N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Laura Vugts
Zaterdagmiddag. In de trein van Breda naar Den Haag. Een man vindt het nodig om zijn muzieksmaak met de hele coupé te delen en speelt zijn muziek af zonder koptelefoon. De vrouw in de vierzits naast mij draait zich geïrriteerd om. Ze weet niet precies waar de muziek vandaan komt, dus draait ze weer terug, en zegt tegen niemand in het bijzonder: „Jezus man, wat asociaal!”, terwijl ze haar schoenen op de stoel tegenover haar zet.
Lezers zijn de auteurs van deze rubriek. Een Ikje is een persoonlijke ervaring of anekdote in maximaal 120 woorden. Insturen via [email protected]
De FNV heeft vrijdagavond besloten om stakingen voor een verbeterde en permanente zwaarwerkregeling voorlopig op te schorten. De Stakingsraad van de vakbond heeft onderhandelaars tot 1 december gegeven om met een oplossing te komen voor het vroegpensioen, een regeling voor mensen die langdurig zwaar werk doen. „Lukt dat niet, dan volgen vanaf 1 december zwaardere stakingen dan die in september”, zegt Piet Rietman, pensioen-onderhandelaar van de FNV in een persbericht.
Eerder liet vakbond CNV al weten geplande acties over de regeling op te schorten. De vakbond zei vrijdag voldoende vertrouwen te hebben in het bereiken van een oplossing en kondigt voorlopig geen nieuwe stakingen aan. De politievakbonden zeggen vooralsnog hun stakingen voort te zetten.
Tijdelijke maatregel
Mensen met een zwaar beroep hebben nu nog recht op een uitkering als zij vervroegd met pensioen gaan, tot zij de AOW-leeftijd bereiken. Zij kunnen maximaal drie jaar voor hun pensioengerechtigde leeftijd stoppen met werken. De huidige vroegpensioenregeling was een tijdelijke maatregel en loopt eind 2025 af.
Begin september wezen de vakbonden een nieuw voorstel van het kabinet nog af. De partijen waren het oneens over wat een ‘zwaar beroep’ precies inhoudt. Minister van Sociale Zaken Eddy van Hijum (NSC) vond de aankondiging van CNV bemoedigend en spreekt van constructieve gesprekken, zo schrijft ANP.
De huidige regeling geldt volgens het het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid voor zo’n 2,9 miljoen mensen. Het is onbekend hoe veel van hen in aanmerking komen voor een vervroegd pensioen- toch gingen ruim 25.000 werknemers de afgelopen drie jaar via de maatregel met vroegpensioen.
Een alternatief is er vooralsnog niet, waardoor de vakbonden in september actie voerden. „Onze stakers zijn bereid om hun collega’s nogmaals op te trommelen voor een grotere stakingsronde, als die betere deal er niet komt,” aldus Rietman.
Antihairball bites, beef sticks, rice chicken balls en creamy sticks en andere snacks staan al klaar voor de proeverij voor huisdieren op de met ballonnen versierde, zwart gedekte klaptafels. Daisy Smit, eigenaar van Daisy’s Pet Store (winkel en trimsalon) in Maarssen, is in de ochtend nog druk bezig met de laatste voorbereidingen. Het is een paar minuten na negen, de winkel is net open. Een bezorger rijdt een pallet met een grote voorraad dierenvoer naar binnen.
„Vandaag moet dé dag worden hè!”, roept Smit hem na.
Het is vrijdag 4 oktober, Dierendag. Drie miljoen katten, 1,8 miljoen honden, 5,6 miljoen aquariumvissen, 0,4 miljoen konijnen en 1,6 miljoen kippen en duizenden andere dieren in Nederlandse huizen en tuinen kunnen vandaag extra liefde verwachten. Wat merken dierenzaken van Dierendag?
In ieder geval meer drukte, zegt een steekproef onder winkeliers verspreid door Nederland. Sommige winkeliers die NRC benaderde, waren een paar dagen voor Dierendag al te druk om interviews te geven. Andere winkeliers zeggen een extra medewerker in te zetten. Sommige winkels doen iets extra’s, zoals Daisy’s Pet Store in Maarssen. Of de keten Pets Place, waar in een aantal filialen een fotograaf portretten maakt van huisdieren.
In Pets Place worden in de periode rondom Dierendag 60 procent meer producten verkocht dan in een „normale week”. Die dierendagpiek neemt elk jaar toe. Ard Malenstein, topman van IJsvogel Retail, het moederbedrijf van Pets Place, denkt dat dit komt door de „humanisering” van huisdieren. „Honden, katten, konijnen zijn inmiddels een volwaardig gezinslid en krijgen dus ook vaker cadeautjes, bijvoorbeeld met verjaardagen en Dierendag. Dierendag is een soort Sinterklaas voor huisdieren.”
300 miljard euro
Een onderzoek van Bloomberg bevestigt dat meer geld wordt uitgegeven door humanisering van huisdieren, maar ook door het groeiende aantal huisdieren wereldwijd en doordat huisdieren door betere zorg langer leven. In 2023 ging er wereldwijd bijna 300 miljard euro om in de huisdierenbranche (onder meer voor voeding, zorg en luxeproducten) wat naar verwachting zal oplopen tot bijna 500 miljard in 2030, aldus Bloomberg.
Vooral speeltjes, snacks en kussens – dingen waar de rest van het jaar juist relatief weinig aan wordt uitgegeven – zijn rondom Dierendag populair. Verreweg de grootste kostenpost voor huisdiereigenaren op jaarbasis zijn dierenvoeding en de dierenarts, stond in de Pet Monitor van 2023 van studenten van de Aeres Hogeschool Dronten en experts uit de sector.
Mensen geven tussen 250 tot 500 euro uit per jaar aan voeding voor hun hond, blijkt uit dat onderzoek. Bij katten is dat tussen de 100 en 250 euro. Aan snacks geven veel hondeneigenaren 50 tot 100 euro uit per jaar, katteneigenaren tussen de 0 en 50 euro.
Leveranciers weten ook dat het Dierendag is. In Daisy’s Pet Store in Maarssen liggen hartvormige kippenkluiven en knuffels bij de kassa. Bij binnenkomst staan dozen met hondenspeeltjes. Een speciale actie van de leveranciers, zegt Smit.
Daisie, een bruine goldendoodle, een kruising tussen een golden retriever en een poedel, mag van haar baas Anouk naar een van de zwarte tafels van de proeverij gaan voordat ze naar haar afspraak moet in de trimsalon achterin de winkel. Ze ruikt aan de plakjes worst. „Als je een kunstje kan, krijg je een snoepje”, belooft winkelier Smit. „Zit. Goed zo”, zegt ze. In één hap is het kippensnoepje, dat oogt als een platte kruidnoot, op.
‘Alsof je kind jarig is’
Anouk koopt vandaag voor Dierendag een wit kleed voor Daisie om op te liggen en ze gaan vandaag, als ze klaar is in de trimsalon, extra lang wandelen in het bos. Een man van middelbare leeftijd, Martin, koopt vier koeken waar zijn dertien jaar oude labrador makkelijk op kan kauwen. Het is toch een beetje alsof je kind jarig is, vindt hij. Een jonge vrouw rekent voer en twee hartvormige kippenkluiven af. „Dat wordt dan 7 euro en 10 cent. En vergeet je spaarpunten niet. Vandaag krijg je dubbele punten”, zegt een medewerker.
De meeste hondeneigenaren in Nederland geven jaarlijks tussen de 458 en 1.150 euro uit aan hun huisdier, bleek uit de steekproef bij ruim duizend mensen van de Pet Monitor. Bij de katteneigenaar is dat tussen de 270 en 750 euro. Het zijn bescheiden bedragen vergeleken met die in China, het land met de hoogste uitgaven aan honden en katten ter wereld: Chinese baasjes geven gemiddeld 1.875 euro per jaar uit aan elke hond en 1.976 euro aan elke kat.
In Nederland was er vorig jaar in bijna de helft van alle huishoudens (45 procent) een huisdier, volgens huisdierenbrancheorganisatie Dibevo. Door de coronapandemie kwamen er huisdieren in meer huishoudens. „Niet eerder zijn er in één jaar tijd zo veel honden en katten aangeschaft in Nederland”, schreef Dibevo. Toen waren er „boven op de jaarlijkse 170.000 puppy’s nog eens tienduizenden” honden bij gekomen.”
Winkels merkten dat ook. Had Pets Place in 2019 nog een omzet van 180 miljoen euro, inclusief de omzet van de groothandel, in coronajaar 2020 nam dat toe tot zo’n 250 miljoen.
Bo, een kleine zwarte hond met witte pootjes, en Benson, een grote hond met lichtbruine krullen, staan als natte vaatdoeken druipend te wachten in de metalen spoelbakken tot een van de trimmers hen drooggeföhnt in de trimsalon in Maarssen. Haren hangen voor hun ogen. Eenmaal droog worden ze op de trimtafels gezet. De meesten honden vinden de behandeling prima, zegt Smit. Een enkele keer stribbelt een hond tegen of bijt hij. Maar bij katten is dat een ander verhaal, zegt ze. Die kunnen bijten op momenten waarop je het niet verwacht. De tandjes zijn vies, je kunt er zomaar een ontstoken hand door krijgen.
In de trimsalon merken ze, in tegenstelling tot het winkelgedeelte, weinig van Dierendag. Hier zijn ze het hele jaar door volgeboekt. Zo’n 25.000 honden en katten staan in het klantensysteem en Smit kent ze bijna allemaal persoonlijk, zegt ze. De dieren komen van ver, soms moet hun baasje een half uur rijden. „Er zijn veel te weinig trimsalons”, verklaart Smit de populariteit van haar zaak. „De meeste mensen doen dit werk een paar jaar en dan stoppen ze er weer mee. Vaak sta je uren in dezelfde krampachtige houding je werk te doen. Het is een zwaar beroep.”
Ondanks het groeiende aantal huisdieren en groeiende uitgaven in de branche, neemt het aantal Nederlandse ondernemingen in de dierenbranche, waaronder ook hengelsport zaken, geleidelijk af. Waren er in 2018 nog 1.445, op dit moment zijn er nog 1.300, aldus kennisplatform Retail Insiders.
Tess, een kleine blonde hond met krullen, eet een paar snacks van de proeverij. Ze houdt vooral van koekjes, zegt haar baasje Rachel, een jonge blonde vrouw. Een andere hond, middelgroot en wit met bruine vlekken, is kieskeurig. Hij ruikt aan de kip, maar eet het niet. De stick dan? Ook niet. Snoepjes? Nee.
Daisy verheugt zich al op de avond, deze vrijdag, zegt ze. Dan vindt de vip-avond voor honden en katten plaats die ze heeft georganiseerd, met de proeverij en extra kortingen. Dan zal het nog drukker worden, zegt ze hoopvol.
Xoliswa Ndoyiya was in 1992 kok in een bejaardenhuis toen een jeugdvriend uit de Oost-Kaap haar vroeg om mee te gaan naar een afspraak die later een sollicitatiegesprek bleek te zijn. Ze werd naar het centrum van Johannesburg gebracht, naar het hoofdkantoor van het ANC. De Zuid-Afrikaanse bevrijdingsbeweging was pas twee jaar eerder, tegelijk met de vrijlating van voorman Nelson Mandela, door het witte minderheidsregime weer toegestaan. De partijfunctionarissen vroegen Ndoyiya, toen halverwege de twintig, de hemd van het lijf.
„Ik had me voorbereid op vragen over hoe ik eten bereid, maar daar bleken ze helemaal niets over te willen weten”, vertelt ze lachend. „Het ging ze alleen maar om veiligheid.”
Ze reden haar naar een villa in Houghton, een van de lommerrijke noordelijke buitenwijken van Johannesburg, Zuid-Afrika’s economische centrum. Zo kort na het einde van de apartheid woonden hier eigenlijk alleen nog witte Zuid-Afrikanen. De sfeer in het land was twee jaar voor de eerste democratische verkiezingen gespannen. „Toen ik werd voorgesteld aan de man voor wie ik zou gaan werken, kon ik mijn ogen niet geloven”, zegt Nodyiya nu. „Hij was het echt.”
Mandela vroeg haar naam en de naam van haar clan. Ook Mandela komt uit de Oost-Kaap, een ruraal gebied waar de moderniteit zeker toen nog nauwelijks vat op had. ‘Madiba’, de bijnaam die de hele wereld kent, is zíjn clan-naam. Maar de belangrijkste vraag moest nog komen. „Hij zei: ‘Ik geloof direct dat je een goede kok bent. Maar kook je ook ons home food?’”
Ze zei ja; de specialiteiten van het Zuid-Afrikaanse platteland, van het Xhosa-volk van Mandela, kenden voor haar geen geheimen. Tweeëntwintig jaar lang, tot aan Mandela’s overlijden in 2013, bleef Xoliswa Ndoyiya zijn privékok.
Werelderfgoed
Wie op reis in Zuid-Afrika het pad van Mandela wil volgen, heeft vele mogelijkheden. Er is het plattelandshuisje in Mqhekezweni, nabij Qunu, waar hij opgroeide. Je kunt even verderop een museum bezoeken in de provinciestad Mthatha. Of de universiteit, Fort Hare, waar hij rechten studeerde. Dan is er het huisje in Soweto waar hij woonde voordat het apartheidsregime hem opsloot. De beroemde gevangenis zelf, op Robbeneiland bij Kaapstad, is ook te bezoeken. En dan zijn er nog de vele plekken die hij vanaf 1994 als president aandeed. VN-organisatie Unesco heeft een groot aantal met Mandela verbonden plaatsen begin dit jaar op verzoek van Zuid-Afrika bijgeschreven als werelderfgoed. Deze ‘Nelson Mandela Legacy Sites’ moeten toeristen trekken die niet alleen voor wilde dieren, natuur of wijn naar Zuid-Afrika afreizen.
Maar op weinig plekken kom je zó dichtbij de icoon van de Zuid-Afrikaanse bevrijdingsstrijd als in deze villa, in Mandela’s oude woonhuis, in Houghton. Mandela woonde hier van 1992 tot 1998, dus ook tijdens de jaren dat hij president was. Graça Machel (of ‘Mam’Graça’), zijn nieuwe liefde, vond het huis te donker, waarna ze naar een woning een paar straten verderop verkasten. Het oude huis werd aanvankelijk het kantoor van de Nelson Mandela Foundation, opgericht om Mandela’s boodschap van verzoening te verbreiden. Onlangs is het grondig verbouwd tot luxueus boutiquehotel. „Toen Mam’Graça hier voor het eerst binnenkwam, zei ze: ‘Als ik had geweten dat het huis er zo uit had kunnen zien, dan was ik gebleven’”, vertelt hotelmanager Sally-Anne Grinter trots. Het gebouw is nog altijd van de stichting, maar een commercieel bedrijf exploiteert het hotel.
Aan de muren hangen kunstwerken die Mandela heeft gekregen, waaronder de oorspronkelijke bladmuziek van een nummer dat Quincy Jones ter ere van Mandela schreef. Er zijn replica’s van handgeschreven brieven en ingelijste beroemde citaten van Mandela. De negen hotelkamers dragen allemaal een naam waaronder Mandela bekendstond. De een heet ‘Madiba’, de ander ‘Nelson’ of ‘Nel’, zoals Thabo Mbeki, Mandela’s opvolger als president, hem kennelijk noemde. Er is ook een kamer die ‘466/64’ genoemd is, naar zijn gevangenisnummer. En ‘Tata’ (vader), zijn koosnaam in Xhosa.
Push-ups
Maar hoofdattractie is Xoliswa Ndoyiya. De vrouw die al die jaren voor Mandela kookte, doet dat nu voor de hotelgasten. En wie haar in haar koksbuis met Zuid-Afrikaanse vlag ontmoet, krijgt gevraagd en ongevraagd anekdotes over de tijd waarin ze met Mandela samenwerkte.
Bijvoorbeeld over hoe matineus en strikt de president was. „Om half vijf ’s ochtends was hij al in de tuin. Dan had hij zijn push-ups al gedaan en wilde hij zijn eerste kopje koffie”, vertelt Ndoyiya. „Het was niet de bedoeling dat die koffie ook maar een minuut te laat kwam. Als ik wél te laat was, dan liet hij dat op zijn eigen manier merken: hij bleef vriendelijk maar dronk zijn koffie niet op, om te laten zien dat nu zijn hele drukke schema in de war liep. Dat was om mij een lesje te leren”, lacht ze. Wat niet wil zeggen dat hij een strenge baas was . „Hij zei altijd dat ik zíjn baas was, en niet andersom. ‘Want deze vrouw dwingt mij te eten’, zei hij dan.”
„Hij zei altijd dat ik zíjn baas was, en niet andersom”
Op het menu van het restaurant, dat geïnspireerd is op de twee kookboeken die ze inmiddels publiceerde, staan moderne versies van het traditionele plattelandseten waar Mandela én Ndoyiya mee opgroeiden. Zo at Mandela graag een plakkerig gerecht op basis van gedroogde maïskorrels dat in Zuid-Afrika ‘samp’ genoemd wordt. Voor het restaurant is een samp-risotto gecreëerd, met champignons en cashewnoten. Ook Mandela’s favoriete gerecht, een stoofschotel van ossenstaart, staat regelmatig op het menu. Daarover gaat het verhaal dat zijn oude ANC-strijdmakkers Ahmed Kathrada en Walter Sisulu er speciaal voor langs kwamen. „Ik gaf Walter altijd een extra bakje mee voor thuis”, zegt Ndoyiya. Soms, vertelt ze, barsten gasten in tranen uit als ze zulke verhalen horen.
Net na de opening van het hotel zat ze een keer op het groene bankje op de veranda waar ‘Madiba’ altijd zijn ochtendkranten las, vertelt ze. Het was nog geen zomer, maar er zoemden allemaal bijen in de tuin. Bijen hebben in de Xhosa-cultuur in Zuid-Afrika grote symbolische betekenis. „Dit waren de voorouders”, vertelt Ndoyiya. „Hier waart de geest van Tata rond.”