niet, en ’s nachts alleen bij hoge nood. Tegenwoordig zijn ze buschauffeur, werken ze in kolenmijnen, ijzersmederijen en energiecentrales. Ze zorgen er in oorlogstijd voor dat gemeenschappen, het onderwijs en andere voorzieningen kunnen blijven functioneren. En omdat de mannen het land niet uit mogen, hebben ze zich in het buitenland ook vaak ontpopt als belangrijke woordvoerders van de Oekraïense zaak, met presidentsvrouw Olena Zelenska als meest in het oog springende voorbeeld.

Lees ook dit interview met presidentsvrouw Olena Zelenska: ‘Mijn woede tegen de Russen zal, vrees ik, eeuwig zijn’

Vrouwen dienen ook volop in het leger: de Oekraïense krijgsmacht telt zo’n zestigduizend vrouwen. Daarvan zitten er vijfduizend aan het front, waar ze vaak betrokken zijn bij gevechtshandelingen.

„Voor de oorlog werden vrouwen gezien als zachtaardig, die moesten worden beschermd”, zegt Olha Semibratova (33) die in de buurt van het Donetsk-front de vrijwilligersorganisatie ‘Kracht van de vrouw’ runt. „De vrouw volgde de man. We voelden de kracht niet in onszelf.” Semibratova, juriste van oorsprong, draagt stevige zwarte schoenen die onder de modder zitten. Samen met een handjevol mede-vrijwilligers doet ze gevaarlijk werk bij de frontlinie. Ze voorzien achtergebleven dorpsbewoners van brood en andere noodzakelijke levensmiddelen. Ook helpen ze in zulke gebieden, die vaak onder vuur liggen, dieren te evacueren.

Brood

Vandaag staat Semibratova lachend en vol energie als eerste een vrachtwagen uit te laden die brood aflevert in een dorp vlak bij het front. „De oorlog heeft alles voor ons veranderd”, zegt ze. „Nu geldt niet meer van: jij bent een vrouw en daarom kun je dit werk niet doen. We kunnen meer dan we voor de oorlog dachten. Iedere vrouw is in staat om een man te vervangen.”

„De Sovjet-Unie was een mannenwereld”, zegt Tajisia Gerasymova (38) van de feministische beweging ‘Mars van de vrouw’. In de Sovjettijd gold een strikte rolverdeling. Vrouwen werkten, deden het huishouden en zorgden voor de kinderen, mannen hadden het voor het zeggen, zoals in bedrijven, de politiek en in de krijgsmacht. „Toen werd een school- of universiteitsdiploma voor een vrouw gezien als een bewijs dat je een goede echtgenote kon worden. Niet om carrière te maken.”

Met haar organisatie zamelt Gerasymova in een geel-bruin pand in Kyiv spullen in voor oudere vrouwen en moeders met kinderen in door de oorlog getroffen gebieden in Oost-Oekraïne. Medicijnen, cosmetica, luiers, shampoo, babyvoeding. „Het gaat om vrouwen in zeer kwetsbare omstandigheden”, zegt ze even later, gezeten op een groene zitzak.

Na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie veranderde de positie van de vrouw, maar de grote kentering kwam volgens Gerasymova met de Majdan-revolutie in 2014, die leidde tot de afzetting van de door Rusland gesteunde president Viktor Janoe-kovytsj. Opeens waaide er een nieuwe maatschappelijke wind. Met hulp van westerse donororganisaties konden „krachtige” feministische bewegingen in Oekraïne hun boodschap uitdragen. „Hun verhaal kwam terecht in de media, bereikte het publiek. De waarden en opvattingen in de Oekraïense samenleving veranderden. De meeste Oekraïners accepteren nu dat er gelijkheid moet zijn tussen man en vrouw.”

De oorlog kan de vaste stereotypen nog sneller doorbreken, verwacht Gerasymova. Dat is nu ook al te merken: een petitie tegen seksisme en seksueel geweld levert eerder en sneller handtekeningen op dan vóór de invasie. Tegelijkertijd ligt het volgens haar juist nu heel gevoelig om over vrouwenrechten te beginnen. „Want we zijn in oorlog, hoor je dan. Dat heeft prioriteit.”

Mannendingen

In de privésfeer mag de gelijkheid dan zijn toegenomen, maar in het publieke domein domineren de stereotypen nog, zegt Gerasymova. „Oekraïners vinden nog altijd dat mannen betere zakenlieden of politici zijn. Dat zijn mannendingen, hoor je dan. Daar moeten we vanaf.”

Ook aan de positie van vrouwen binnen de krijgsmacht valt veel te verbeteren. Dat vrouwen in het leger dienen is haast geen onderwerp van discussie meer. Maar er wordt nog wel te weinig rekening met ze gehouden. Gerasymova begint over legeruniformen. Gemaakt voor mannen, niet voor vrouwen. Een organisatie als Veteranka, die zich hard maakt voor vrouwenrechten en vrouwen steunt in de krijgsmacht, maakt nu speciale legerkleding voor vrouwen en geeft ook naaiworkshops.

Volgens Gerasymova is er duidelijke sprake van een generatiekloof in de Oekraïense krijgsmacht. „De jonge soldaten accepteren de rol van vrouwen. Maar de oudere mannen uit de Sovjet-Unie, op hoge posities, werken in elk stadium vrouwen tegen. Ze vinden dat mannen horen te vechten en vrouwen moeten koken en voor de kinderen zorgen.”

Zo’n 640 kilometer verderop houdt Semibratova kantoor in een loods, waar witte zakken met humanitaire spullen liggen opgeslagen voor geïsoleerde dorpelingen. Op tafel staat een bos rode tulpen. Aan een wand hangt een poster, waarop een vrouwelijke engel wakend over Oekraïne staat afgebeeld en daaronder: ‘Kracht van de vrouw.’ „Omdat we in Oekraïne de sterkste vrouwen hebben”, legt Semibratova de naam uit. Kracht van de vrouw bestaat uit drie vrouwen en één man.

Gelijkheid tussen man en vrouw is een van de weinige positieve kanten van deze tijd

Volgens Semibratova heeft de vrouw in de regio waar ze opereert lang een ondergeschikte rol gespeeld. „Het was niet gebruikelijk dat je als vrouw naar de stembus ging en je rechten opeiste. Je moest stil zijn en je schikken.” Maar ze merkt een omslag sinds de oorlog. „Ik zie dat onze vrouwen en meisjes begrijpen dat ze ook stemrecht hebben en een standpunt innemen en verdedigen.”

„Door de oorlog voelen Oekraïense vrouwen hoe krachtig ze zijn. Vrouwen zijn tot veel in staat. Ze zijn er klaar voor om op gelijke voet te staan met mannen: in de politiek, in de economie, op alle niveaus. Het is niet nodig om vrouwen te onderdrukken. Deze oorlog brengt een nieuwe natie voort, met gelijkheid tussen mannen en vrouwen. Dat is een van de weinige positieve kanten van deze tijd.”