Bij spelers, bestuurders en supporters: in het voetbal zie je gedragsproblemen overal

Column

Rosanne Hertzberger

Rosanne Hertzberger

Ik zal hier uit de kast komen: ik houd van voetbal. Ik ben geen expert, geen hardcore fan. Maar ik vind weinig fijner dan na een lange dag schrijven en denken over ingewikkelde zaken ’s avonds me te laten meeslepen door de overzichtelijke sprookjes op het veld. Het is makkelijker in- en uitschakelen dan Netflix, en als het nodig is kun je tijdens het kijken met de laptop op schoot ook nog de btw-aangifte tussendoor doen.

De btw-aangifte die ik vorige week tijdens de bekerfinale tussen Ajax en PSV invulde ging bijzonder snel. Er was weinig aandacht nodig: het spel werd om de haverklap stil gelegd door opstootjes, geruzie en woede-uitbarstingen van opgefokte spelers. Het deed denken aan Amerikaanse sporten, die ook elke minuut stil liggen. De sportieve functie van dit soort agressiviteit is me volstrekt onduidelijk.

Nu weet ik heus dat geweld entertainmentwaarde heeft. Toen ik voor het eerst een ijshockeywedstrijd zag verbaasde ik me ooit over de grote vechtpartij die uitbrak. Het bleek standaard onderdeel van een wedstrijd. Men zegt: ik ging naar een gevecht kijken en toen brak er plotseling een ijshockeywedstrijd uit. Van ijshockeyspelers verwacht het publiek een vechtershouding, het staat zo ongeveer in je taakomschrijving.

Ik weet niet of het de bedoeling is van het voetbal om een soort ijshockey te worden. De entertainmentwaarde van de ruzietjes is tot op heden niet erg hoog. Op het veld zien we mannetjes die zichzelf, hun emoties en hun gedrag niet in de hand hebben. En dat gedragsprobleem is niet voorbehouden aan de spelers. In het voetbal zie je het in de bestuurskamers en bij de coaches, bij de jongste hooligans en aan de babbeltafels waar de wedstrijden worden besproken.

Te beginnen bij het stelselmatige wangedrag op de tribunes. Een enkeling verpest het voor de rest, zo vergoelijken sommigen het. Toch verbazingwekkend dat dan juist die enkeling zijn aansteker kan gooien vanaf de enige zijde in het stadion waar geen net hangt. Steeds weer blijken supporters met vuurwerk en stadionverbod op zak vanaf de tribune het spelletje te kunnen verzieken.

Dezelfde Davy Klaassen die begin april bij Feyenoord-Ajax slachtoffer werd van de aansteker ging afgelopen zondag naar zijn werk om de bekerfinale te spelen. En stond daar, zoals elke week, opgefokt tegen een concullega te tetteren, te duwen en te trekken. Niet om een ernstig voetbalmisdrijf. Gewoon een akkefietje, een tackle of zoiets. Er is niemand in het voetbal die hem een keer rood geeft en hem op cursus woedebeheersing stuurt. Welnee, hij krijgt er zestigduizend euro voor betaald. Per week.

Dat Klaassen überhaupt bij Ajax speelt is te danken aan zo’n ander voetbalicoon van goed gedrag, de vertrokken technisch directeur Marc Overmars. Een jaar lang traineerden Ajax en Overmars de tuchtzaak van ernstig grensoverschrijdend gedrag jegens vrouwelijke medewerkers en oud-speelsters van Ajax. De overstap naar Royal Antwerp FC verliep relatief rimpelloos. Daar maakt de Belgische voetbalclub kans om kampioen te worden, uiteraard dankzij de verbluffend briljante inzichten van Overmars. Ik durf het haast niet te vragen, maar hoe gaat het met de vrouwen die bij Antwerp werken? Is Overmars een technisch directeur die je als vrouw altijd kan bellen of sms’en als er iets speelt?

Gelukkig laten de sportcommentatoren zich niet onbetuigd. Ze klagen steen en been, en niet alleen over het slechte voetbal, maar ook over het gebrek aan zelfbeheersing bij de voetballers. Vaste NOS-analyticus en oud-speler Rafael van der Vaart noemde het gedrag van Klaassen na de bekerfinale idioot.

Dat zou een zeer geloofwaardig streng commentaar kunnen zijn geweest, ware het niet dat het uit de studio komt van een programma waar de hoofdredactie een aantal weken ervoor nog opstapte omdat het nooit iets deed aan het diep gewortelde seksisme en de intimidatie op de redactie. Kun je vanuit zo’n programma nog geloofwaardig kritiek uiten op het gebrek aan zelfcontrole van de ander?

Ik kijk op van mijn boekhouding en zie iets opmerkelijks. Dat grote gevecht van een twintigtal mannetjes is zowaar geëscaleerd in een heuse voetbalwedstrijd. Idee voor de KNVB: misschien kunnen ze het ijshockeymodel omarmen en accepteren dat tegen het geweld in het Nederlands voetbal geen geloofwaardige handhaving meer mogelijk is. Moeten de spelers alleen nog even degelijk leren vechten.

Rosanne Hertzberger is microbioloog.