Inwoners Emilia-Romagna schrobben zich uit de modder: ‘het water bonkte woedend op de deur’

Reportage

Overstromingen Noord-Italië Zware overstromingen hebben een ravage aangericht in Noord-Italië. Er vielen veertien doden, 36.000 mensen raakten ontheemd. Inwoners van de streek maken tijdens het opruimwerk de schade op. „De straat veranderde in een kolkende rivier.”

Vrijwilligers ruimen zondag modder in Sant'Agata sul Santerno, in het noordoosten van Italië, dat zwaar is getroffen door overstromingen.
Vrijwilligers ruimen zondag modder in Sant’Agata sul Santerno, in het noordoosten van Italië, dat zwaar is getroffen door overstromingen. Foto Andreas Solaro / AFP

In Sant’Agata sul Santerno probeert iedereen te redden wat er nog te redden valt. Veel is dat niet meer. De kleine gemeente in de provincie Ravenna werd afgelopen woensdag zwaar getroffen door de overstroming, en een laag modder heeft daarna het dorp chocoladebruin gekleurd. Dagen later zijn de inwoners nog druk in de weer met het water uit hun huizen te pompen, en vloeren te schrobben om de begane grond opnieuw bewoonbaar te maken. Omdat de burgerbescherming de klus niet alleen kan klaren, helpen boeren een handje mee. Ze rijden af en aan om het geruimde puin weg te brengen.

Ook veel jonge vrijwilligers steken de handen uit de mouwen. Studenten, maar ook piepjonge scholieren uit de buurt trekken al dagen van deur tot deur, om op rubberen laarzen en gewapend met scheppen en bezems modder te ruimen. De gelaarsde jongeren kregen van dankbare buurtbewoners al gauw de bijnaam ‘Engelen van de modder’. Op de muur van een leeggehaald huis heeft iemand met modder ‘Leve Romagna’, naar de getroffen regio, geschreven, met ernaast ook nog een groot hart.

Loris Zaffagnini, inwoner van Sant’Agata sul Santerno.
Foto Ine Roox

Hulp blijft hard nodig. In Sant’Agata liggen de straten dagen later nog steeds bedolven onder een dikke laag kleverige drek. Op de stoep van elke straat staan honderden meters lange rijen met drijfnatte huisraad en rotte houten meubels. „Daar op straat ligt mijn slaapkamer”, zegt Loris Zaffagnini (56), een arbeider met een arbeidsongeschiktheidsuitkering. Zijn pas afbetaalde huis is nu onbewoonbaar. Zijn zussen dweilen het huis met flessenwater. „Het kan niet anders, ik heb al dagen geen stromend water meer.”

Daar op straat ligt mijn slaapkamer

Loris Zaffagnini inwoner Sant’Agata sul Santerno

Mauro Ballardini (45) krijgt eveneens hulp van de halve familie. Alle meubels van de benedenverdieping staan op straat. „Onze dochter van acht vroeg verbaasd waarom al haar speelgoed ronddreef in de woonkamer”, zegt Ballardini, een landarbeider. Het water in huis kroop tot boven de radiatoren. „De straat veranderde in een kolkende rivier, die ons huis omsingelde”, vertelt hij. „Het water bonkte woedend op de deur, als een kokende pot met het deksel erop. Er was geen houden aan.” Het gezin met twee jonge kinderen verloor alle meubels op de begane grond en twee auto’s die op straat stonden geparkeerd. Na de storm stond het tuinhuisje ineens twee meter hoger. „We zijn niet verzekerd voor stormschade. De reparaties en de nieuwe meubels kosten ons zeker 25.000 euro”, schat Ballardini.

Doorweekte planken

Ook in de centrale winkelstraat van Lugo, die eveneens helemaal onder water liep, wordt tijdens het schoonmaken voortdurend gepiekerd en gerekend. Mauro Cassani schat de schade aan zijn meubelwinkel op minstens 100.000 euro. „Ik was enkel verzekerd voor brandschade”, zegt Cassani, terwijl hij doorweekte houten planken naar buiten draagt. „Ik zie het even niet zitten.” De winkeliers schrobben zij aan zij en spreken elkaar moed in.

Luchtfoto van overstroomd gebied in de plaats Lugo, afgelopen donderdag.
Foto Emanuele Valeri / EPA

De Romagnoli, de inwoners van de getroffen streek, gaan prat op hun harde werklust en arbeidsethos. Bij de pakken blijven zitten is niks voor hen. Af en toe is er in Lugo zelfs al ruimte voor wat galgenhumor. Voor de deur van Roberto Albonetti’s verzekeringskantoor ligt een indrukwekkende stapel doorweekte verzekeringsdossiers te wachten op de volgende ronde van de vuilnisdienst. „Ach, ziedaar ons oude archief. Is dat ook ineens opgeruimd.”

De overstroming in de landstreek Emilia-Romagna, de tweede wateroverlast in twee weken tijd, blijkt een ravage te hebben aangericht. In de eerste plaats is er de menselijke tol. Er vielen veertien doden, en 36.000 inwoners moesten hun woning verlaten.

De nationale en de regionale overheden hebben de schade aan wegen en infrastructuur voorlopig op 620 miljoen euro geraamd. En hoewel het nog moeilijk is om een accuraat bedrag te noemen, gaan de boeren in de streek ervan uit dat hun schade mogelijk meer dan 2 miljard euro bedraagt. Volgens de boerenorganisatie Coldiretti liepen vorige week meer dan vijfduizend landbouwbedrijven onder water.

Wereldberoemde producten

Emilia-Romagna is een van de belangrijkste streken voor landbouw in Italië, en daarmee ook van Europa. De akkerbouw, fruit- en veeteelt is er niet alleen cruciaal voor de Italiaanse voedselproductie, uit deze streek komen ook bekende wijnsoorten, en wereldberoemde producten als Parmaham en Parmezaanse kaas.

Vorige week liepen niet alleen tientallen gemeenten onder water. In hoger gelegen gebied, waar aan veeteelt en fruitbouw wordt gedaan, vonden zeker 250 landverschuivingen plaats. Fruitboer Riccardo Marchetti (26) besloot woensdag bij het ochtendgloren over zijn land te gaan rijden om de schade op te meten, vertelt hij tijdens een wandeling door de intussen zonovergoten heuvels rond Fontanelice, in de provincie Bologna. „Wat ik zag, was apocalyptisch”, zegt de jonge boer. „Her en der hoorde ik poef-poef-poef. Het geluid van een massa aarde die gewoon naar beneden stort.”

Een oudere inwoonster van het Noord-Italiaanse Lugo en haar hond worden vrijdag met een rubberboot gered door de brandweer.
Foto Emanuele Valeri / EPA

Wegen raakten geblokkeerd, dorpen en boerderijen in de heuvels werden volledig afgesloten. Rudy Carapia (36), die fruit teelt en koeien fokt, komt aanrijden in zijn kleine Fiat Panda. Een grotere auto is nog te riskant op de afgebrokkelde weg. De baan naar zijn boerderij is levensgevaarlijk. Hij overnacht in de vallei en gaat elke dag vijf kilometer te voet naar zijn koeien. „Zie je die helikopter in de lucht? Die brengt veevoer naar mijn boerderij, en naar die van andere afgesloten boeren in de buurt.” De twee boeren kijken bedrukt naar de afgebroken weg, die lijkt op een gulzig afgebroken stuk chocoladecake.

Het was apocalyptisch. Ik hoorde de grond naar beneden storten

Riccardo Marchetti fruitboer in Fontanelice

Het weer wordt steeds extremer, weten de boeren, terwijl het klimaat in Noord-Italië altijd juist uitermate geschikt was voor landbouw. „Met zijn natte winters gevolgd door de smeltende sneeuw in de lente, gevolgd door warme, maar zeker niet bloedhete zomers was dit ideaal voor ons”, zegt Riccardo Marchetti. „Nooit was hier water tekort. Plots moeten we rekening houden met droogte, of met een zondvloed in mei.”

Aanhoudende stortbuien

Italië belandde dit voorjaar van het ene uiterste in het andere. Na een lange, droge periode moest vooral het noorden plots afrekenen met aanhoudende stortbuien, die de uitgedroogde bodem niet kon absorberen. Klimaatexperts noemen het Middellandse-Zeegebied een ‘hotspot’ voor klimaatverandering, omdat het zo dicht bij Afrika ligt. Wetenschappers waarschuwen dat door de opwarming van het klimaat extreme weersfenomenen nog vaker zullen voorkomen.

De krant La Repubblica luidt de alarmbel: de Italiaanse regering móét klimaatverandering als een kwestie van nationale veiligheid gaan behandelen. Volgens de krant dient de infrastructuur te worden aangepast aan klimaatrisico’s en moeten er evacuatieplannen komen voor inwoners van gevaarlijke gebieden. Op school moet de jonge generatie doelbewust onderwijs krijgen over hoe om te gaan met de klimaatverandering.

„Ik lig er letterlijk wakker van”, zegt Marchetti. „Onze generatie van jonge boeren moet afrekenen met volstrekt nieuwe problemen. Wij staan in de vuurlinie.”

Een inwoner van de Italiaanse regio Emilia-Romagna staat zondag bij een ingestorte spoorbrug in Sant’Agata sul Santerno, nabij Ravenna.
Foto Andreas Solaro / AFP