Koreaans geweld in de slipstream van hype ‘Squid Game’

Deze zomer beginnen de opnames van het tweede seizoen van Squid Game, de immens populaire Koreaanse Netflixserie die in 2021 furore maakte met zijn combinatie van geld en geweld. Het Squid Game-fenomeen leidde tot vele duidingen over de opkomst van de Zuid-Koreaanse popcultuur, van K-pop tot gastronomie. Er is zelf een aparte naam voor: Hallyu, de Koreaanse golf.

Deze golf begon rond de eeuwwisseling, bereikte met Squid Game zijn voorlopige hoogtepunt en leverde afgelopen twee jaar een hausse op aan Zuid-Koreaanse films en series op streamingplatformen. Een van de nieuwste is actiefilm Kill Boksoon op Netflix, waarin een alleenstaande moeder én effectieve huurmoordenares zelf doelwit wordt van nietsontziende moordenaars.

Deze producties zijn lang niet altijd goed, maar liften vooralsnog mee op de hype rond Squid Game en Hallyu. Zou bijvoorbeeld de politieke actiefilm Hunt (Heon-teu) in Nederland zijn uitgebracht als hij geen link had met Squid Game? Het is de debuutfilm van Lee Jung-jae, een bekende Zuid-Koreaanse acteur die in Squid Game een hoofdrol speelt. Hunt speelt begin jaren tachtig, een politiek instabiele periode waarin Zuid-Korea nog een repressieve dictatuur was en studentenprotesten, volksopstanden en de gewelddadige respons hierop van de militaire machthebbers aan de orde van de dag waren.

Een korte flashback toont een van de hoofdpersonen ten tijde van het bloedbad van Gwanju (mei 1980), waarbij het leger tussen de 500 en 2000 demonstranten doodschoot, onder wie veel jonge studenten.

Regisseur en acteur Lee, in Hunt speelt hij geheim agent Park, vertelde in een interview dat die achtergrond voor hem niet zo belangrijk was, hij wilde vooral een spannende, onderhoudende thriller maken.

Toch speelt de nasleep van die bloedig neergeslagen opstand en de erop volgende democratiseringsbeweging een rol in de plot én in de motivatie van de hoofdpersoon die er als militair getuige van was. Eigenlijk kun je zeggen dat Hunt juist gaat over (zinloos) bloedvergieten en extreem geweld, vooral de martelscènes zijn bijzonder sadistisch en naar.

De plot van Hunt is nodeloos gecompliceerd, zo niet onbegrijpelijk, maar draait in de kern om de rivaliteit tussen twee agenten die voor de Koreaanse nationale veiligheidsdienst KCIA werken, Park en Kim (een oud-militair). Beiden zijn op zoek naar een mol in hun organisatie, een Noord-Koreaanse spion die er op uit is de politieke situatie in Zuid-Korea te destabiliseren om zo een hereniging met Noord-Korea mogelijk te maken, desnoods via een gewelddadige machtsovername. De achterdochtige agenten, die elkaar ervan verdenken de mol te zijn, raken in toenemende mate in de ban van paranoia.

Het duurt lang voor je begrijpt wie wie is en wat hun agenda’s zijn. Agenda’s die vervolgens ook weer veranderen. Ondertussen dender je van de ene bloedige actiescène naar de andere, wat een zekere vermoeidheid oplevert. En dan moet de grote climax nog komen. Het is allemaal adequaat gedaan maar uiteindelijk nogal te veel van het goede. Door alle verwarring en hectiek lukt het bovendien niet echt een band op te bouwen met de personages, hun lot laat je uiteindelijk vrij koud.

https://www.youtube.com/watch?v=39JI2hx0Xn0