Nederlandse jazztalenten op gloedvol Transition Festival

Recensie

Het was een geweldig weerzien met jazzfestival Transition vol moderne, veerkrachtige jazz, veel Nederlands jazztalent en de Guy Salamon Group als een van de hoogtepunten.

Immanuel Wilkins tijdens het Transition Festival in TivoliVredenburg.
Immanuel Wilkins tijdens het Transition Festival in TivoliVredenburg.

Foto Andreas Terlaak

O, die stroom aan streamconcerten, toen thuis op de bank. Het is zomaar een flitsgedachte ergens zaterdagavond in een volgepakte zaal in Tivoli. Terwijl er buiten nog lange rijen publiek staan, buitelen op het podium de jonge blazers van de Guy Salamon Group in grote muzikale vrolijkheid over elkaar heen. Hun aanvoerder, de Israëlische drummer Guy Salamon, zit met de breedst mogelijke lach te drummen en krijgt de zaal volledig mee, tot meezingen aan toe. Het optreden wordt een van de hoogtepunten op Utrechtse jazzfestival Transition.


Lees ook: ‘Jazz on demand’ op Transmission van hoge kwaliteit

Vorig jaar was Transition, voor ‘moderne veerkrachtige jazz’, drie dagen online. Dat was een sympathiek opgezette editie met fraaie registraties, maar niets kan op tegen het gevoel om weer vól het festivalgedruis in te kunnen. Het was een gloedvol weerzien: van zaal naar zaal in TivoliVredenburg in Utrecht, zo’n dertig concerten tussen fantasievolle moderne jazz, tegen soul aan schurkende zang, contrastrijke impro en stevige door hiphop beïnvloede groovejazz.

Nederlands jazztalent

Op de podia werd duidelijk afgerekend met de matte, concertarme tijd. In lockdown uitgebrachte muziek klonk eindelijk weer live. Musici lieten zich er blij over uit. Grote beloftes wiens doorbraak stagneerde konden zich eindelijk laten horen. Zoals de innemende Amerikaan Michael Mayo, die zelfverzekerd bewees een van de grootste vocale talenten van dit moment te zijn. Vloeiend ging hij door de noten in liedjes die hij fijn uitbouwde, ondertussen zijn stem met elektronica manipulerend.

Kassa Overall tijdens het Transition Festival in TivoliVredenburg.

Foto Andreas Terlaak

In het programma was veel Nederlands jazztalent te vinden. De namen om wie het nu draait – bloedfanatiek, scherp creatieve keuzes makend, invoelbaar spel – zijn AM.OK-orkestleider Tijn Wybenga, saxofonist Kika Sprangers, gitarist Teis Semey (Deens, maar hier woonachtig), bassiste Fuensanta Méndez (Mexicaans) en de jonge trompettist Ian Cleaver. Vooral de laatste dook met zijn heldere sound zaterdag bij heel veel concerten op.

Zoals in de „ode aan vrolijke chaos”, aldus initiator, saxofonist Jasper Blom, van drie generaties jazzmusici aan jazzicoon Misha Mengelberg. Het was een levenslustige, gesmeerde parade van klassiekers in steeds weer wisselende formaties, met drummer Han Bennink – binnenkort viert hij zijn tachtigste met een tournee – als centraal middelpunt. Dan weer extreem swingend, dwingend gecontroleerd, dan weer impressionistisch met gekte als loeiende sirenes door de zaal.

De komst van een grote, lang op de podia afwezige naam als Noorse jazzpionier Jan Garbarek stond haaks op de vernieuwing die Transition nadrukkelijk zocht. De Belgische altrockjazz van Nordmann vonkte in mysterieus licht. Sleutelfiguren uit de Amerikaanse moderne jazz zoals Immanuel Wilkins zijn goede namen om te hebben, al kwam juist zijn optreden wat traag op stoom. De gespierde jazz van drummer Jeff Ballard voelde gedateerd aan.

Wiegende massa

De populariteit van Britse jazz, die zich vanzelfsprekend mengt met ritmes uit de straat, werd nog eens onderstreept. Zo zocht de Londense formatie Steam Down, een levendige club met drie vocalisten, veel interactie met publiek. Maar moest een door de opkomst overweldigde jonge saxofoniste Chelsea Carmichael erkennen dat het pas haar tweede optreden met deze tourband was. Haar aarzelende op veel reverb leunend optreden vormde een schril contrast met het doorgewinterde Britse pianotrio GoGo Penguin. De trancy jazz met repetitieve motieven werd maximaal uitgebouwd voor een wiegende massa.

Chelsea Carmichael tijdens het Transition Festival in TivoliVredenburg. Foto Andreas Terlaak