N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Voorjaarsvergadering IMF Hardnekkige inflatie en financiële turbulentie maken de wereldeconomie fragiel. Arme landen kunnen verder onder druk komen.
Binnenkort kan zomaar opnieuw stress ontstaan in de bankensector. Zelfs een nieuwe wereldwijde financiële crisis is niet uitgesloten. Zo’n scenario kan met name voor de economieën van opkomende en ontwikkelingslanden „dramatisch” uitpakken.
Deze waarschuwing geeft het Internationaal Monetair Fonds (IMF) in Washington deze dinsdag in de World Economic Outlook, zijn halfjaarlijkse analyse van de wereldeconomie.
Het is een weinig opbeurende boodschap aan de delegaties uit 190 landen die, onder een stralende zon, maandag en dinsdag in Washington arriveerden voor de jaarlijkse voorjaarsvergaderingen van IMF en Wereldbank. De ministers, centrale bankiers en andere aanwezigen wachtte meer somber nieuws van het IMF: de wereldwijde economische groei valt terug en blijft de komende jaren zeer laag. Intussen houdt de inflatie langer aan dan verwacht, aldus de Outlook.
Terwijl economen van het fonds de voorbije weken de laatste hand legden aan het rapport, trof bankenstress plotseling de Verenigde Staten, en even later Zwitserland. De Californische Silicon Valley Bank (SVB) viel op 10 maart om omdat zij zich niet goed had ingedekt tegen de renteverhogingen door de Amerikaanse centrale bank, de Federal Reserve. Een week later werd het door wanbestuur geteisterde Credit Suisse onder dwang van de Zwitserse staat overgenomen door rivaal UBS.
Volgende doelwit
Tot dusver heeft de bankenonrust zich niet verder verspreid – maar het IMF vreest dat dit niet zo blijft. „Het financiële systeem kan goed opnieuw op de proef worden gesteld”, aldus de inleiding van de Outlook. „Zenuwachtige beleggers” zoeken vaak naar „de volgende zwakste schakel”, zoals ook gebeurde bij Credit Suisse. Zo kunnen banken of andere financiële instellingen die zich met veel schulden hebben gefinancierd „het volgende doelwit” zijn, schrijft het IMF. Of banken die zich, zoals SVB, slecht hebben ingedekt tegen het risico van een stijgende rente.
Met de recente onrust in de bankensector is voor het IMF „de mist dichter geworden” bij de ramingen voor de wereldeconomie. Ofwel: de onzekerheid is gegroeid. In het basisscenario gaat het Fonds uit van een wereldwijde economische groei van 2,8 procent dit jaar en 3 procent volgend jaar. Historisch gezien is dit laag – en een fractie lager dan waarvan het IMF uitging bij de vorige raming, in januari. Positief voor de wereldeconomie is de ‘heropening’ van China. Maar de renteverhogingen van centrale banken remmen de economie af en de „schok” van de oorlog in Oekraïne, die energieprijzen opdreef, werkt nog na, staat in het rapport.
In een „plausibel alternatief scenario”, waarin opnieuw turbulentie ontstaat in de financiële sector, wordt de wereldwijde bbp-groei nóg lager: 2,5 procent en 2,8 procent in 2023 respectievelijk 2024. Dit omdat financiële onrust de kredietverlening raakt: banken mijden dan risico’s, leenkosten voor burgers en bedrijven lopen op. Dit remt de economie.
Vooral arme landen in Afrika, Azië en Zuid-Amerika zouden van zo’n negatief scenario de consequenties ondervinden. Nu al hebben regeringen en bedrijven in deze landen het moeilijk. Ze kunnen door de gestegen rentes minder goed schulden herfinancieren, terwijl de schulden van veel arme landen door de pandemie sterk zijn opgelopen. Dat is een grote kopzorg voor het IMF, dat tijdens en na de pandemie veel noodkrediet verstrekte. Extra financiële stress kan „dramatische impact” op hun overheidsbegrotingen hebben, staat in de Outlook.
Ook op langere termijn is het economische beeld veel rooskleuriger. Het IMF verwacht dat de groei van de wereldeconomie de komende vijf jaar blijft steken op zo’n 3 procent per jaar. Dit is de laagste IMF-raming sinds 1990. Ter vergelijking: de voorbije twee decennia lag de jaarlijkse wereldwijde bbp-groei op gemiddeld 3,8 procent.
Renteverhogingen
Wat te doen voor de centrale bankiers die deze week naar Washington reizen? Enerzijds zijn ze nog niet geslaagd in hun belangrijkste missie: terugbrengen van de inflatie. Renteverhogingen vormen hun belangrijkste wapen. Lenen wordt bij een hogere rente onaantrekkelijker, wat de consumptie en uiteindelijk de prijsstijgingen moet drukken. Anderzijds lopen centrale banken het risico dat ze, met extra renteverhogingen, méér financiële stress en bijbehorende schade voor de wereldeconomie veroorzaken. Het IMF worstelt duidelijk met dit dilemma, net als menig centrale bank.
Lees ook: dit interview met DNB-baas Klaas Knot over de bankenstress
„De inflatie blijkt veel hardnekkiger dan nog maar een paar maanden geleden was voorzien”, meldt de Outlook. Wereldwijd zal de inflatie maar langzaam zakken, van 8,7 procent vorig jaar naar 7 procent dit jaar, en naar 4,9 procent in 2024, verwacht het IMF. Het inflatiedoel van de meeste centrale banken, 2 procent, ligt nog buiten bereik. Zorgwekkend is volgens het IMF dat de ‘kerninflatie’ – de onderliggende inflatie, zonder de wispelturige energie- en voedselprijzen – wereldwijd hoog blijft: 5,1 procent dit jaar volgens de jongste raming. In januari ging het IMF nog uit van 4,5 procent kerninflatie.
„We gaan nu een gevaarlijke fase in”, staat in het rapport. Een fase gekenmerkt door lage economische groei, inflatie die maar niet wijkt, en oplopende financiële risico’s. Als de bankenstress beperkt blijft, moeten centrale banken zich „ferm” op inflatiebestrijding blijven richten, stelt het IMF. Maar mocht zich een „financiële systeemcrisis” aftekenen, dan moeten centrale banken wél „voorzichtig en op tijd” hun beleid „herijken”. Lees: stoppen met renteverhogingen, of de rente zelfs verlagen. Nú is het overigens nog niet zover, zo benadrukt het IMF.
Begrotingstekorten verlagen
Overheden kunnen centrale banken een handje helpen met de inflatiebestrijding, zegt het IMF. Ze moeten hun begrotingstekorten, die na de pandemie hoog zijn gebleven, verlagen, zo klinkt het in Washington.
Terugschroeven van deze tekorten is „van wezenlijk belang” om de inflatie te bestrijden, zei IMF-voorzitter Kristalina Georgieva vorige week in een speech in de aanloop naar de voorjaarsvergadering. Want hoe meer geld overheden uitgeven, hoe meer geld de economie instroomt. Dit jaagt de inflatie aan, die centrale banken juist proberen te bestrijden. Ook Klaas Knot, president van De Nederlandsche Bank, riep onlangs in NRC regeringen op de uitgaven terug te dringen.