Nooit eerder was Ethiopië zo onveilig en het valt de premier moeilijk het land te stabiliseren


Analyse

Oost-Afrika Het ene conflict in Ethiopië wisselt zich af met het andere. In de deelstaat Tigray is vorige maand na twee jaar een vredesakkoord getekend, in de deelstaat Oromia brak nieuw geweld uit.

De Ethiopische premier Abiy Ahmed vorig jaar in Jimma, een stad in Oromia.
De Ethiopische premier Abiy Ahmed vorig jaar in Jimma, een stad in Oromia.

Foto AP/ Mulugeta Ayene

Nooit eerder was Ethiopië zo onveilig, ondanks een vredesakkoord in november dat tot nu toe succesvol wordt uitgevoerd. Grote delen van het land zijn onbereisbaar geworden. Maar terwijl de noordelijke deelstaat Tigray door het vredesverdrag weer hulp ontvangt en telefoon- en luchtverbindingen en bankvoorzieningen worden hersteld, laait in de zuidelijke regio Oromia het geweld op grote schaal op.

Het conflict in Oromia gaat gepaard met ernstige mensenrechtenschendingen. Regeringstroepen voeren standrechtelijke executies uit en vergrendelen gebieden, zoals ze eerder in Tigray deden. Het Oromo Bevrijdingsleger (OLA) doodt ambtenaren en valt overheidsinstellingen aan. De gevechten nemen vaak een etnische wending, met massale slachtpartijen aangericht door etnische militiestrijders. Steeds vaker komen gewapende groepen werkzaam voor regionale overheden voor zichzelf op en slaan bevelen van de federale overheid in de wind. Het totaal van alle regionale strijdgroepen en milities is nu vermoedelijk twee keer zo groot als het nationale leger.


De fundamentele uitdaging voor de Ethiopische premier Abiy Ahmed is zijn land bijeen te houden. Centralistische krachten en groepen zijn in een felle strijd gewikkeld met groeperingen die meer regionale autonomie of zelfs afscheiding nastreven. Naast Tigray woedt een aantal andere langlopende opstanden en cycli van interetnisch geweld. Het meeste geweld vindt nu plaats onder ‘s lands grootste bevolkingsgroep, de Oromo, vooral in het noorden en noordwesten van Oromia. In die deelstaat is het Oromo Bevrijdingsleger actief. Het OLA toonde zijn groeiende kracht toen het vorige maand Nekemte bestormde, een strategisch belangrijke stad met wegen die leiden naar het geboortedorp van premier Abiy, evenals naar de hoofdstad Addis Abeba en de Grote Renaissance dam.

Controle kwijt

Een andere aanval vond plaats bij Goro, op slechts 100 km van Addis Abeba. Daar liepen rebellen de regeringstroepen onder de voet en dwongen vervolgens jongens, die zich in hun huizen hadden verstopt, naar buiten te komen om hun gewonden te helpen wegdragen. Terwijl ze daarmee bezig waren, werden ze geraakt door een drone-aanval van de kant van het regeringsleger, waarbij zij en enkele rebellen omkwamen.

„In grote delen van Oromia lijkt de overheid de controle te zijn kwijtgeraakt”, vertelt een Nederlandse bloemenkweker woonachtig in Ethiopië telefonisch, „soms kunnen boeren zelfs door de onveiligheid hun boerderijen niet meer bereiken.” Om hun operaties te financieren beroven de OLA-strijders banken en verdienen losgeld met ontvoeringen. Op 30 november ontvoerden ze talrijke werknemers van de Dangote cementfabriek – eigendom van de Nigeriaanse miljardair en rijkste man van Afrika, Aliko Dangote.

Delegatie in Tigray

Het valt Abiy Ahmed moeilijk om het verscheurde Ethiopië te stabiliseren. In de twee jaar geleden uitgebroken oorlog met het semi-autonome Tigray had de premier de hulp ingeroepen van het reguliere leger van buurland Eritrea en van de deelstaat Amhara. In navolging van het in Pretoria gesloten vredesverdrag heeft de regering van Tigray inmiddels 65 procent van zijn soldaten ontwapend en een delegatie van de federale premier Abiy Ahmed was afgelopen weekeinde voor het eerst in twee jaar weer in Tigray. Het bezoek, om te praten over de voortgang van het vredesproces, was volgens de federale regering „het bewijs dat het vredesakkoord op de goede weg is en vooruitgang boekt”. Getachew Reda van de Tigrese regering zei dat het bezoek het toegenomen vertrouwen tussen de partijen aantoont.

Vluchtelingen uit Tigray, begin dit jaar, zoeken beschutting tegen de zon.

Foto Eduardo Soteras

Maar er zit een kink in de kabel, want de strijdkrachten uit Eritrea en Amhara maken geen aanstalten om uit Tigray te vertrekken. Jeffrey Feltman was tot begin dit jaar Amerika’s speciale gezant voor de Hoorn van Afrika. „Abiy heeft mij en anderen verzekerd dat hij de Eritreeërs onder controle kan houden, tot het punt dat hij ze indien nodig militair uit Tigray kan verdrijven”, schreef hij maandag in het Amerikaanse tijdschrift over internationale betrekkingen Foreign Affairs. „Maar het vertrouwen van de Ethiopische premier lijkt misplaatst. Zelfs als Eritrea zijn troepen terugtrekt uit Tigray, zal het land andere methoden gebruiken om zich met Ethiopië te bemoeien.” Tadesse Werede, de hoogste militaire commandant van Tigray, zei eerder deze maand dat „we niet volledig kunnen ontwapenen” totdat de Eritrese troepen en die uit Amhara zich terugtrekken.

Het Ethiopische leger is zo verzwakt dat het Eritrea niets kan dicteren. Een groot deel van het Ethiopische leger vocht onder de Eritrese commandostructuur en heeft zijn successen op het slagveld te danken aan de Eritrese gemechaniseerde eenheden en commandanten. Als Abiy de Eritreeërs opdracht geeft te vertrekken, schiet hij zichzelf in de voet.