In Janáceks ‘Het sluwe vosje’ bezorgen de mensenwensen van de dieren je kippenvel van pret en ontroering

Recensie

Muziek

Opera in de ZaterdagMatinee Dirigent Karina Canellakis dirigeerde dit weekend een meeslepende uitvoering van Janáceks sprookjesopera ‘Het sluwe vosje’, gedragen door geweldige zangers en Janáceks orkestrale vondsten.

Karina Canellakis dirigeert het Radio Filharmonisch Orkest in ‘Het sluwe vosje’
Karina Canellakis dirigeert het Radio Filharmonisch Orkest in ‘Het sluwe vosje’

Foto Milagro Elstak

Een donkere vallei in het bos. Broeierig weer. Een das (welja) steekt zijn hoofd uit zijn hol, in de lucht onweersvliegjes en libellen. Hoe dat klinkt? Beluister de eerste minuten uit Janáceks opera Het sluwe vosje en je bent er meteen, in die zo treffend op muziek gezette Tsjechische sprookjeswereld vol snaakse dieren met mensenwensen en mensenstreken.

De veelzijdige Amerikaanse Karina Canellakis werd 5 jaar geleden chef-dirigent van het Radio Filharmonisch Orkest. Ze was daarmee de eerste vrouwelijke chef in Nederland, geroemd om haar brede repertoire, waaronder opera. Zoals die van Janácek. Vorig jaar leidde ze een fraaie Katja Kabanová , een jaar eerder moest ze in Jenufa worden vervangen door zwangerschap. Canellakis verwacht volgende maand haar tweede kind, maar Het sluwe vosje ging zaterdag door – en leverde opnieuw een geweldige middag op.


Lees ook Rel over concertserie: Kees Vlaardingerbroek stapt op bij NTR-ZaterdagMatinee

Lichte noot

De opera’s van Janácek grossieren in menselijke nood. Liefdesverraad, baby’s die onder het ijs worden geschoven, stiefmoeders from hell, zelfmoord en zelfs onsterfelijkheid: niets blijft je bespaard. De parabel Het sluwe vosje is in dat oeuvre de luchtige noot. Aan de plot van het krantenfeuilleton dat de inspiratie vormde, voegde Janácek zelf de dood van het vosje toe. Misschien dat het daarom zijn geliefdste opera is; de muziek biedt de kleuren, diepgang en woeling van de andere opera’s, maar de plot blijft verteerbaar in de balans tussen vrolijkheid en melancholie.

In minder dan twee uur loodste Canellakis het Radio Filharmonisch Orkest, Groot Omroepkoor en Nationaal Kinderkoor uiterst behendig en helder door de met veel maatwisselingen en orkestrale woelingen geschetste levenscyclus. Janácek liet geen kleur in de doos: een kinderkoor (babyvosjes) dat je het kippenvel op de arm tovert, verrukkelijke boerendansen, vergankelijkheidsweemoed in lage strijkers – het leven vraagt, Janácek levert. Canellakis liet het orkest excelleren in de tussenspelen en verslapte nergens. Op enkele momenten wenste je je tederheid uit een nog fijner garen of nog dieper uit de tenen getrokken weemoed, maar de vervoering overheerste royaal.

Groots vosje

Het tiental solisten kende evenmin een zwakke schakel – en dan blijven de geweldige kindsolisten (bravo, Nationaal Kinderkoor) nog ongeteld. Sopraan Sally Matthews (volgend seizoen gecast als Sieglinde in een nieuwe productie van Wagners vierluik Der Ring des Nibelungen bij de Brusselse Muntopera) was een groots vosje, prachtig versmeltend met mezzo Jana Kurucova (mannetjesvos Lisak). Maar ook de boswachter (Roland Wood), stroper (Markus Eiche) en schoolmeester/mug/waard (James Kryshak) waren uitstekend, net als mezzo Iris van Wijnen als boswachtersvrouw.


Lees ook Jonge operazangers knokken voor een rol

Daarnaast waren er volop orkestrale vondsten om de oren te spitsen en te strelen: een zwoel hoornkwartet, contrabassen die hoog op de toets zoemden als muggen, vier dwarsfluiten die parelend hun toonladders lieten uitzweven boven dansende violen (de blauwe libel!).

Het deed nu al uitzien naar het volgend seizoen, als Canellakis haar Janácek-cyclus voortzet met De zaak Makropoulos.